Skip Navigation LinksHome-Nieuws-Nieuwsberichten-Nieuwsbericht

Lector Johan Pion werkt aan herkennen en ontwikkelen van talent

door: Marc Hoeben | 13 juni 2019

Natuurlijk, een zetje in de goede richting wil wel eens helpen. Maar we moeten ons niet, zoals zo vaak, bij het spotten van talent laten verblinden door een al te grote zucht naar aansprekende sportieve prestaties die de faam van de natie moeten bevestigen. Dat zegt de Belg dr. Johan Pion, sinds 2016 werkzaam bij de Hogeschool Arnhem Nijmegen (HAN) als lector ‘herkennen en ontwikkelen van sporttalent’.

JohanPion-1 copyJe zou kunnen zeggen dat Pion, geheel in de geest van zijn onderzoeken in de laatste tien jaar, ook een ontwikkeling heeft doorgemaakt in zijn gedachtes over wat talent nou eigenlijk is en hoe we daar als ouders, overheid en sportorganisaties het beste mee om kunnen gaan. Ooit, in 2007, zette de Belg in eigen land aan de Universiteit van Gent de tanden in het project ‘Vlaams Sportkompas’. “Het was bij het Sportkompas oorspronkelijk de bedoeling dat kinderen zich zouden oriënteren op de sport die het beste bij hen paste, vanuit de gedachte dat België op die manier meer medailles kon gaan winnen.”

Geen 'I do' maar 'I like'
Van die gedachte stapten Pion en mede-onderzoekers al snel af. “In eerste instantie draaide het om ‘I do’. We keken wat kinderen goed konden. Maar later zagen we dat plezier misschien nog wel een veel grotere factor was en ging het meer om ‘I like’. België is nu eenmaal geen land als China met al die grote aantallen, we hadden ook het gevoel dat een soort talentidentificatiesysteem als in het vroegere Oost-Duitsland ook niet bij ons zou passen. We moesten breder kijken en hebben het Sportkompas uitgebreid naar vijftien tests: motorisch, fysiek, antropometrisch. Met behulp van algoritmen zijn we aan de slag gegaan om daar een sportprofiel voor kinderen uit te halen, met kinderen van het derde leerjaar, dus van negen jaar. Dat is een belangrijke leeftijd, dan maken ze ook zelf al keuzes.”

“In België wordt veel meer direct vanaf boven door de minister gestuurd. Hier is het veel meer verdeeld over gemeenten, buurtsportcoaches, bonden, verenigingen"

Zijn werk in België bleef ook in Nederland niet onopgemerkt. Pion werd bij de HAN benaderd om dr. Marije Elferink-Gemser - een nichtje van de bekende schaatscoach Henk Gemser - op te volgen als lector voor het herkennen en ontwikkelen van sporttalent. Pion had deels het voordeel van zijn ervaringen in eigen land, deels betrad hij een nieuw terrein. “In België wordt veel meer direct vanaf boven door de minister gestuurd. Hier is het veel meer verdeeld over gemeenten, buurtsportcoaches, bonden, verenigingen, noem maar op. Bij de HAN was het zaak om als eerste bij de grote gemeenten in Gelderland als Arnhem en Nijmegen dingen in gang te zetten.”

Aanpassen leerplan
JohanPion-2Het doen van vijftien tests, zoals in het Sportkompas, bleek in het Nederlandse basisonderwijs een ondoenbare zaak. “We hebben het teruggebracht tot vier tests, die door de vakleerkrachten worden gedaan. Op basis daarvan kunnen ze het leerplan aanpassen, kinderen zijn zo veel meer bezig met uitdagingen binnen hun eigen niveaugroep. Daarmee zijn we in 2015 begonnen en nu, vier jaar verder, zien we dat de leerkrachten heel enthousiast zijn en dat de kinderen vooruitgaan. Na de zomer zullen we de resultaten officieel presenteren.”

Pion doet met de HAN aan longitudinaal onderzoek, kinderen worden over langere termijn gevolgd. Door de ontwikkeling zo te volgen moet de samenwerking tussen scholen, gemeenten en sportverenigingen beter in elkaar grijpen. Daarbij gaat het er uiteindelijk om dat de kinderen op de plek in de sport komen waar ze zich het beste thuis voelen, betoogt hij. Het zou een tragisch misverstand zijn als kinderen op deze manier op een zo vroeg mogelijke leeftijd één kant worden opgeduwd en zich zo eenzijdig zouden ontwikkelen. 

Bij het voorkomen van drop-outs helpen de sportprofielen op basis van algoritmen echt

“Ik sta helemaal achter het principe van een breed motorische ontwikkeling. Maar ook dan is het belangrijk te weten te komen waar je goed in bent. Dat kan het plezier verhogen, dat kan er bijvoorbeeld weer voor zorgen dat kinderen minder snel uitvallen. Bij het voorkomen van drop-outs helpen die sportprofielen op basis van algoritmen echt, net zo goed als dat je kunt kijken waar toptalenten echt de meeste medaillekansen hebben. Het werkt twee kanten op.”

Bepalen van voorkeuren
Onder de noemer ‘I like’ heeft de HAN een website gelanceerd en een app, die kinderen moet helpen bij het bepalen van hun voorkeuren in de sport. ”De provincie Gelderland is hierbij inmiddels aangehaakt, net als Topsport Gelderland, we hebben nu ook een aanvraag lopen bij ZonMw en hopen op 15 juni te horen dat ons project is goedgekeurd. Ook andere landen als Singapore en Indonesië zijn geïnteresseerd. Wij geloven hier echt in.”

Voor meer informatie: HAN Sport en Bewegen en/of Sportkompas

« terug

Reacties: 2

Piet van Loon, orthopeed
13-06-2019

Een heldere blik wordt hier gebracht om de creme de la creme onder onze jongeren in het vizier te krijgen en verder te brengen. Ik zou graag met de heer Pion willen overleggen om vanuit het preventief orthopedische perspectief, wat we met Houdingnet weer bij de brede jeugd terug willen laten ontwikkelen ( herstel preventiekracht orthopedische kennis uit de Gezondheidsleer) tot gezonder houding, soepelheid en gelijkmatige effectieve motorische ontwikkeling voor ieder kind te komen. 

De sportdeelname onder de jeugd gaat door hun sedentaire leefstijl , nu al vanaf de wieg en de eerste tablet nog verder afnemen.  

Lennart van Eekhout
13-06-2019

Beste Piet van Loon,

U kunt contact opnemen via media.sportenbewegen@han.nl. Vanuit daar zal ik u in contact brengen met Johan Pion. 

Met vriendelijke groet,

Lennart van Eekhout

Reactie toevoegen

Naam*
E-mailadres*
Reactie*
Stuur mij een e-mail als er een nieuwe reactie wordt geplaatst