Skip Navigation LinksHome-Nieuws-Nieuwsberichten-Nieuwsbericht

Gecombineerde data brengt beweging kinderen in kaart

door: Leo Aquina | 18 januari 2018

‘Op welke wijze kunnen we het beweeggedrag van kinderen succesvol bevorderen?’ Dat was de centrale vraag van het onderzoek waarop Teun Remmers in december promoveerde. De titel van zijn proefschrift luidde ‘Unravelling Environmental Influences on Children's Physical Activity’. Even een stapje terug in de tijd: als docent lichamelijke opvoeding wilde Remmers meer inzicht krijgen in de redenen waarom sommige kinderen meer bewegen dan anderen. Hij ging gezondheidswetenschappen studeren aan de Universiteit van Maastricht en kreeg na zijn afstuderen de mogelijkheid om binnen het NWO-onderzoeksprogramma Sport & Bewegen promotieonderzoek te doen. Remmers: “Binnen dat programma wilden we met behulp van moderne technologie als beweegmeters en GPS-trackers inzicht verkrijgen in het beweeggedrag van kinderen. In eerdere studies werd er vooral naar het dagelijks bewegen en de thuisomgeving gekeken. Hiermee kijken we veel verder.“

XL2 PromotieTeunRemmers-1 copyTeun Remmers onderzocht hoe we het beweeggedrag van kinderen kunnen bevorderen omdat hij ervan uit gaat dat bewegen goed is. Hij schrijft in zijn proefschrift: ‘De rol van dagelijks bewegen ten behoeve van de gezondheid en het welbevinden van kinderen wordt tegenwoordig steeds beter onderkend, zowel in Nederland als internationaal.’ In hoeverre is die positieve invloed van beweging ook daadwerkelijk wetenschappelijk bewezen? Remmers: 

“Er komen steeds meer studies, ook longitudinale studies, waaruit blijkt dat bewegen niet alleen goed is als het gaat om het tegengaan van overgewicht en obesitas, maar ook dat het allerlei andere gezondheidsvoordelen heeft, bijvoorbeeld op het cognitieve en het mentale vlak.” 

Context-specifiek
Als het om factoren gaat die van invloed zijn op het beweeggedrag van kinderen, maakt Remmers onderscheid tussen twee soorten: individuele factoren en omgevingsfactoren. “Door gegevens van de beweegmeter te combineren met die van de GPS-tracker, konden we onderscheid maken tussen verschillende contexten waarin beweging plaatsvindt, bijvoorbeeld op de sportvereniging, school, of binnen transport. Op deze manier konden we juist die omgevingsfactoren, die in eerder onderzoek vaak onderbelicht bleven, goed in beeld brengen. Om echt inzicht te krijgen in de factoren die van invloed zijn, moet je context-specifiek kijken. Wat doet een kind thuis, wat doet een kind op school, wat doet een kind na school en waar speelt zich dat af? En binnen welke contexten zien we meer beweging?”

"Kinderen gaan aanzienlijk minder bewegen wanneer ze naar het voortgezet onderwijs gaan, voornamelijk in de periodes na school en in het weekend"

Remmers keek ook naar de ontwikkeling van beweegpatronen in verschillende leeftijdsgroepen. “Uit de resultaten komt bijvoorbeeld naar voren dat kinderen aanzienlijk minder gaan bewegen wanneer ze naar het voortgezet onderwijs gaan, voornamelijk in de periodes na school en in het weekend. Vooral op de thuislocatie zien we een toename in zittend gedrag. Daar staat tegenover dat kinderen wel meer gaan fietsen gedurende werkdagen, wat vooral geldt voor kinderen die op een grotere afstand van school wonen.”

Gymles voor na school
Remmers concludeert dat er vooral in het naschoolse beweeggedrag enorm veel winst te halen valt en volgens hem kan het vak Lichamelijke Opvoeding op scholen daaraan bijdragen. “We moeten proberen de kinderen niet alleen in de les actief te laten zijn, maar ook daarbuiten. Dat kan bijvoorbeeld door de kinderen een gevoel van competentie te laten beleven gedurende de lessen, wat hun motivatie voor bewegen ondersteunt. We moeten ze niet alleen op motorisch vlak dingen aanleren, maar we moeten ze ook leren samenwerken en leren zelfstandig deel te nemen in allerlei bewegingsvormen buiten school.” 

Remmers maakt in zijn huidige werk direct gebruik van resultaten uit zijn eigen onderzoek. Op de Fontys Sporthogeschool probeert hij toekomstige docenten Lichamelijke Opvoeding te leren hoe zij bij het inrichten van de gymles kinderen niet alleen binnen de les, maar ook buiten de les om kunnen stimuleren meer te bewegen. Daarnaast blijft hij als onderzoeker binnen het lectoraat Move to Be onderzoek doen naar interventies om beweeggedrag te bevorderen. 

Voor meer informatie: Unravelling Environmental Influences on Children's Physical Activity (pdf), proefschrift Teun Remmers

« terug

Reacties: 0

Reactie toevoegen

Naam*
E-mailadres*
Reactie*
Stuur mij een e-mail als er een nieuwe reactie wordt geplaatst