23 oktober 2025
Nieuws
door: Emilie Maclaine Pont | 23 oktober 2025
Een opmerking op de training, een grapje in de kleedkamer, een ouder langs de lijn die net te ver gaat. Discriminatie in de sport is zelden expliciet, maar het gebeurt overal. Met de Fair Play Workshop gaat de Anne Frank Stichting het gesprek aan op sportclubs. De stichting doet dat in samenwerking met NOC*NSF, binnen het project Onze Club Is Van Iedereen (OCIVI).
De Anne Frank Stichting is geen onbekende in de sportwereld. Eerder gaf de organisatie workshops voor jongeren in samenwerking met het betaalde voetbal, onder meer bij NAC Breda en RKC Waalwijk. Daar lag de focus op bewustwording onder scholieren en jeugdteams. Olaf van Muijden, projectmedewerker sport bij de stichting, licht toe: “We zagen hoeveel impact de workshop had. Jongeren dachten echt na over hun eigen gedrag en wat ze normaal vonden. Via die trajecten kwamen we ook in contact met amateurclubs. Toen NOC*NSF het project Onze Club Is Van Iedereen startte, was het logisch om samen te werken. Het bood de kans om onze methodiek sportbreed in te zetten.”
Binnen het OCIVI-project werken verschillende partners samen om discriminatie in de sport tegen te gaan. NOC*NSF richt zich vooral op bewustwording en inbedding binnen sportbonden, bestuurders en procesbegeleiders. De Anne Frank Stichting focust op de jongeren zelf: sporters tussen de twaalf en zestien jaar. “Dat is de leeftijd waarop je gevormd wordt”, legt Van Muijden uit. “Je ontwikkelt empathie, leert wat er gebeurt als je iets zegt of juist zwijgt. Jongeren kunnen stoppen met sporten als ze zich buitengesloten voelen, daarom is het belangrijk juist met hen het gesprek aangaan.”
Omdat de workshop oorspronkelijk is ontwikkeld voor voetbal, heeft de Anne Frank Stichting de inhoud licht aangepast voor andere sporten. De thematiek is universeel. Van Muijden: “Of het nu gaat om een volleybalzaal of een judomat, discriminatie en uitsluiting komen overal voor. Ook al is het bij de ene sport meer dan bij de andere, de reacties kunnen net zo pijnlijk zijn.”
Gamification als onderdeel van de workshop
De Fair Play Workshop voor sportclubs bestaat uit drie onderdelen. Het eerste deel is individueel en digitaal: een online game waarin deelnemers in de huid kruipen van een jonge sporter. Ze worden geconfronteerd met herkenbare situaties, binnen en buiten het veld. Van Muijden: “De game laat een voetbaltoernooi zien waarin zich allerlei momenten van discriminatie voordoen. Iemand wordt uitgescholden, een ander krijgt een opmerking over zijn afkomst of seksuele voorkeur. Deelnemers zijn zelf nooit slachtoffer of dader, maar kiezen wel wat ze zouden doen: er iets van zeggen, naar de coach stappen, zwijgen, meelachen. Daarna zien ze hoeveel anderen dezelfde keuze maakten. Dat leidt tot reflectie: waarom maakte ik deze keuze eigenlijk?”
Het tweede deel van de workshop is groepsgericht. Met z’n drieën of vieren leggen deelnemers kaarten met situaties uit de sport op een schaal van ‘erg’ tot ‘minder erg’. Denk aan een trainer die zegt: ‘stel je niet aan, je bent toch geen meisje’, of een sporter die te horen krijgt dat zij haar hoofddoek moet afdoen.
Van Muijden: “Het klinkt als een eenvoudig spel, maar het maakt steevast de tongen los. Sommige jongeren hebben zelf iets meegemaakt, anderen niet. Dan ontstaat een gesprek over waarom iets pijnlijk is, of waarom je er soms niets van zegt.”
Het derde deel vindt plaats met de hele groep. Samen bespreken ze wat ze als team kunnen doen. “We proberen het niet te laten bij bewustwording”, benadrukt Van Muijden. “We vragen: wat willen jullie als team afspreken? Wat doen jullie als iemand wordt uitgescholden? Hoe wil je met elkaar omgaan? Dat levert vaak verrassend concrete ideeën op.”
Bewustwording als startpunt
De Anne Frank Stichting ziet bewustwording niet als einddoel, maar als startpunt. Van Muijden: “Wij willen jongeren laten ervaren dat ze invloed hebben. Je bent misschien niet de dader of het slachtoffer, maar je hebt altijd een keuze. Dat is de kern van onze aanpak: nadenken over je eigen rol.”
Die insteek past precies binnen de bredere OCIVI-aanpak van NOC*NSF. Daarin wordt gewerkt met procesbegeleiders en gespreksstarters bij bonden en verenigingen. “Zij helpen om het thema te verankeren in beleid en cultuur. Wij vullen dat aan met een interventie die echt bij de jeugd begint. Het zijn twee sporen die elkaar versterken.”
Een van de eerste bonden die met de Fair Play Workshop aan de slag gaat, is de NeVoBo, de Nederlandse Volleybalbond. Zij informeren hun clubs actief over de mogelijkheid om een workshop van de Anne Frank Stichting te volgen. Ook andere bonden tonen belangstelling. Zo kreeg een groep schermers van verschillende clubs een workshop bij de schermbond. “We zijn pas een half jaar bezig om het uit te breiden in de sport. Het kost tijd om het in te bedden. Maar het enthousiasme is groot. Clubs zien dat het helpt om het gesprek te voeren zonder met de vinger te wijzen”, zegt Van Muijden.
Sport als leeromgeving
Voor de Anne Frank Stichting is sport een logisch domein. “Na school is sport de belangrijkste plek waar jongeren elkaar ontmoeten. Een omgeving waar regels gelden, waar je samenwerkt en elkaar nodig hebt. Dat maakt sport een ideale plek om te leren wat fair play echt betekent. Die benadering past binnen de bredere missie van onze stichting: bewustwording over vooroordelen, discriminatie en uitsluiting vergroten.”
Hoeveel workshops de Anne Frank Stichting uiteindelijk zal geven, is nog niet te zeggen. “We hopen dat zoveel mogelijk clubs dit oppakken. We hebben geen streefcijfer, maar de inzet helder: het gesprek over discriminatie in de sport mag niet ophouden bij een project of subsidie. Onze club is pas echt van iedereen als het thema een blijvend onderwerp van gesprek is.”
Deel dit bericht:
0 reacties
Nog geen reacties. Wees de eerste!
Voeg je reactie toe
Wij sturen jou één keer per twee weken een e-mail met de belangrijkste opinies en artikelen van Sport Knowhow XL.