Vreemd toch, of niet?
Je bent 55 jaar professioneel bezig geweest met sportontwikkeling in het algemeen en het voetballen in het bijzonder.
Je hebt je vooral met enthousiasme en hulp van vele anderen druk gemaakt om een klimaat te ontwikkelen, waarbij het er vooral erom gaat dat mensen zich optimaal kunnen ontwikkelen, uitdagingen willen aangaan die binnen een tak van sport, in dit geval voetballen, juist zo aantrekkelijk zijn.
M.a.w. sport beoefenen kan omschreven worden als “welbewust moeilijk doen” of om het ‘netjes’ te formuleren: “het vrijwillig pogen onnodige obstakels te overwinnen” (Tamboer, J.W.I. 2004/Voetbaltheorie / van Lingen, B. /Het coachen van voetballen-het jeugdvoetballeerproces)
Om nu als sportorganisatie sportontwikkelingsbeleid te voeren en in praktijk te brengen gaat het er dan ook primair om dat de tak van sport gekend wordt en dat er dusdanig over gecommuniceerd wordt dat voor alle betrokkenen duidelijk wordt wat er van ze wordt verwacht in relatie tot de rol die een ieder wil spelen (speler, coach, arbiter, arts, fysio, begeleider, pers en ouders als het kinderen betreft). Verder, wat de middelen zijn en niet onbelangrijk, wat de regels zijn.
En dán krijg je dít!
Je zou dan ook verwachten dat de ‘hoogste in rang’ van deze voetbalsector, Jan Dirk van der Zee (Directeur Amateurvoetbal en sinds de successen van de Oranjevrouwen ook Directeur Vrouwenvoetbal) zou uitstralen dat hij zich terdege heeft verdiept wat de core business van zijn organisatie is, namelijk voetballen (spelbedoeling, middelen en regels) en hoe dit spel geleerd kan worden.
Echter, in meerderheid van zijn columns, die met regelmaat op de website van de KNVB verschijnen, worden juist díe weerstanden en moeilijkheidsfactoren die juist zo aantrekkelijk zijn om het spelen met een bal tot het voetbalspel maken, veronachtzaamd, ter discussie gesteld en vanuit een soort populistische gedachte het liefst afgeschaft worden (“als je het afschaft, dan is het probleem opgelost”).
Alles wat binnen het voetbalspel tot een conflict, agressiviteit, oneerlijkheid, ongelijkheid leidt dient afgeschaft te worden en ‘pamperen’ doet zijn intrede als zijnde ‘fair-play’. Geen competitieranglijsten meer, geen scheidsrechter meer, geen grensrechters meer, geen ingooi, niet meer koppen, een high five geven, opleiden staat diametraal op winnen, etc. Met z’n allen in de comfortzone alstublieft! Lees verder de columns er nog maar eens op na.
Om iedereen uit de droom te helpen: voetballen is een conflict! Daar gaat het juist om, dat bepaalt al het handelen. En dat conflict heeft voetbalspecifieke kenmerken. En juist deze kenmerken zijn voor alle betrokkenen noodzakelijke “fundamentals” om het spel te kunnen spelen. Voor coaching, training en ontwikkeling en zéker om landelijk voetbalbeleid te voeren!
Dan is het dus vreemd dat op geen enkele wijze in de columns van de directeur doorklinkt, dat er zoiets is als een voetbaltheorie die in het verleden is ontstaan. Een theorie die een objectieve beschrijving in handelingstaal is van het voetbalspel en als uitgangspunt is geweest om verdere ontwikkelingen in de voetbalgemeenschap richting te kunnen geven.
Die ontwikkelde en aanvaarde theorie is het uitgangspunt van alle huidige KNVB-opleidingen, maar wordt na alle recente successen (mannen en vrouwen) gemakshalve opzij geschoven op het moment dat populistische uitspraken, gericht op de waan van de dag, aan de orde lijken te zijn.
Het is vreemd dat, waar de KNVB binnen FIFA- en UEFA-verband uitblonk en baanbrekend werk verrichtte in het ontwikkelen van het voetballen (coachen, leren en trainen van voetballen), de huidige KNVB-directeur geen enkele belangstelling voor deze ontwikkelde expertise toont. Gezien de columns vraag ik me af of de directeur zich deze theorie heeft eigengemaakt of zelfs heeft gelezen.
Hopelijk komt er in de toekomst een klimaat dat het juist ‘cool’ is om de moeilijkheidsfactoren en de weerstanden die voetballers vrijwillig aangaan, te onderkennen, te herkennen, te benoemen en via positieve, aantrekkelijke en uitdagende ontwikkelprogramma’s in beleid te vertalen.
Om met de openingszin te eindigen, vreemd dat je na 55 jaar deze reactie moet schrijven.
Bert van Lingen.