5 februari 2008
Achtergronden
door: Jurryt van de Vooren /
Sportgeschiedenis.nlA.s weekend zijn de WK Allround Schaatsen in
Berlijn met Sven Kramer als de torenhoge favoriet. Sven vertegenwoordigt dan wel
een echt ‘schaatsland’, maar zo’n 55 jaar lang heeft Nederland geen
wereldkampioen voortgebracht!
In 1905 werd het WK Schaatsen Allround gewonnen door Coen de Koning. Pas in 1961 was Henk van der Grift de volgende Nederlander, die dit toernooi won. Het is één van de belangrijkste schaatstitels voor dit land, omdat meteen erna de Jaap Edenbaan werd gebouwd. Daardoor kregen Ard Schenk en Kees Verkerk de kans in eigen land te trainen, kwakkelwinter of niet.
In de 55 jaren tussen 1905 en 1961 won er dus nooit een Nederlandse schaatser de wereldtitel. De volgende na Van der Grift was Kees Verkerk in zowel 1966 als 1967. In de volgende vier decennia waren er 21 Nederlandse wereldkampioenen, met Sven Kramer als laatste.
Dat zouden er veel minder zijn geweest zonder het doorzettingsvermogen van Van der Grift. Zoals hij me zelf eens vertelde: “Ik heb in 1961 de basis gelegd voor het Ard-en-Keessie-tijdperk. Daarvoor heb ik eigenlijk te weinig erkenning gekregen.” Hier is geen woord van gelogen, want in onze schaatsgeschiedenis is er een waterscheiding gelegd in 1961.
In de jaren ervoor stelde schaatsend Nederland in de rest van de wereld bijna niets voor. Als er een kwakkelwinter was – en dat kon toen óók! – moest er op buitenlands ijs worden getraind. De Schaatsbond deed hier amper iets aan en daarom besloot Van der Grift naar Noorwegen te verhuizen om zo eerder op het ijs te kunnen staan. Het was dus zijn eigen initiatief om beter te worden, goed genoeg voor de internationale top. In 1961 leidde dit dus tot de wereldtitel.
Breukelen, de woonplaats van Van der Grift, stond toen volkomen op zijn kop. Nog nooit was hier op zondag een vlag uitgehangen, maar in 1961 gebeurde dit voor de eerste keer om te vieren dat iemand uit dit dorp de beste schaatser van de wereld was geworden. Dat dit op zondag was gebeurd, maakte voor één keer niet uit.
Na deze titel sprak opeens heel Nederland over schaatsen. Om tegemoet te komen aan die populariteit besloot de Nederlandse Sport Federatie kunstijsbanen te gaan bouwen. Vlak daarvoor had de NSF hierover nog een negatief besluit genomen, maar het tij was duidelijk gekeerd. Voor de bouw was een kwart miljoen gulden nodig – erg veel geld in die tijd.
Een medewerker van de Nederlandse Sport Federatie sprak Van der Grift daarop
aan: “Jouw kampioenschap heeft ons 250.000 gulden gekost. Daardoor hebben we
namelijk in alle haast besloten om in Amsterdam de Jaap Eden
Baan aan te
leggen.” Anders zou die baan er ook wel zijn gekomen, maar pas veel later.
Op 22 december 1961 werd de Jaap Edenbaan geopend, dus nog in hetzelfde jaar als de wereldtitel. Schaatsers als Ard Schenk en Kees Verkerk kregen eindelijk in eigen land de beschikking over goede faciliteiten. Nederland hoefde daarom niet weer 55 jaar te wachten op de volgende wereldtitel, maar slechts vijf.
De gouden eeuw van het Nederlandse schaatsen was begonnen, vooral dankzij de prestatie van Van der Grift. Zonder deze man uit Breukelen had het leven van Ard Schenk er vermoedelijk heel anders uitgezien.
Kijk voor meer schaatsberichten op Sportgeschiedenis.nl
- Jacques
de Koning schrijft schaatsgeschiedenis
- Jarige Elfstedentocht viert feest in 2009
-
De vrouwen van de Elfstedentocht van 1963
Deel dit bericht:
0 reacties
Nog geen reacties. Wees de eerste!
Voeg je reactie toe
Wij sturen jou één keer per twee weken een e-mail met de belangrijkste opinies en artikelen van Sport Knowhow XL.