Go with Golazo
Sportknowhowxl
Home
Opinie
De vraag van thomas krol aan guus hiddink

De vraag van Thomas Krol aan Guus Hiddink

14 oktober 2025

Opinie

  • De vraag van… oud-schaatser en leerling-vlieger Thomas Krol
  • Aan... Guus Hiddink, oud-voetbaltrainer

XL35 - 4 (1) Thomas1De vraag

De klassieke onderdelen van het schaatsen worden individueel gereden: jij tegen de rest. Desondanks beschouw ik schaatsen niet per definitie als een individuele sport: je traint met je team en je maakt elkaar sterker. Totdat het startschot klinkt, dan is het ieder voor zich. In het vliegen is die concurrentiestrijd er uiteraard niet meer: je bouwt één team om gezamenlijk de vlucht op een veilige en voor de passagiers aangename manier te laten voorkomen.

Als ik het heb over teambonding en -building denk ik aan Guus Hiddink, die in zijn carrière zo ongelooflijk veel verschillende teams goed heeft laten samenspelen. Meneer Hiddink: wat is in uw ogen het geheim van het smeden van een hecht team, waarin spelers voor elkaar door het vuur gaan, en welke actieve of passieve rol heeft een trainer hierbij? Heeft u in uw trainersloopbaan altijd dezelfde methode gehanteerd, of heeft u de methode altijd aangepast aan de betreffende spelersgroep?

Het antwoord

XL35 - 4. Hiddink-svoDank voor de vraag Thomas. Laten we beginnen bij de opleiding waar voor mij de basis is gelegd. Het CIOS was een goede opleiding, militaristisch in de goede zin van het woord. Er werd je discipline bijgebracht. Na die opleiding ging ik naast mijn loopbaan als profvoetballer aan de slag als gymleraar, want het betaalde voetbal was toen nog niet van dien aard dat je er volledig van kon leven.

Ik heb zo’n 10-12 jaar lesgegeven op een school voor speciaal onderwijs in Doetinchem. Daar werkte ik met kinderen die om wat voor reden dan ook niet mee konden komen in het regulier onderwijs, van een kind met het downsyndroom, tot een driftige puber met een mes op zak. Daar heb ik geleerd om met groepen te werken, en om ondanks alle verschillen toch met elkaar in een gymles te bewegen. Daar had ik geen prestatief doel, maar een sociaal doel.

“De spits krijgt sowieso wel aandacht, als coach moest ik ook letten op de linksback”

Als speler bij De Graafschap werd ik assistent-trainer en in die rol verhuisde ik al snel naar PSV, onder hoofdtrainer Hans Kraaij sr. Toen hij halverwege het seizoen wegging, stond ik voor de groep en dat was een elftal met grote persoonlijkheden: Ruud Gullit,  Ronald Koeman, Wim Kieft, Romário. Het lukte om al die persoonlijkheden met elkaar samen te laten werken en dat heeft uiteindelijk ook wel geleid tot wat kampioenschappen hier en daar. Het belangrijkste daarbij als coach is dat je oog hebt voor de rol die iedereen in het team heeft. Een aanvaller krijgt vanzelf veel aandacht en publiciteit, maar je moet ook de waarde onderkennen van diegenen die het vuile werk opknappen. De spits krijgt sowieso wel aandacht, als coach moest ik ook letten op de linksback.

XL35 - 4. Training_PSV_voor_Europa_Cup_I_wedstrijd_tegen_Real_Madrid_trainer_Dorjee,_Ron,_Bestanddeelnr_934-2317

Na PSV ben ik in Turkije en Spanje aan de slag gegaan en daar krijg je met veel meer emotie te maken. Ik zorgde er altijd voor dat ik de cultuur leerde kennen. Ik maakte me de taal eigen, want dan ben je niet meer afhankelijk van een tolk en ik had geluk dat talen mij makkelijk afgingen. Binnen twee maanden sprak ik voldoende Spaans om goed met de spelers in die taal te kunnen communiceren.”

“Na die periode was ik bondscoach en dat heeft weer een heel andere dynamiek, omdat je de spelers maar in een beperkte periode tot je beschikking hebt. Als bondscoach van Zuid-Korea was dat anders. Voor mij was het belangrijk om op voorhand voorwaarden te stellen. In de Aziatische cultuur is gezichtsverlies enorm belangrijk. Zuid-Korea was medeorganisator van het WK in 2002 en ze wilden daar minimaal de laatste 16 halen. Maar op de wereldranglijst stonden ze rond de 65ste plaats, dus dan ben je in principe kansloos. Mijn voorwaarde was daarom dat de spelers anderhalf jaar voor het WK uit de competitie gehaald zouden worden, om samen te kunnen trainen en een team te bouwen, een soort Bankrasmodel.

“Om terug te komen op de vraag of ik altijd hetzelfde recept hanteerde: nee”

Ik koos bewust voor de moeilijke weg. Vanwege de angst voor gezichtsverlies speelde Zuid-Korea voorheen altijd oefeninterlands tegen bijvoorbeeld Maleisië en Singapore. Die wonnen ze makkelijk en dan dachten ze dat ze klaar waren voor het WK, waar ze vervolgens werden afgeslacht door de grote landen. Ik wilde oefenwedstrijden tegen Frankrijk en Uruguay, want van weerstand wordt je sterker en het gaf mij ook de mogelijkheid om door te selecteren. Het heeft veel strijd gekost, maar de bond ging akkoord met mijn voorwaarden.

Om terug te komen op de vraag of ik altijd hetzelfde recept hanteerde: nee. In Zuid-Korea heb ik er bewust voor gekozen om de taal niet te leren, zoals ik in Turkije, Spanje wel had gedaan. Ik had wel twee heel goede mensen die lokaal op de hoogte waren en voor mij konden vertalen. Zuid-Korea kende een heel gesloten cultuur. De spelers spraken zo goed als geen Engels, maar ik voelde aan ze dat ze wel wilden communiceren, dus ik heb gezegd dat ze in de loze uren op de trainingskampen allemaal Engelse les moesten volgen. Dat werkte enorm goed. Al na een paar dagen zeiden ze 'good morning sir' en op die manier kon ik een goede band met de spelers opbouwen.

“Als je eenmaal het vertrouwen hebt gewonnen, kun je ook eisen stellen als het gaat om presteren”

Dan blijft het nog heel moeilijk om er een competitief team van te maken. Cultuur is moeilijk te doorbreken en als gezichtsverlies en hiërarchie heel belangrijk zijn, kan dat ook contraproductief werken. Oudere spelers hadden het voor het zeggen en dat ging vaak ten koste van de creativiteit en het initiatief bij de jongere spelers. Daar kwam bij dat ik ook nog te maken kreeg met allerlei politieke invloeden, bijvoorbeeld van een technische commissie. Soms vonden ze het belangrijker uit welke regio een speler kwam, dan welke voetbalkwaliteiten hij had. Ik ben daarom op een gegeven moment buiten die technische commissie om gaan selecteren. Als je naar de laatste drie maanden van die periode kijkt, lijkt het allemaal heel mooi, maar daarvoor was het anderhalf jaar knokken. Voor mij was het daarbij heel belangrijk dat ik werd gesteund door de top.

Dat was later in Rusland hetzelfde. In landen met een autoritaire traditie moet je eerst het gevecht aangaan met de autoriteiten, omdat je in het team altijd te maken hebt met angst voor repressie. Als je die sfeer kan weghalen en het vertrouwen van de spelers kan winnen, gaan ze bijna als vanzelf presteren want er waait een andere wind dan in het verleden. In Rusland heb ik trouwens wel mijn best gedaan om de taal te leren, in ieder geval alle voetbaltermen, waardoor ik directer met de spelers kon communiceren. Ik heb dus niet overal precies dezelfde dingen gedaan, maar er is wel een grote gemene deler: als je eenmaal het vertrouwen hebt gewonnen, kun je ook eisen stellen als het gaat om presteren.

XL35 - 4. TomVanTHek175FCVolgende keer het antwoord van Tom van 't Hek op de vraag van Guus HIddink:
Graag wil ik de vraag doorgeven aan Tom van ’t Hek, voorzitter van de NL Sportraad. Er komen verkiezingen aan en daarna moet er een kabinet worden geformeerd. Ik word formateur en zorg dat in het nieuwe kabinet een ministerie wordt opgenomen van Sport, Beweging en Zorg. Daarvan maak ik Tom minister. Mijn vraag aan Tom: wat zou jij doen op de eerste dag dat je aan de slag gaat op het ministerie van SpoBeZo?

Deel dit bericht:

0 reacties

Nog geen reacties. Wees de eerste!

Voeg je reactie toe

Meer over:

Blijf op de hoogte

Wij sturen jou één keer per twee weken een e-mail met de 
belangrijkste opinies en artikelen van Sport Knowhow XL.