Skip Navigation LinksHome-Nieuws-Open Podium-Item

De Europese Spelen in Nederland 12 mei 2015

door: Loek Jorritsma

De afgelopen weken heeft ‘de sport’ in ons land zich gebogen over de vraag of het een goed idee is om de zogeheten Europese Spelen in 2019 in Nederland te organiseren. De Europese Spelen zijn het idee van het Europees Olympisch Comité om - net zoals zoals de African Games, de Asian Games, de Carribean Games en de Pacific Games - ook in Europa zoiets te organiseren. Daartoe heeft het begin december 2012 de allereerste editie van deze Spelen voor 2015 aan het Azerbeidjaanse Baku toegewezen.

De kritiek dat door de introductie van de Europese Spelen de al zo volle agenda van de betrokken topsporters óvervol zou raken bleek niet zwaar genoeg te wegen. De vraag of het een goed idee is om de Europese Spelen in 2019 in Nederland te organiseren heeft zich inmiddels toegespitst op de financiële bijdrage die door de georganiseerde sport van de overheid (rijk, provincies en gemeenten) wordt gevraagd. Is dat verzoek van de georganiseerde sport aan de overheid redelijk of niet?

Terug naar 2002
Om die vraag goed te beantwoorden is het noodzakelijk om eerst eens te bezien hoe met name de Rijksoverheid zich op dit dossier opstelt. Daarvoor gaan we, heel kort, terug naar de Staatscourant van 7 november 2002 (nr. S/BcCT-2324163). Daarin zien we de neerslag van het overleg van NOC*NSF, de gemeenten en de Rijksoverheid over het nieuw te voeren beleid op het gebied van topsportevenementen en topsportaccommodaties. Kernwoorden: samenwerking, gezamenlijk op te stellen meerjarenkalender, topsportbeleidsplannen, Holland imago, afstemming van beleid, cofinanciering, kennis delen, mogelijke garantiestellingen, tijdige haalbaarheidsonderzoeken, bidstrategie afstemmen, etc. etc. De Tweede Kamer had eerder ettelijke miljoenen extra gevoteerd om dit beleid vorm en inhoud te geven. Vanaf dat moment is een zeer succesvol beleid gevoerd om diverse evenementen op deze wijze naar ons land te halen.

Het is voor een buitenstaander niet zo vreemd te denken dat de mogelijke organisatie van de Europese Spelen 2019 op steun van de Rijksoverheid zou kunnen rekenen. Vooral niet wanneer NOC*NSF verwijst naar een kennelijke afspraak dat de Rijksoverheid bij evenementen als deze een forse bijdrage levert van de begroting. Een begroting die geschat werd op ongeveer € 125 miljoen en dus voor het Rijk zou neerkomen op een bedrag van ongeveer € 27 miljoen. Hoe komt het dan dat minister Schippers in haar brief van 1 mei 2015 de volgende vragen kan hebben:

  • Wordt het een echt topsportevenement met voldoende uitstraling en olympische kwalificatie mogelijkheden?
  • Kan het evenement opgebouwd worden vanuit de breedtesport en bijdragen aan Nederland Sportland?
  • Wat wordt de verdeling van de sporten over de steden/provincies en de omvang van de daaraan gekoppelde begroting per stad/provincie?
  • Hoe is de verhouding tussen publieke versus private financiering en is dit acceptabel voor betrokken overheden? Bijna driekwart van de door NOC*NSF voorgestelde begroting zou in het NOC*NSF-plan door de belastingbetaler moeten worden gefinancierd.
  • In hoeverre kunnen overheden, die risico’s lopen, ook delen in de revenuen van het evenement ten opzichte van private financiers?
  • Hoe groot is de financiële bijdrage van de sport zelf?
  • Welke keuzes worden er gemaakt ten aanzien van de ambities van steden en provincies voor andere topsportevenementen?

Deze vragen zouden toch al lang in het voortraject moeten zijn behandeld? Want hoe zit dat dan met het haalbaarheidsonderzoek, bidstrategie, gezamenlijke financiering, afstemming van beleid, plaats van het evenement op de meerjarenkalender en plaats binnen de topsportbeleidsplannen van de bonden? Want dat was toch het gezamenlijke beleid vanaf 2002? Of is er mogelijk een excuus gelet op de geringe beschikbare tijd en de noodzaak voor de sport om op korte termijn te moeten reageren omdat anders een gouden kans zou zijn voorbijgegaan? Laten we daarom eens die chronologie gaan bekijken.

Beleidskader Sportevenementen
Begin december 2012 heeft het Europees Olympisch Comité ingestemd met de organisatie van de Europese Spelen 2015 in Baku. Daar was een vertegenwoordiging van de Nederlandse sport bij aanwezig. En die zal zeker ook hebben ingestemd. En teruggekomen in ons land heeft NOC*NSF dat teruggekoppeld naar het ministerie van VWS. Dat moet wel, want in het Beleidskader Sportevenementen van het ministerie van VWS van 12 november 2013 treffen we op pagina 5 een verwijzing aan naar de Europese Olympische Spelen.

Dit Beleidskader kwam in de plaats van de vorige beleidsnota’s en via dit Beleidskader wil VWS

'bijdragen aan het naar Nederland halen en organiseren van toonaangevende en intrinsiek aansprekende internationale sportevenementen en deze ook maatschappelijk zo goed mogelijk benutten'.

Het Beleidskader Sportevenementen bevat een aantal handvatten voor al diegenen die een dergelijk topsportevenement willen organiseren. Opname op de kalender, side events, etc. en de mededeling dat de rijksbijdrage een sluitpost is van de begroting. Wat staat er over de Europese Spelen? Op pagina 5 van het Beleidskader treffen we onder de noemer ‘de internationale sportevenementen buitencategorie’ de verwijzing aan.

In de periode december 2012 en november 2013 zou dus de procedure en voorbereiding van een bid, begroting, deelnemers, etc. etc. in het kader van de eventuele organisatie van Europese Spelen moeten zijn gestart. Maar is dat ook zo?
Voor het antwoord daarop gaan we naar een bericht van half december 2014 – weer een jaar later dus - waarin NOC*NSF kenbaar maakt ‘de mogelijkheid te onderzoeken om in 2019 de European Games in Nederland te organiseren.’

"Van december 2012 tot en met december 2014 is er niets gedaan"

Ik stel vast dat er vanaf december 2012 tot en met december 2014 niets is gedaan. Dat is mede daarom zo gek omdat we in het Beleidskader Sportevenementen ook aantreffen aan welke voorwaarden allemaal moet worden voldaan en ook - heel belangrijk - op welke financiële bijdrage een organisatie kan rekenen. Ik citeer:

'Hoe hoog is de rijksbijdrage? De maximale rijksbijdrage per sportevenement en bijbehorende side-events varieert:

1. Een aansprekend internationaal sportevenement buitencategorie - De hoogte van deze rijksbijdrage (voor de organisatie van het sportevenement en het programma van side events) wordt per evenement nader bepaald. Dit is in lijn met de motie Klaver cs. (Kamerstukken II 2011/12, 30234, nr. 62), waarbij de Tweede Kamer de Regering heeft gevraagd haar te informeren bij het nemen van substantiële besluiten betreffende grootschalige sportevenementen.
 
2. Een aansprekend internationaal sportevenement - Maximaal € 2.500.000, waarvan: a) voor de organisatie van het sportevenement maximaal 25% van de kosten tot ten hoogste € 2.000.000 en b) voor de organisatie van het programma van side-events rondom het sportevenement maximaal 50% van de kosten tot ten hoogste € 500.000.'

Dat betekent dat voor de Europese Spelen de Tweede Kamer – zie de brief van de minister van 1 mei 2015 - vooraf wordt geïnformeerd maar dat er zeker geen toezegging is om een bijdrage te leveren. Bij een 'aansprekend internationaal sportevenement'  is sprake van een percentage van 25% maar dan met een maximum tot in totaal € 2,5 miljoen.

"NOC*NSF heeft de zaak hier compleet in het honderd laten lopen"

Het geheel overziend kan ik niet anders concluderen dan dat NOC*NSF voldoende tijd heeft gehad om haar kandidatuur voor de organisatie van de Europese Spelen 2019 voor te bereiden. En dat NOC*NSF met geen mogelijkheid had mogen aangeven dat de Rijksoverheid voor welk percentage dan ook zou dienen deel te nemen aan dit project. Misleiding van de bovenste plank. Alle mooie woorden ten spijt, NOC*NSF heeft de zaak hier compleet in het honderd laten lopen.

Alhoewel de Rijksoverheid nu ook niet bepaald een proactieve houding kan worden 'verweten'. Ik kan me namelijk niet voorstellen dat je, als je de Europese Spelen in je Beleidskader noemt, je geen enkele keer vraagt hoe de stand van zaken daarmee is. Een beetje meer fut was kennelijk te veel.

Tenslotte: ik zie niet in hoe de Rijksoverheid en de betrokken gemeenten, legitimering kunnen vinden aan de Europese Spelen 2019 een financiële bijdrage te leveren.

Loek Jorritsma was wethouder (o.a. sport) in de gemeente Hoorn (1974–1976). Daarna studeerde hij af in de sociale wetenschappen en werkte vanaf 1979 bij de Directie Sport van het Ministerie van VWS, waar hij onder andere verantwoordelijk was voor de ontwikkeling van het beleid op het gebied van topsportevenementen en topsportaccommodaties. Met ingang van 1 april 2006 is hij met de VUT. Bij zijn afscheid schreef Jorritsma een bijdrage aan de discussie over de juridische verankering van sport in het beleid van de rijksoverheid. Hij pleit er voor om sport meer te zien als een publieke zaak en te komen tot een kaderwet specifiek sportbeleid.

« terug

Reacties: 5

Geert Slot
12-05-2015

Allereerst dank ik Loek voor het leveren van historische perspectief uit 2002 rondom het mogelijk in Nederland organiseren van de Europese Spelen. Hij maakt daarmee duidelijk dat het beleid om meer grote sportevenementen naar Nederland te halen zelfs al ouder is dan het Olympisch Plan 2028. Mooi om te zien ook dat Nederland dit beleid bijna 15 jaar geleden al zo stevig heeft ingezet.

Na 2002 hebben we in de (internationale) sport gelukkig ook het een en ander bijgeleerd. Het IOC heeft op basis van alle ervaringen van de afgelopen jaren zelfs een proces van verandering ingezet, juist op het gebied van de organisatie van grote sportevenementen: de Agenda 2020.

NOC*NSF ziet de organisatie van de Europese Spelen 2019 als een bijzondere kans voor Nederland. Het prille bestaan van dit evenement biedt Nederland de kans zich te presenteren als hét voorbeeld hoe een ‘next level’ multisportevenement te organiseren: een showcase voor de wereld én early adapter van de agenda 2020 van het IOC.

Dat NOC*NSF niet al in 2012 heeft overwogen om de Europese Spelen na Baku in Nederland te willen organiseren ligt voor de hand: nog in de zomer van 2012 was het Olympisch Plan 2028 zowel voor NOC*NSF als voor de overheid immers nog het plan waarbinnen dit soort initiatieven werden beoordeeld. In dat plan was voorzien dat in 2016 het besluit zou worden genomen of er aan een serieus bid voor de Spelen van 2028 zou worden gewerkt. Zoals iedereen weet hebben we dat moment van besluitvorming nooit mogen bereiken.

In het najaar van 2014 deed zich de situatie voor dat NOC*NSF van het EOC begreep dat zij het de moeite waard zouden vinden om met ons te onderzoeken of de ES 2019 in Nederland georganiseerd zou kunnen worden. Uitgaande van het inderdaad al vanaf 2002 geldende Nederlandse sportbeleid en in de geest van de eerder genoemde Agenda 2020 leek het NOC*NSF de moeite waard om dit op zijn minst te onderzoeken.

Samen met vele ervaringsdeskundigen werd een nieuw concept opgezet. Niet alleen nieuw voor EOC in vergelijking met Baku, maar ook nieuw in vergelijking tot alle eerder gehouden grote multi-sport evenementen en nieuw voor Nederland om een evenement te organiseren met meerdere (soorten) sporten, meerdere gemeenten/steden, meerdere provincies, meerdere vormen van private financiering/garantstelling/fundraising en de rijksoverheid.

Onze opzet van de Europese Spelen 2019 in Nederland betrekt het hele land bij het evenement. In zo’n tien steden en mogelijk zelfs in zes provincies vinden de verschillende sportonderdelen plaats, waarbij gebruik wordt gemaakt van zoveel mogelijk bestaande (sport)accommodaties. De atleten verblijven eveneens in bestaande accommodaties dichtbij de locatie van het sportonderdeel en de sterke, reeds aanwezige Nederlandse infrastructuur verbindt de verschillende locaties. Zodoende zal er geen kostbaar atletendorp gebouwd en ingericht worden.

Nederland kent al een sterk ontwikkeld sportlandschap met veel kennis, expertise en een grote achterban die zich graag inzet voor de sport. Vraag en aanbod komen zo op natuurlijke wijze bij elkaar en dat maakt het evenement efficiënt, effectief en toegankelijk voor heel Nederland. Alle overige provincies en gemeenten kunnen met eigen sportactiviteiten aansluiten door deze gelijktijdig te organiseren. En dit laatste geldt ook voor evenementen specifiek voor doelgroepen die nu in sportdeelname achterblijven, zoals gehandicapten.

De Europese Spelen 2019 in Nederland kunnen daarmee hét voorbeeld van een megasportevenement worden dat niet megalomaan hoeft te zijn. Door verschillende partijen te betrekken wordt op creatieve wijze en met normale maatvoering een maximale impact bereikt.

Ook het door het EOC gehanteerde toewijzingsproces is een voorschot op de agenda 2020 van het IOC. Het proces is geen beauty contest en er is geen concurrentie op de hoogte van budget. De ambitieuze plannen en het innovatieve concept dat Nederland heeft gepresenteerd aan het EOC sluit naadloos aan op de visie van het EOC voor de volgende Europese Spelen. Voor het EOC is Nederland in onze ogen een ideale kandidaat.

Tenslotte, de daadwerkelijke organisatie van een groot multi-sport evenementen is voor Nederland nieuw. Net als de Europese Spelen zelf dat nog steeds zijn. En net als dit Nederlandse concept is. De regelgeving waar Loek op doelt geeft geen voorschriften voor de onderwerpen die nu met VWS, de gemeenten en de provincies nog moeten worden besproken voordat definitieve besluiten kunnen worden genomen. We zijn met z’n allen (sport, overheden van drie niveaus en het bedrijfsleven) nieuwe regels en gebruiken aan het uitvinden uitgaande van wat ons bindt, namelijk dat er voor Nederland veel te winnen valt met sport.

Loek Jorritsma
13-05-2015

Inderdaad was het nodig om de mogelijke kandidatuur voor de Europese Spelen in dit historisch perspectief te plaatsen. Want regeren is vooruitzien. Mede daarom werd al in 2000 in het Breed Interdepartementaal Sportberaad (BIS) de opdracht gegeven om de betrokkenheid van alle departmenten bij het sportbeleid eens in kaart te brengen. De Olympische Spelen van Sydney en Nederland Sportland waren relevante beleidsthema’s.

Documenten zoals deze doen er voor de Rijksoverheid toe. En dat geldt dus ook voor dat andere document dat ik hier in mijn bijdrage heb genoemd: 'Het Beleidskader Sportevenementen' van 12 november 2013. Geert vergeet dit te noemen in zijn reactie. Dat is jammer. Want juist dat document bood de sport in Nederland de kans om de kandidatuur voor de Europese Spelen op een evenwichtige en planmatige wijze voor te bereiden. Want hoe gaat zoiets?

Ruim voor 12 november 2013 moet het ministerie van VWS zijn geïnformeerd over deze, zoals ze het zelf noemen, Europese Olympische Spelen. En hebben bezien of deze Spelen zouden passen binnen het op te stellen Beleidskader Sportevenementen van de Rijksoverheid. En ja hoor, het past! De Europese Spelen kunnen worden gezien als een aansprekend internationaal sportevenement buitencategorie. Alle deelnemers aan de totstandkoming van dit Beleidskader zijn het er over eens. Dat weet na 12 november 2013 ook heel Nederland.

En wat ga je dan doen? Je weet wat er in het regeerakkoord staat: 'Topsportevenementen kunnen waardevol zijn voor de Nederlandse economie en hebben een positieve uitstraling naar de breedtesport. Het binnenhalen en organiseren van de Olympische Spelen brengt echter veel financiële risico’s met zich mee. Hiervoor is weinig draagvlak in de samenleving in een tijd van crisis en bezuinigingen. We onderschrijven de ambitie om de Nederlandse sport op olympisch niveau te brengen, zonder de Olympische Spelen naar Nederland te willen halen.'

Dan grijp je met z’n allen toch die kans aan om vanaf 12 november 2013 in het openbaar aan te geven dat het je ernst is en dat dus de haalbaarheid voor de kandidatuur van die Europese Spelen onderzocht moet worden? Via de Beleidskaders zoals die gelden. Want dat heb je in het voortraject met elkaar afgesproken. Dan ga je niet nog een jaar lang op je handen zitten en wachten tot het EOC je benadert om je te kandideren. Een gemiste kans.

Ervaringsdeskundigen
Interessant is vervolgens dat Geert aangeeft dat na december 2014 met vele ervaringsdeskundigen een nieuw concept werd opgesteld. Vraag is dan wat de rol was van de rijksoverheid. Is de rijksoverheid als ervaringsdeskundige onmiddellijk volledig betrokken geweest? Dan zijn de vragen die de minister in haar brief van 1 mei 2015 stelt in dat voortraject. En dus niet zijn beantwoord. Nog erger zou het zijn als de rijksoverheid niet betrokken is geweest bij het opstellen van dit nieuwe concept. Een concept dat overigens naadloos zou passen bij het overzicht van de betrokkenheid van alle departementen bij het sportbeleid zoals opgesteld voor het Breed Interdepartementaal Sportberaad.

Voorschriften regelgeving
Geert geeft voorts aan dat voor de onderwerpen die nu spelen er geen voorschriften zijn. Dat is juist, in het Beleidskader wordt aangegeven dat dat per evenement nader wordt bepaald en waar de Tweede Kamer over wordt geïnformeerd. Maar dan mag er door NOC*NSF ook geen voorschot worden genomen op de bijdrage van de rijksoverheid voor een bedrag van € 27 miljoen. En zeker niet op zo’n korte termijn waar al veel tijd verloren werd.

Regie
Het geheel overziend doet zich toch de vraag voor wat er zou zijn gebeurd als de rijksoverheid de regierol zou hebben gehad en niet NOC*NSF, de koepelorganisatie van de sport. Dan zou, zo stel ik me voor, al voorafgaand aan het uitkomen van het Beleidskader, de directeur Sport voorzitter zijn geweest van het uitvoeringsorgaan van dit Beleidskader. Zou er regelmatig overleg zijn geweest met het EOC over de voorwaarden waaronder Nederland zich zou kandideren. Zou vervolgens met het uitkomen van het Beleidskader in ieder geval één speerpunt zijn gepresenteerd: de Europese Spelen als resultaat van het gecombineerd overleg van alle beleidspartners op het gebied van de sport. Inclusief de andere departementen.

Voor een efficiënt en effectief beleid op het gebied van topsportevenementen is Nederland meer gebaat bij een regierol van de rijksoverheid dan bij die van de sport zelf.

Kees de Voogd
14-05-2015

Lijkt me een ambitieus plan die Europese Spelen, maar waar kan ik het vinden, of is het een groot geheim ? 125 miljoen euro aan harde garanties voor 1 december 2015 is een pittige uitdaging, vooral nu al meerdere steden hebben duidelijk gemaakt er geen interesse in, dan wel budget voor te hebben.
 

Geert Slot
14-05-2015

Beste Kees Voogd,

in de afgelopen 5 maanden is het plan voor Europese Spelen in Nederland gemaakt vanuit de gedachte die Spelen over heel Nederland heen te organiseren in bestaande accommodaties en de atleten in de omgeving van die accommodaties onder te brengen. Vanaf het begin hebben we geweten dat dit niet binnen 5 maanden zou leiden tot een geheel uitgewerkt en gegarandeerd plan. Vooral niet omdat de Europese Spelen nog nooit hebben plaatsgevonden en er nog geen uitgekristalliseerd concept voor is. Dat gegeven maakte het ook erg aantrekkelijk, immers je kan nog veel zelf ontwerpen en vormgeven.

We wisten meteen dat er geen enkele partij zou zijn die alleen voor het geheel zou willen tekenen of garant zou willen staan. En de ervaringen met het Olympisch Plan en het bid voor de YOG Rotterdam van 2018 hebben ons geleerd dat dit ook in de nabije toekomst niet het geval zal zijn.

Wij moeten het in Nederland van gemengde financiering en gedeelde verantwoordelijkheden hebben. Het EOC bleek dat, anders dan het IOC in het verleden, geen onoverkomelijk probleem te vinden.

In essentie bleven er toen drie vragen over om te beantwoorden.

1. welke sporten zijn in 2019 onderdeel van de ES?

2. waar in Nederland worden de sporten uit 1. in 2019 georganiseerd?

3. welke partijen zijn bereid de ES 2019 te financieren?

Het zal niet verbazen dat deze 3 vragen een grote onderlinge samenhang hebben en je idealiter ook nog wel een voorkeursvolgorde zou willen aanbrengen.

Na eind december bekend te hebben gemaakt dat we dit aan het onderzoeken waren meldden een aantal gemeenten en provincies zich al spontaan aan. En na korte sondering bij gemeenten met ervaring en ambities op het gebied van grote sportevenementen ontstond al snel een grote groep gegadigden.

Het bleek mogelijk om voor op zijn minst 12 belangrijke sporten 'onderdak met uitzicht op medefinanciering' te vinden bij een fors aantal gemeenten en provincies verspreid over heel Nederland. Het bedrijfsleven reageerde bovendien ook enthousiast.

Bleef over de eigen achterban en het kabinet mee te nemen en te onderzoeken of zij ook positief zouden staan tegenover dit plan.

Op 25 april stemde de AV van NOC*NSF onder voorwaarden in en op 1 mei zond minister Schippers een brief aan de Tweede Kamer dat zij het plan positief kritisch beziet.

Het plan is nu in grote lijnen terug te vinden op onze website: http://nocnsf.nl/baku2015/deeuropesespelen2019innederland

Daarbij moet ik wel aantekenen dat de verdeling van sporten over de gemeenten en provincies daar nog niet in staat.

Met kabinet, gemeenten, provincies, sportorganisaties en EOC wordt nu namelijk nog volop gesproken over welke sporten waar plaats zouden zullen vinden, van welk niveau deze toernooien zullen zijn en hoe de financieringsverhoudingen er uit gaan zien. Het is inderdaad zou dat er gemeenten zijn die eerder enthousiast waren en nu toch gedeeltelijk terug trekkende bewegingen maken. Jammer bijvoorbeeld dat Almere niet meer mee doet. We hadden ons sporten als triatlon en inline skaten daar goed voor kunnen stellen. Tegelijkertijd zien we dat anderen zich nu pas melden, ook naar aanleiding van berichten dat er mogelijk open plekken in het plan zijn.

Indien het rijk, de provincies en de gemeenten zich voor het einde van Baku 2015 uitspreken om mee te doen, en daarna hun begrotingsbesprekingen benutten om de financiering veilig te stellen, dan zullen we echt spijkers met koppen slaan over waar wat plaats zal vinden. Met het EOC valt af te spreken dat midden 2016 ook dat proces is afgerond.

Het realiseren van de ES2019 in Nederland zal nog vrij lang vooral een gezamenlijk proces blijven met veel co-creatie waarvan niet altijd de uitkomst van de volgende stap is te voorzien.

Beste Kees, ik hoop je hiermee voldoende info te hebben gegeven.

Geert

Loek Jorritsma
12-06-2015

Met grote verwondering heb ik zojuist het interview van Hans Klippus met Andre Bolhuis gelezen (zie hier => http://www.sportknowhowxl.nl/files/2015/BolhuisAD12-6-2015.jpg). Het lijkt er op dat Bolhuis zijn persoonlijke wrok belangrijker vindt dan de relatie van de sport met de overheid.

Laat ik met de laatste zin van het interview beginnen. Die waarin hij het heel bijzonder vindt dat het ministerie van VWS denkt te kunnen bepalen of iets een topsportevenement is. Zoals ik eerder al heb aangegeven is er het Beleidskader Sportevenementen van VWS. Daarin staat precies aangegeven op welke wijze de rijksoverheid aankijkt tegen topsportevenementen, volledig afgestemd met alle beleidspartners. Het is dus volstrekt niet bijzonder dat het ministerie van VWS dat doet, de subsidievoorwaarden zijn daarop afgestemd. VWS moet wel, in overeenstemming met alle betrokkenen.

Dan wat betreft de signalen die nooit zouden zijn gegeven en dat er geen reden was om aan te nemen dat geen steun zou worden verleend. Vertel me dan eens waarom er door NOC*NSF toch een voorbehoud is gemaakt tegenover het EOC? Dat was toch niet uit weelde? Er hadden al gemeenten afgehaakt en er werd in december aangegeven dat de sport geen enkel risico mocht lopen en dat de overheden dienden te betalen. Is er daarna geen enkel voorbehoud gemaakt? Volstrekt ongeloofwaardig. De brief van minister Schippers kwam niet uit de lucht vallen. Dat had al dat duidelijke signaal moeten zijn.

Ik geef onmiddellijk toe dat het een wat loze kreet is dat het ministerie van VWS interesse zou blijven houden in multi-sportevenementen.

Het geheel overziend is er, denk ik, de noodzaak om de gehele gang van zaken in beeld te brengen om er voor te zorgen dat zoiets niet meer kan gebeuren. En dat het beleid inzake topsportevenementen - mede gelet op de ervaringen met het voetbal - een grondige evaluatiebeurt krijgt. Afstemming met het Europese beleid en de Europese wet-  en regelgeving is absoluut noodzakelijk. Zie ook de staatssteunregels. Dan wordt volstrekt duidelijk wanneer een topsportevenement voor de overheid ook daadwerkelijk een topsportevenement is dat een positieve overheidsbemoeienis met zich mee brengt. En dat waren de Europese Spelen niet.

Reactie toevoegen

Naam*
E-mailadres*
Reactie*
Stuur mij een e-mail als er een nieuwe reactie wordt geplaatst