11 maart 2025
Opinie
door: Margot van Beusekom
De Nederlandse sportwereld is rijk aan passie, traditie en potentie. Maar als we écht willen dat sport een structurele bijdrage levert aan een vitale samenleving, moeten we af van de versplinterde organisatie en inefficiënte structuren. De huidige manier waarop sport wordt georganiseerd, is te veel gericht op instellingen en te weinig op de sporter. De tijd is rijp voor een fundamentele herziening.
Wie naar de organisatie van de Nederlandse sport kijkt, ziet een lappendeken van partijen: 79 sportbonden, 342 gemeenten, 12 provinciale sportorganisaties, 38 betaald voetbalorganisaties (BVO’s) en een veelvoud aan maatschappelijke en commerciële sportinitiatieven. Terwijl er voorheen één koepelorganisatie was – NOC*NSF – zijn er nu drie: NOC*NSF, POS (Platform Ondernemende Sportaanbieders) en MOS (Maatschappelijke Organisaties in de Sport). Dit betekent meer directeuren, meer administratieve medewerkers, meer lobbyisten, en meer - zoals staatssecretaris Karremans het benoemt - bestuurlijke drukte.
De intenties zijn zonder twijfel goed, maar de versnippering leidt tot onnodige overlap en inefficiëntie. Joscha de Vries kaartte dit recent ook aan in haar column: we besteden te veel tijd aan afstemming, overleggen en samenwerkingsstructuren. Dit is onhoudbaar, zeker in een tijd waarin er bezuinigd wordt en er een steeds grotere druk ligt op effectieve besteding van publieke middelen.
Nog urgenter is de impact op de volksgezondheid. Met stijgende zorgkosten en een toenemende druk op de zorg, zou sport een cruciale rol moeten spelen in preventie. Maar door gebrek aan slagkracht blijft de sector achter in het daadwerkelijk bijdragen aan oplossingen. Innovatief vermogen ontbreekt, terwijl technologische ontwikkelingen zoals AI en data-analyse enorme kansen bieden om sport toegankelijker en effectiever te maken.
Never Waste a Good Crisis: Nu Doorpakken
Begrijp me niet verkeerd: als groot voorstander van sport en bewegen ben ik absoluut geen fan van de bezuinigingen die onze sector treffen. Maar misschien is dit wel de crisis die we nodig hebben om eindelijk écht anders te gaan werken. Laten we dit moment niet aangrijpen om met de kaasschaaf bestaande structuren in stand te houden, maar om sport en bewegen in Nederland radicaal te herzien.
De kern moet zijn: minder bestuurlijke drukte, meer daadkracht. We moeten ons sportlandschap zo inrichten dat het direct ten goede komt aan de sporter. Minder vergaderen, meer mensen op de velden, in de zalen en op de pleinen.
Er zijn al goede initiatieven, zoals de shared service-organisatie Nederland Sport, die NOC*NSF recent heeft opgenomen binnen haar geledingen. Ook de discussie over hoe verenigingsondersteuning in stedelijke versus landelijke gebieden optimaal kan worden ingericht is waardevol. Maar dit zijn stappen binnen het bestaande systeem. Wat nodig is, is een fundamentele herziening.
Een Masterplan voor de Toekomst van de Sport
We hebben een visie nodig die verder reikt dan losse initiatieven. Een masterplan waarin we sport en bewegen structureel beter organiseren. Een plan waarin:
Dit is geen quick fix. Het vraagt om een lange adem en een gezamenlijke inspanning. Maar als we allemaal in dezelfde richting bewegen, kunnen we een sportlandschap creëren dat toekomstbestendig is.
De Wet Algemene Herindeling Sport en Bewegen?
Om echte verandering mogelijk te maken, moeten we misschien buiten de gebaande paden denken. Neem de Wet Algemene Regels Herindeling (AHRI), die de herindeling van gemeenten en provincies regelt. Deze wet zorgt niet alleen voor bestuurlijke vereenvoudiging, maar maakt ook budget vrij voor herstructurering, omdat grotere eenheden efficiënter werken en kosten besparen.
Waarom zouden we zo’n model niet vertalen naar de sportsector? Een Wet Algemene Herindeling Sport en Bewegen (AHSeB) zou gemeenten, sportbonden en organisaties kunnen samenbrengen in efficiëntere structuren. Ja, sport is geen wettelijke taak, en ja, dit vraagt om creativiteit en politieke wil. Maar als we echt willen dat sport een serieuze pijler wordt in het gezondheids- en welzijnsbeleid, moeten we daar dan niet ook naar handelen?
Ik roep staatssecretaris Karremans en de beleidsmakers bij VWS op om hierin het voortouw te nemen. En als dat betekent dat de bezuinigingen eerst nog verder moeten worden doorgevoerd om de urgentie te vergroten, dan is dat misschien wel een noodzakelijk kwaad. De vraag is: hebben we de moed om deze kans te grijpen?
Ik denk en doe graag mee.
Margot van Beusekom is directeur bij Stichting Sport Data Valley, de nationale data-infrastructuur voor sport, bewegen en gezondheid. Voor Sport Knowhow XL schrijft Margot vooral artikelen waarin zij de lezer uitdaagt eens vanuit andere perspectieven naar de wereld van sport te kijken. Voor meer informatie: margot@sportdatavalley.nl of 06-5379 8153.
Deel dit bericht:
0 reacties
Nog geen reacties. Wees de eerste!
Voeg je reactie toe
Wij sturen jou één keer per twee weken een e-mail met de belangrijkste opinies en artikelen van Sport Knowhow XL.