Skip Navigation LinksHome-Nieuws-Column XL-Item

In 4 stappen naar een toekomstschets hoe sport en bewegen in Nederland te organiseren en financieren 17 november 2020

door: Margot van Beusekom

Met veel interesse volg ik de ontwikkelingen op het thema ‘Organisatie en financiering van de sport’ van de Nederlandse Sportraad. Gelukkig mag ik zo nu en dan mijn ideeën delen met de raad en partijen die hierin meedenken. Toch voel ik de behoefte hier een lans te breken ook eens vanuit een ander perspectief naar ditzelfde vraagstuk te kijken, namelijk het sporterperspectief. Wat als we een blanco vel pakken en zonder belemmeringen vanuit de huidige situatie een ideaalbeeld schetsen? En dat in vier stappen.

Dit artikel is het tweede deel van een drieluik over de toekomstige organisatie en financiering van de sport. In het eerste deel (link naar eerste artikel) heb ik de aanleiding geduid en wat het op kan leveren om niet een beetje te schaven aan de huidige situatie maar een blanco vel te pakken voor een toekomstschets. Ik heb kort de vier stappen benoemd hoe ik de schets op zou bouwen. In dit tweede deel verdiep ik deze vier stappen met daarbij een aantal voorbeelden. In deel drie doe ik een schot voor de boeg voor één specifieke doelgroep: kinderen op de basisschool. Dit als lakmoesproef om te zien hoe mijn voorgestelde blanco-vel-aanpak zou werken.


Van een blanco vel naar een toekomstschets in vier stappen

In het eerste deel van dit drieluik introduceerde ik dus kort vier stappen om van een blanco vel naar een toekomstschets voor de organisatie en financiering van sport en bewegen te komen. Daar gaan we.

XL40ColumnXLMvB-1

Stap 1 | Het sporterperspectief centraal
Wat mij betreft begint dit vraagstuk dus bij de sporter. Of beter gezegd Nederlander. Die kunnen we alles behalve over één kam scheren. De diversiteit in Nederland is groot, de diversiteit in wensen en behoeften zo niet nog groter.

Zoals ik eerder schreef op dit platform: het is essentieel diepgaand inzicht te krijgen in de (latente) wensen en behoeften van deze doelgroepen om tot passende oplossingen te komen. Voor een aantal doelgroepen geldt dat sport en bewegen op dit moment geen onderdeel uit maakt van hun leven. Dat betekent dat we verder op zoek moeten gaan naar haakjes hoe sport en/of bewegen wel in te passen. Dan kijk ik ook over de sportsector heen. Binnen andere sectoren hebben we overigens ook nog wel wat werk te doen om duidelijk te maken welke rol sport kan spelen in het realiseren van hun doelstellingen. Denk aan zorg, onderwijs, etc. Maar dat terzijde. Terug naar de doelgroep. Er is al zoveel onderzoek gedaan naar motivaties om wel of niet te sporten en bewegen, onder verschillende doelgroepen. Daarmee zouden we toch een mooi beeld moeten kunnen vormen.

"Het faciliteren van sport en bewegen met passend aanbod zie ik overigens altijd zo dichtbij huis als mogelijk"

Stap 2 | Faciliteren en in tweede instantie organiseren van aanbod
Dan is de vervolgvraag hoe we iedere doelgroep (en dan bedoel ik groepen op basis van wensen en behoeften, niet op basis van demografische factoren) het beste kunnen faciliteren op het gebied van sport en bewegen? De ene groep zoekt begeleiding om ergens goed in te worden of zoekt onderlinge competitie om zijn ei kwijt te kunnen. De andere groep heeft wellicht eerder persoonlijke aanmoediging of ondersteuning, in welke vorm dan ook, nodig. Het faciliteren van sport en bewegen met passend aanbod zie ik overigens altijd zo dichtbij huis als mogelijk. In de huidige structuur denk je dan aan een sportvereniging, de fitness, je hardloopgroepje, de fysio of huisarts, het trapveldje om de hoek of het nieuw aangelegde fietspad.

VraagAntwoordFrankThe-1Als we weten wat er nodig is deze groepen te faciliteren kunnen we dat vervolgens meer regionaal of landelijk organiseren. Als dat nodig is. Op deze natuurlijke manier zijn overigens verenigingen en sportbonden ook ontstaan. Vervolgens hebben verenigingen en bonden er echter allemaal activiteiten bijgekregen of bijgenomen. Dat maakt hun rol een stuk complexer. Ook zijn wensen en behoeften van sporters veranderd waardoor er nieuwe aanbieders zijn ontstaan (ook wel de anders-georganiseerde sport). Dat maakt het huidige sportlandschap tot de hybride branche die het nu is in ons land.

Daarnaast leven we nu in een hele andere tijd waarin technologie andere oplossingen biedt. Ik noemde hiervoor al de behoefte aan onderlinge competitie. Daar hoeft tegenwoordig in principe geen organisator meer aan te pas te komen, dat is met technologie prima op te lossen. En ik kan me zomaar voorstellen dat eenzelfde technische oplossing voor alle teamsporten te gebruiken is. Moet iedere sportbond dat in onze toekomstschets nog zelf organiseren?

Ook is het belang van bewegen enorm toegenomen de afgelopen jaren, zeker binnen het preventievraagstuk. Dit lijkt me een ideaal moment om ook naar deze doelgroepen te kijken vanaf een blanco vel papier. Hoe kunnen we deze doelgroepen optimaal faciliteren? Nu worden bijvoorbeeld verenigingen aangejaagd om inactieve doelgroepen aan te trekken. Ik snap wel dat dit ingewikkeld is, de wensen en behoeften van deze mensen zijn zo anders dan van hun kerndoelgroep. Kunnen we dat wel van ze verwachten? Er zijn zeker een aantal voorbeelden van verenigingen die dit op een hele goede manier doen, maar om op grotere schaal impact te maken is echt wat anders nodig. Misschien moeten we, als we het landschap aan wensen en behoeften goed in kaart hebben en hebben bekeken hoe we dit het beste kunnen faciliteren, toch sport en bewegen weer meer uit elkaar positioneren?

"Als het onze visie is dat topsport belangrijk is voor onze nationale trots en als inspiratiebron voor kinderen, zegt dat iets over hoe we dat onderdeel van sport en bewegen kunnen financieren"

Stap 3 | Onze Nederlandse visie en ambities als uitgangspunt hoe sport en bewegen te financieren en organiseren
Terwijl de wensen en behoeften van de Nederlander wat mij betreft het startpunt zijn voor hoe we sport en bewegen in Nederland ‘faciliteren’, vormen onze visie en ambities het startpunt hoe we sport en bewegen ‘organiseren en financieren’. De Nederlandse Sportraad concludeert dat het ontbreekt aan een overkoepelende visie op sport en bewegen. Dat is waar en vooral erg jammer maar ik begreep dat hier wel aan gewerkt wordt. Mooi en uitdagend plan! Ik ben benieuwd en denk graag mee. Wat mij betreft een essentiële missende schakel om vanuit ons blanco vel papier een nieuwe schets te maken.

XL32TipsAccosUrban-2 Als het namelijk onze visie is dat sport en bewegen essentieel is voor onze gezondheid en dat we hiermee de zorgkosten kunnen verlagen, zegt dat iets over hoe we sport en bewegen kunnen organiseren en financieren. Als het onze visie is dat topsport belangrijk is voor onze nationale trots en als inspiratiebron voor kinderen, zegt dat iets over hoe we dat onderdeel van sport en bewegen kunnen financieren. Maar bijvoorbeeld ook dat we talentontwikkeling optimaal willen organiseren.

Stap 4 | Het kind uiteraard niet met het badwater weggooien en leren van het buitenland en andere branches
Bij het daadwerkelijk invullen van hoe sport en bewegen te organiseren kijken we uiteraard naar wat er nu goed gaat, wat we dus willen behouden en wat we kunnen leren vanuit andere landen en andere branches.

Onze fijnmazige verenigingsstructuur wordt vaak genoemd als één van de grootste krachten van het sportlandschap in Nederland. Wat mij betreft helemaal waar, echt cultureel erfgoed. Echter, realiteit is ook dat niet alle verenigingen even makkelijk hun hoofd boven water houden en dat er veel geld (vooral mankracht) ingestoken wordt om deze verenigingen te helpen. Maar hebben ze op een bepaald moment, op de manier waarop zij het nu georganiseerd hebben, nog wel bestaansrecht? Wat mij betreft komen sportverenigingen zeker terug in onze toekomstschets maar is dit de uitgelezen kans ze beter te equiperen en toekomstbestendig te maken. Maar wat kunnen we daarnaast bijvoorbeeld leren of toepassen van het Amerikaanse schoolsportsysteem of van het Noorse sportaanbod voor jeugd?


Van theorie naar praktijk: de lakmoesproef voor één doelgroep

Tot zover een uitwerking van de vier stappen die ik zou willen nemen om op een blanco vel een toekomstig sportlandschap te schetsen. Tijd om dit eens te proberen. Ik gaf al aan dat ik echt niet pretendeer zo even de ultieme oplossing uit mijn mouw te schudden maar ik ga wel de uitdaging aan te kijken of ik één puzzelstuk kan schetsen. Het resultaat daarvan vinden jullie in deel drie van dit drieluik.

Margot van Beusekom is oprichter en eigenaar van Firma Leef. Bij Firma Leef! staat niet de sport maar de sporter centraal. Vanuit die filosofie ondersteunt en adviseert Firma Leef! sportorganisaties met sportergerichte strategieën en –concepten. Voor Sport Knowhow XL schrijft Margot vooral artikelen waarin zij de lezer uitdaagt eens vanuit andere perspectieven naar de wereld van sport te kijken. Voor meer informatie: margot@firmaleef.nl of 06-5379 8153.


Bron:
« terug

Reacties: 0

Reactie toevoegen

Naam*
E-mailadres*
Reactie*
Stuur mij een e-mail als er een nieuwe reactie wordt geplaatst