Skip Navigation LinksHome-Nieuws-Nieuwsberichten-Nieuwsbericht

Vermoeide voetballers presteren slechter door lagere motivatie

door: Marc Hoeben | 26 april 2018

Bewegingswetenschapper Jeroen Barte promoveert op 18 mei aan het Behavorial Science Institute van de Radboud Universiteit op ‘Fatigue in Soccer’. Wat we op het voetbalveld denken te zien, en vaak als een vanzelfsprekendheid koppelen aan fysieke vermoeidheid of zelfs uitputting, is niet altijd wat we werkelijk zien, zo blijkt wel uit zijn onderzoek.

XL15-1-JeroenBarte_foto1 copyHet proefschrift van Jeroen Barte begint met één van de weinige, echte hoogtepunten van het Nederlandse clubvoetbal in de laatste decennia. PSV, onlangs voor de vierentwintigste keer landskampioen geworden, schopte het bij hoge uitzondering in 2005 nog eens tot de halve finales van de Champions League. 

Nét niet genoeg
In het veld stonden spelers als Mark van Bommel en de huidige coach van de Eindhovenaren, Phillip Cocu. In de returnwedstrijd moesten zij tegen de Italiaanse grootmacht AC Milan een 2-0 achterstand wegwerken. Dat leek met twee doelpunten, van Park en Cocu, te lukken, totdat AC Milan in blessuretijd alsnog via Ambrosini scoorde. Zelfs de 3-1 van Cocu was nog niet genoeg vanwege de ‘dubbel’ tellende uitgoal van de Italianen.

Barte benoemt een actie, de inleiding tot de 2-1, waarbij het Van Bommel niet lukt een pass te onderscheppen en het hem ook niet meer afdoende lukt om de Italiaan Ambrosini te dekken. Het werpt de vraag op of Van Bommel daartoe werkelijk niet meer fysiek in staat was door vermoeidheid of dat hij door vermoeidheid dacht het fysiek niet meer te kunnen.

Vermoeidheid meten
Het antwoord zou van Van Bommel zelf moeten komen. Maar dankzij het onderzoek dat Barte in het kader van zijn proefschrift deed is het wel gerechtvaardigd om in elk geval aan een ‘mentale’ verklaring te denken. “We hebben vanaf 2013 in de vier hoogste divisies in Nederland met vragenlijsten allereerst vierhonderdvijftig voetballers op dit onderwerp bevraagd. 

“Hoe fysiek of mentaal moe ben je op een bepaald moment, en welke taken – zoals schieten op het doel, passen of tackelen – worden hierdoor beinvloed?”

Dan ging het om zoiets als: hoe moe word je tijdens een gemiddelde wedstrijd? Hoe fysiek of mentaal moe ben je op een bepaald moment, aan het begin van de eerste en tweede helft en aan het einde van de eerste en tweede helft? En als je moe bent, hoe merk je dat dat je prestatie beïnvloedt? Welke taken, zoals schieten op het doel, passen of tackelen, zie je dan hierdoor beïnvloed worden? Met een score van één tot zeven konden ze dat aangeven, waarbij één het slechtst is en je bij vier op je ‘normale’ niveau zit. We hebben het hier veelal over ervaren spelers, die op bijna professioneel tot professioneel niveau uitkomen, en zeer goed kunnen aangeven hoe het hen vergaat als ze vermoeid raken.”

Schermafbeelding 2018-04-25 om 09.18.49 copyVermoeiend experiment
Het bevragen en verwerken van die gegevens nam zo’n anderhalf jaar in beslag, ondertussen gingen Barte en mede-onderzoekers ook met enkele experimenten met amateurvoetballers aan de slag. “Met profvoetballers hadden we anders wel een probleem gehad, omdat het niet in hun programma had gepast. Een coach zit er vaak ook niet op te wachten als zijn spelers meedoen aan een experiment waarbij ze duidelijk vermoeid raken.”

Een voorbeeld van een experiment was dat gekeken werd naar de kwaliteit van de passes, voor en na het trekken van veertig sprints van vijftien meter. “De passes na de sprints waren duidelijk slechter.” Met die constatering hield het voor Barte niet op. “Het interessante was om te kijken naar hoe het werkt, waardoor je uiteindelijk slechter presteert bij vermoeidheid. Is dat dan omdat je een fysieke limiet hebt bereikt? Of omdat de spelers niet meer de bereidheid hadden om de benodigde inspanning in een goede pass te investeren? Het blijkt nu dat je bij vermoeidheid nog niet je fysieke limiet hebt bereikt, maar steeds minder gemotiveerd raakt om de benodigde inspanning te leveren. Als je dan bij zo’n passoefening wat extra motiverende prikkels geeft, verbaal, via competitievorm of met geldprijzen, dan blijken spelers - ondanks hun vermoeidheid - opeens niet meer slechter te presteren en soms zelfs beter dan ervoor.”

Nog niet eerder werd zo duidelijk vastgesteld dat de rol van motivatie bij het presteren onder vermoeidheid zeer belangrijk is

Niet alleen fysiek
Verschillende studies naar vermoeidheid in de sport gingen die van Barte voor, waarin vooral aandacht was voor de fysieke componenten zoals spierkracht of de concentratie melkzuur. De laatste decennia neemt de aandacht voor het onderwerp toe, zo weet hij. Maar nog niet eerder werd zo duidelijk vastgesteld dat de rol van motivatie bij het presteren onder vermoeidheid zeer belangrijk is. 

Coaches en trainers, zegt hij, doen er dus verstandig aan om zich dat voortaan goed te realiseren en hun begeleiding en training hierop in te richten. “Het is dus goed om spelers fit te houden, te laten roteren en op tijd rust te laten nemen, voordat je het idee krijgt dat ze vermoeid raken. Dan is het natuurlijk ook belangrijk om die motivatie op peil te houden, door het kiezen van de juiste prioriteiten, door te kijken welke wedstrijden cruciaal zijn en te beslissen op welke taken je je het beste kunt richten. En daarnaast is handig om motivatiestrategieën te gebruiken.”

Voor meer informatie: zie hier

« terug

Reacties: 1

Piet van Loon
02-05-2018

Het lijken bijzondere constateringen, die gemaakt zijn. Zou het onderzoek graag zien, maar dan vanuit de kennis van de breed teruglopende inzetbaarheid sporters willen bekijken. Door gebrek aan goede houdingen, gebrek aan functionaliteit in de rug en de onder de hele jeugd toegenomen neuromusculaire thightness (hamstrings, kuitspieren) zal de de grens van moeheid eerder bereikt worden dan in de generaties van Cruijff en Gullit, toen de sedentaire leefstijl onder de jeugd nog niet zo massaal het etmaal vulde. 

Reactie toevoegen

Naam*
E-mailadres*
Reactie*
Stuur mij een e-mail als er een nieuwe reactie wordt geplaatst