Skip Navigation LinksHome-Nieuws-Nieuwsberichten-Nieuwsbericht

Zelfregulatie laat sporters nadenken over eigen ontwikkeling

door: Thomas van Zijl | 11 juni 2015

De trainer vertelt, de sporter voert volgzaam uit. Zo gaat het op veel velden en in talloze zwembaden. Het kan ook anders en beter zelfs. Een sporter die meer vragen stelt, en meer in te brengen heeft in de manier waarop hij aan zijn doelen werkt, komt tot betere prestaties. Onderzoekers Wietske Idema en Marjolein Torenbeek van HAN Sport en Bewegen schreven om die reden het handboek 'Zelfregulatie in de Sportpraktijk' met daarin de methode ZIPcoach.

XL21ZIP-1Marjolein Torenbeek kan zich voorstellen dat begeleiders die zich niet in de nieuwe didactiek ZIPcoach verdiepen bij de term 'zelfregulatie' in eerste instantie denken dat de sporter aan zijn lot wordt overgelaten. Niets is echter minder waar. “Het vraagt juist veel van een trainer of docent om samen met de sporter of leerling tot een goed programma te komen. Het is een grote uitdaging, die meer vraagt van beide partijen.”

Vragen stellen
In de huidige situatie stippelt een trainer vaak nauwkeurig een route uit, die gevolgd wordt door de sporters die hij onder zijn hoede heeft. Het werken aan zelfregulatie legt meer verantwoordelijkheid bij die sporter. Het gaat daarbij om reflecteren, doelen stellen, plannen, monitoren en evalueren. Torenbeek: “Trainers en docenten zijn gewend om tips en directe feedback te geven. Met ZIPcoach gaan we meer uit van vragen stellen en is het aan de sporter om na te denken over de antwoorden.”

Torenbeek en Idema richten zich met hun methode op trainers en docenten met sporters en leerlingen tussen de 4 en 23 jaar. Uiteraard verschillen programma en doelstellingen per leeftijdscategorie. Wat minder uitmaakt is het niveau waarop de sporter of leerling actief is. Dat maakt deze didactiek ook erg geschikt voor het bewegingsonderwijs. Torenbeek:

"De basisprincipes zijn hetzelfde. Of het nu gaat om topsporters in de dop of basisschoolleerlingen die een gymles volgen"

“De basisprincipes blijven hetzelfde. Of het nu gaat om topsporters in de dop of basisschoolleerlingen die een gymles volgen, we zien op korte termijn dezelfde gedragsveranderingen. Ze doen hun oefeningen met meer focus en overtuiging, en durven meer fouten te maken. Allemaal zaken die trainers en docenten natuurlijk graag zien. Ook gaan sporters en leerlingen eerder op eigen initiatief aan de slag en stellen ze meer vragen.”

Ander perspectief
Gedurende hun onderzoek lieten Idema en Torenbeek onder meer de jeugdtrainers van PSV, Vitesse en NEC/FC Oss kennismaken met ZIPcoach. Zij reageerden enthousiast, al duurde het enige tijd om aan de methode te wennen. “Het is voor coaches een heel ander perspectief. Het is lastig om dat meteen volledig in de vingers te hebben en antwoord te vinden op de vraag wat zij zelf moeten doen en waar ze het initiatief beter aan hun spelers kunnen overlaten. In dat opzicht moet ons handboek houvast bieden.”

XL21ZIP-2Na een week of tien weten zij veel beter hoe ze samen met hun sporter aan zelfregulatieve vaardigheden kunnen werken tijdens de training. In het boek staan varianten waarmee ze aan de slag kunnen met één sporter binnen een groep, of de hele groep tegelijkertijd. Torenbeek: “ZIPcoach werkt overigens niet alleen bij teamsporten. Wij hebben tijdens ons onderzoek bijvoorbeeld ook positieve resultaten gezien in het tafeltennis en de triatlon.”

Aanvulling en uitbreiding
Torenbeek ziet uiteraard veel toegevoegde waarde in zelfregulatie, maar is er geen voorstander van om de huidige methodes direct overboord te gooien. “Dit is een aanvulling op wat er al is en een uitbreiding op de didactische ‘skills’ die begeleiders in de sport al bezitten. Begin als trainer of docent eens met een oefening per training of les die door de sporter of leerling zelf gekozen wordt. Durf een beetje los te laten, ook als later blijkt dat die oefening uiteindelijk niet zoveel oplevert. Dat is net zo goed waardevolle informatie.”

Torenbeek en Idema spreken trainers en docenten aan, maar niet in de laatste plaats ook ouders van sportende kinderen. Zelfregulatie werkt ook voor de vader die met zijn zoon of dochter achter in de tuin een balletje trapt. “Ouders zijn naast heel enthousiast vaak ook best sturend. Kinderen zelf iets meer na laten denken over hoe ze kunnen passen werkt heel goed. Die bal komt echt wel terug.”

Voor meer informatie: Centre of Expertise Sport- en Beweegtalent of Gouden Kansen. Volg ZIPcoach ook via Twitter

« terug

Reacties: 1

Frank Brilman
11-06-2015

Marjolein en Wietske, gefeliciteerd met deze prachtige aanvulling op leiderschap in sport en bewegen. Het heeft mij geholpen om meer bewust bekwaam om te gaan met mensen/kindren die je mag (bege)leiden. Grootse winst voor mij is persoonlijk leiderschap, omdat ZIP mij laat nadenken over mijn eigen stijl en mensbeeld. De wereld is wat mij betreft weer een stukje mooier als meer leiders in de sport leren over zichzelf door ZIP en daardoor bewegen nog leuker maken voor anderen.    

Reactie toevoegen

Naam*
E-mailadres*
Reactie*
Stuur mij een e-mail als er een nieuwe reactie wordt geplaatst