Skip Navigation LinksHome-Achtergronden-Eindejaarsbijdragen van 2021-Item

Sportboycot kan alleen onder strenge voorwaarden 21 december 2021

door: Sjak Rutten

In 2008 schreef ik mijn eerste column voor Sport Knowhow XL. Die column was gericht tegen de acties die toen gaande waren om de Olympische Zomerspelen in Beijing te boycotten vanwege de behandeling van de Tibetanen door de Chinese overheid. We zijn nu dertien jaar verder. 

Beijing is gastheer van de komende Olympische Winterspelen en opnieuw klinken er pleidooien voor een boycot, nu vanwege de behandeling van de Oeigoeren. De Verenigde Staten, Groot Brittannië, Australië en Canada hebben laten weten dat ze geen diplomatieke vertegenwoordigers naar Beijing sturen. Frankrijk en Italië zullen dat wel doen, mits de coronamaatregelen in China dat toelaten. De Europese Unie heeft de hoop opgegeven dat het mogelijk is als een eenheid in de richting van China op te treden. Nederland heeft uiteraard nog geen standpunt. Hoe het ook verder gaat, de sporters wordt deze keer niets in de weg gelegd om hun olympische droom na te jagen. 

"Ik denk dat we het er over eens kunnen zijn dat sportboycots in het verleden weinig hebben opgeleverd"

Heldere visie
De sportwereld zou erg geholpen zijn met een heldere visie op de relatie tussen sport en politiek, zodat er een antwoord is wanneer er weer eens een plichtmatige oproep tot een boycot wordt gedaan na het toewijzen van een groot sportevenement aan een ongemakkelijk land. Ik denk dat we het er over eens kunnen zijn dat sportboycots in het verleden weinig hebben opgeleverd. Laten we ons beperken tot de olympische boycots. 

SjakRutten-1Nederland boycotte in 1956 de Olympische Zomerspelen in Melbourne vanwege het neerslaan van de Hongaarse opstand door Rusland. Hongarije zelf ging wel. In 1976 boycotten 33 Afrikaanse landen de Olympische Spelen in Montreal vanwege de weigering van het IOC om Nieuw Zeeland uit te sluiten na een tournee van het Nieuw-Zeelandse rugbyteam door Zuid-Afrika. In 1980 deden veel Westerse landen in navolging van de Verenigde Staten niet mee aan de Olympische Spelen in Moskou vanwege de Russische inval in Afghanistan. Uiteraard nam de communistische wereld in 1984 revanche door niet te verschijnen op de Olympische Spelen in Los Angeles. 

Waardevolle traditie
Na al deze boycots waren de Olympische Spelen op sterven na dood en pas vanaf 1988 kwam een moeizame reddingsoperatie op gang. Dat was een goede ontwikkeling. In een wereld vol tegengestelde belangen is het goed dat de jeugd van alle landen elkaar elke vier jaar kan ontmoeten op een evenement waaraan sporters uit alle landen van de wereld deelnemen en waar alle belangrijke sporten op het programma staan. Al geldt al lang niet meer dat deelnemen belangrijker is dan winnen, de Olympische Spelen zijn toch een evenement dat meer is dan een optelsom van wereldkampioenschappen die toevallig op hetzelfde moment in dezelfde stad worden gehouden. De olympische traditie is waardevol en moet niet verstoord worden door ondoordachte boycots.

"Sport en politiek hebben juist alles met elkaar te maken"

Is een boycot van Olympische Spelen en andere sportevenementen dan per definitie uitgesloten en kunnen we dit rechtvaardigen met de dooddoener dat sport en politiek niets met elkaar te maken hebben? Nee, sport en politiek hebben juist alles met elkaar te maken. En daarom is het noodzakelijk om duidelijke regels te ontwikkelen over de verhouding tussen sport en politiek, als antwoord op de periodieke opwellingen om een groot sportevenement te boycotten. 

SjakRutten-2Sportboycot tegen Zuid-Afrika
De enige geslaagde sportboycot uit de wereldgeschiedenis laat zien om welke regels dat moet gaan. Tussen 1961 en 1990 gold een sportboycot tegen Zuid-Afrika vanwege de apartheid. Zuid-Afrika mocht niet deelnemen aan de Olympische Spelen van 1964 tot en met 1988. Dat was het gevolg van een resolutie van de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties. Die resolutie sprak uit dat apartheid in strijd is met de menselijke waardigheid en riep op tot het verbreken van de diplomatieke banden met Zuid-Afrika, een wapenembargo, economische sancties en een culturele, academische en sportieve boycot. Zuid-Afrika werd uitgesloten van internationale sportevenementen en werd pas weer toegelaten tot de Olympische Spelen in 1992, na de vrijlating van Nelson Mandela in 1990. 

De sportieve boycot werd opgeheven in 1993 na de beëindiging van de apartheid. Dit verhaal laat zien dat besluiten over sportboycots niet in een opwelling moeten worden genomen, maar deel uit moeten maken van een breed gedragen en door de Verenigde Naties gesanctioneerd beleid. Het is goed dat politici zich inzetten voor de mensenrechten in een organiserend land en dat zij de regering van dat land daar op aanspreken. Het is begrijpelijk dat regeringsleiders, vorsten en diplomaten zich niet laten zien op een groot sportevenement omdat ze niet willen meewerken aan het verhogen van het prestige van het organiserende regime. Maar de sport moet niet als een politiek instrument worden gebruikt wanneer de economische en culturele banden met een land verder ongemoeid worden gelaten. Dan is een sportboycot een goedkoop, ongeloofwaardig en weinig effectief gebaar.

Sjak Rutten is historicus en biograaf. Hij is bestuurslid van HTV Berg & Dal, een van de grootste tennisverenigingen in Nederland. Contact: 06-4702 6706 en sjak.rutten@ziggo.nl.

« terug

Reacties: 0

Reactie toevoegen

Naam*
E-mailadres*
Reactie*
Stuur mij een e-mail als er een nieuwe reactie wordt geplaatst