1 april 2008
Achtergronden
door: Remco Hoekman
In Nederland vindt op grote schaal nieuwbouw plaats om ruimte te bieden aan de groeiende bevolking. De bevolkingsgroei vraagt niet alleen om meer woningen, maar ook om meer voorzieningen. Het W.J.H. Mulier Instituut heeft een ruimte-instrument ontwikkeld dat de benodigde ruimte voor sport in kaart brengt. Het instrument gaat zowel in op de huidige als de toekomstige behoefte aan sportruimte, waarbij rekening wordt gehouden met bevolkingsontwikkelingen. Het instrument is al in diverse gemeenten toegepast.
Ruimte-instrument
Het ruimte-instrument geeft de behoefte aan sportruimte weer in aantal sportvelden en sporthallen voor nu en in de toekomst. Voor het gros van de buitensporten wordt de ruimtebehoefte berekend op basis van de planningsnormen van NOC*NSF. Voor de sporten waar geen NOC*NSF normen voorhanden zijn, wordt door middel van benchmarking en interviews de ruimtebehoefte bepaald. De input die nodig is om het ruimte-instrument toe te passen, zijn teamaantallen en ledentallen van buitensportverenigingen gecombineerd met het aantal en type sportvelden. Op basis van de bevolkingsprognoses wordt vervolgens de toekomstige ruimtebehoefte voor de buitensport bepaald.
De ruimtebehoefte van de binnensport wordt bepaald op basis van draagvlakcijfers. Er wordt met deze draagvlakcijfers een maximale en minimale ruimtebehoefte berekend. De plaatsbepaling binnen deze bandbreedte wordt afgeleid uit ervaringen van binnensportverenigingen, gesprekken met gemeentefunctionarissen en het aantal aanwezige sportzalen en gymzalen. Ook bij de binnensport wordt voor het schatten van de toekomstige ruimtebehoefte gebruik gemaakt van gemeentelijke bevolkingsprognoses.
Rapportage
De uitkomst van het ruimteonderzoek voor de binnen- en buitensport wordt verwerkt in een tabellenrapport. Hierin wordt de ruimtebehoefte en eventuele overschotten of tekorten voor de buitensport per sporttak weergegeven in aantal velden, met uitzondering van atletiek. Voor de binnensport worden overschotten en tekorten uitgedrukt in aantal sporthallen. De conclusies uit het tabellenrapport bieden gemeenten in veel gevallen aanknopingspunten voor lokaal accommodatiebeleid.
Wanneer gemeenten de conclusies verder uitgewerkt willen zien, volgt een adviesrapport. Hierin wordt aangegeven welke maatregelen het meest wenselijk zijn om het tekort aan velden het hoofd te bieden en hoe met overschotten omgegaan dient te worden. Op basis van de lokale situatie worden aanbevelingen gedaan voor het te volgen ruimtelijk sportbeleid.
Advies aan de gemeente Amersfoort
Recent heeft het W.J.H. Mulier Instituut een ruimteonderzoek uitgevoerd voor de gemeente Amersfoort, waarbij de accommodatiebehoefte voor de periode 2006-2026 is onderzocht. In een tabellenrapport is voor verschillende sporttakken de ruimtebehoefte in Amersfoort weergegeven. Voor voetbal is naast de stedelijke ruimtebehoefte ook op wijkniveau (Amersfoort-Noord, Amersfoort-Zuid en Vathorst) gekeken waar zich overschotten of tekorten voordoen. Door middel van extrapolatie op basis van bevolkingsprognoses is de toekomstige ruimtebehoefte, op stedelijk niveau of wijkniveau, voor de verschillende sporttakken bepaald.
De toekomstige ruimtebehoefte op basis van de bevolkingsprognoses van verenigingen in een nieuwbouwwijk zoals Vathorst, vraagt om een nuancering en verdieping. Dit heeft te maken met de sterke bevolkingsgroei die hier plaatsheeft en de complexiteit van een bestaande of nieuwe vereniging in een nieuwe wijk. Ook kan de aanzuigende werking van een nieuwe accommodatie (tijdelijk) leiden tot een meer dan gemiddelde ledenaanwas. Om de ruimtebehoefte in een nieuwbouwwijk beter in kaart te kunnen brengen zijn voor Vathorst op basis van verschillende scenario’s berekeningen uitgevoerd.
Op verzoek van de gemeente Amersfoort zijn de conclusies uit het tabellenrapport in het adviesrapport vertaald naar concrete maatregelen. Daarbij is tevens rekening gehouden met de ruimtelijke mogelijkheden van de verschillende accommodaties en reeds geaccordeerde en geplande aanleg van velden. Hierbij is een voorstel gedaan voor het gefaseerd aanleggen van verschillende sportvelden om in het licht van de bevolkingsontwikkeling over voldoende ruimte voor de sport te beschikken. Ook is aandacht besteed aan mogelijkheden om binnen een sportpark de beschikbare ruimte beter te benutten. Een voorbeeld hiervan is het omzetten van honkbalvelden (overcapaciteit) in voetbalvelden (ondercapaciteit) binnen één sportpark of het intensiveren van het ruimtegebruik door een grasveld om te zetten in een kunstgrasveld.
Remco Hoekman is onderzoeker bij het W.J.H. Mulier Instituut. Naast het ruimteonderzoek voor de gemeente Amersfoort heeft hij ook voor de gemeente Houten onderzoek gedaan naar de ruimte voor sport. Binnen het W.J.H. Mulier Instituut houdt Remco Hoekman zich verder vooral bezig met landelijke en lokale sportdeelname onderzoeken en projecten die een relatie hebben met lokaal sportbeleid. Voor meer informatie: 073-612 6401, r.hoekman@mulierinstituut.nl of www.mulierinstituut.nl
Deel dit bericht:
0 reacties
Nog geen reacties. Wees de eerste!
Voeg je reactie toe
Wij sturen jou één keer per twee weken een e-mail met de belangrijkste opinies en artikelen van Sport Knowhow XL.