door: Leo Aquina | 9 november 2017
“Altijd als wij met een jeugdelftal tegen Duitsland speelden, telde ik bij ons altijd vier of vijf toptalenten en aan de overkant een stuk of tien”, zegt Jelle Goes. Als technisch manager bij de KNVB was Goes een van de architecten van ‘Winnaars van Morgen’, het plan dat in mei 2016 werd gepresenteerd om het Nederlandse voetbal klaar te stomen voor de toekomst. Afgelopen jaar nam hij na een verschil van inzicht met de inmiddels ook vertrokken technisch directeur Hans van Breukelen afscheid van de voetbalbond. Desondanks ziet Goes nog altijd voldoende aanknopingspunten om het Nederlandse voetbal er weer bovenop te helpen. Maar wat is daarvoor nodig? Wat heeft de KNVB al gedaan met ‘Winnaars van Morgen en wat moet er nog meer gebeuren?
Jelle Goes benadrukt dat ‘Winnaars van Morgen’ geen blauwdruk is: “Het is een dynamisch document, dat jaarlijks moet worden bijgesteld en vernieuwd.” De voormalig technisch manager van de KNVB vertelt hoe hij tijdens een jeugdinterland tegen Duitsland met de toenmalige technisch directeur van de Duitse voetbalbond Hansi Flick stond te praten.
“Ik deelde mijn constatering dat er in iedere Duitse jeugdlichting minstens tien à twaalf toptalenten rondliepen en bij ons maar vier à vijf. Hij zei toen dat ze ernaar toe wilden werken dat er twaalf tot twintig toptalenten per lichting kwamen. Want, zo zei hij, je denkt toch niet dat we op onze lauweren gaan rusten nu we wereldkampioen zijn geworden. We willen wereldkampioen blijven.” Die constante drive om zich te blijven ontwikkelen heeft het Nederlandse voetbal volgens Goes ook nodig. “Dat zijn we als ambitieus voetballand aan onszelf verplicht.”
Verval aan zien komen
Sinds ‘Winnaars van Morgen’ in mei 2016 werd gepresenteerd, is het vlaggenschip van het Nederlandse voetbal twee keer serieus op de klippen gelopen, tijdens de kwalificatiereeks voor het EK van 2016 en onlangs tijdens de kwalificatiereeks voor het WK van 2018.
"Op het WK in Brazilië in 2014 hebben we boven verwachting gepresteerd, maar onze clubs in de Europa League en Champions League presteerden al jaren minder goed." Terwijl voorheen de meeste spelers in Oranje uit buitenlandse topcompetities kwamen, werd de Eredivisie meer en meer hofleverancier van het Nederlands Elftal. De Eredivisie fungeerde niet meer als de springplank naar buitenlandse topclubs. "We wisten dat we snel om de tafel moesten om stappen te zetten." Het initiatief voor ‘Winnaars van Morgen’ ontstond op een congres in december 2014 in Utrecht.
“Om tot structurele verbetering te komen moet je op drie niveaus aan de ontwikkeling werken: competities, trainers/coaches en de teamspeler”
Het plan kwam tot stand met inbreng van bijna iedereen die ooit een rol speelde in het Nederlandse topvoetbal. Tot ergernis van Goes legde Hans van Breukelen als technisch directeur van de KNVB veel nadruk op de in het rapport genoemde winnaarsmentaliteit. “Daardoor bleven veel andere zaken uit het rapport onderbelicht”, zegt hij. “Om tot structurele verbetering te komen moet je op drie niveaus aan de ontwikkeling werken: competities, trainers/coaches en de teamspeler.”
Hervorming Eredivisie
In het rapport stond een aantal aanbevelingen voor het hervormen van de competities. Goes is positief over het feit dat de bond inmiddels een nieuwe leeftijdsindeling hanteert in de jeugd. “Het is goed dat we de stap hebben gemaakt naar een indeling per geboortejaar en dat we nieuwe wedstrijdvormen hebben van 6x6, volgend jaar ook 8x8 en misschien daarna zelf 9x9, voordat je de stap maakt naar 11x11.”
Maar aan de top van de Nederlandse voetbalpiramide verandert vooralsnog weinig en dat zit Goes niet lekker: “Er zijn naar aanleiding van het rapport gesprekken geweest over hervormingen van de Eredivisie. Hoe kunnen we de competitie zo indelen dat we kwalitatief betere wedstrijden te zien krijgen, die gaan bijdragen aan de ontwikkeling van onze spelers en clubteams? Die gesprekken moeten zo snel mogelijk weer terugkomen.”
Promotie/degradatie Jupiler League
Tot ergernis van Goes is de mogelijkheid tot promotie en degradatie uit de Jupiler League on hold gezet. “Ik snap de emoties en ik snap dat sommige clubs problemen hebben met licentievoorwaarden, maar je moet overstijgend denken. Het gaat om de kracht van de competitie, de ontwikkeling van onze spelers en presteren op nationaal en internationaal podium. Als we beter gaan presteren met onze clubs in Europa en met Oranje, worden we daar sportief en financieel allemaal beter van. Dat geldt voor het totale Nederlandse voetbal.”
Ook de discussie over de deelname van belofteteams moet volgens Goes terug op tafel. “Je ziet dat de belofteteams van Ajax, AZ, Utrecht en PSV sportief een enorme stap hebben gezet door in de Jupiler League mee te doen. Het gaat om de belangrijkste leeftijdscategorie, de brug tussen de jeugd en het hoogste niveau. Het zou ook voor andere jeugdopleidingen goed zijn om de mogelijkheid te hebben door te groeien naar dat niveau.”
"Met financiële steun kunnen de grote amateurclubs gediplomeerd jeugdkader aanstellen om talentherkenning en -ontwikkeling te bevorderen"
Ondersteuning amateurverenigingen
De bond moet amateurverenigingen volgens Goes financieel en voetbaltechnisch ondersteunen voor de onderbouw, de categorie van 6-12 jaar. “Met die financiële steun kunnen de grote amateurclubs gediplomeerd jeugdkader aanstellen om talentherkenning en -ontwikkeling te bevorderen. Daarnaast zouden we het bestaande Jeugdplan Nederland – een plan voor getalenteerde spelers en speelsters – de mogelijkheid moeten bieden om nog meer met talenten in de regio te trainen en te spelen.”
"Je moet ambitieuze amateurclubs ook de mogelijkheid geven om als opleiding te promoveren. Een groot aantal amateuropleidingen leidt al geweldige jeugdspelers op die doorstromen naar opleidingen in het betaalde voetbal. Daarvoor zou je toe moeten werken naar een Ere-, Eerste en Tweede Divisie voor jeugdopleidingen. Het zijn niet de teams die promoveren, maar de hele opleiding, op basis van het totale prestatieniveau. Je kunt dan ook speelrondes organiseren waarbij alle jeugdcategorieën per weekend dezelfde tegenstander hebben. Dat heeft ook voordelen voor de interne scouting van de clubs zelf en voor de nationale jeugdselecties. De beleving wordt enorm groot als je op één dag alle jeugdteams van dezelfde twee clubs tegen elkaar ziet uitkomen."
Verplichte bijscholing topcoaches
Goes vindt bovendien dat de KNVB structureel moet werken aan het niveau van de trainers en coaches. “We moeten in Nederland de eisen bijstellen als het gaat om de toelating en de doorstroming van cursisten. Alleen de echte toppers mogen door naar de opleiding Trainer/coach 1 voor de jeugd en het betaalde voetbal. Daarnaast moet je zorgen voor een betere opleiding van de docenten, daar moet je ook in investeren. Ook zou ik ervoor pleiten om alle coaches in de Ere- en Eerste Divisie een jaarlijkse verplichte bijscholing aan te bieden. In Duitsland gebeurt dit al met de jeugdtrainers in de top. Coaches die niet meedoen, raken hun licentie kwijt. Je moet als bond natuurlijk wel zorgen dat je een goed programma aanbiedt. Kijk bijvoorbeeld eens of je mensen als Pep Guardiola of Jürgen Klopp of Zinédine Zidane voor een dag naar Zeist kan halen.”
"Met ingang van 2018-2019 moeten we de ambitie hebben om de hele Eredivisie op natuurgras te laten spelen"
Stop met kunstgras
De kunstgrasdiscussie is Goes een doorn in het oog. “Hoe lang zijn we nu al bezig met die discussie? Stop nou eens met onderzoeken, werkgroep dit en werkgroep dat. De spelers en de coaches op het hoogste niveau hebben allemaal aangegeven dat natuurgras het beste is, dus met ingang van 2018-2019 moeten we de ambitie hebben om de hele Eredivisie op natuurgras te laten spelen.
Een andere ontwikkeling die wat Goes betreft veel te lang op zich laat wachten is die over een uniform systeem om voetbaltechnische data vast te leggen. “Dat hebben alle toplanden. Er is in Zeist al over nagedacht. Oorspronkelijk was het plan dat dit systeem dit seizoen al draaide.”
"De Technisch Directeur moet voldoende slagkracht hebben om veranderingen direct door te kunnen voeren"
Technisch directeur met goed mandaat
Volgens Goes doet de KNVB er goed aan een technisch directeur aan te stellen die zich voor vijf tot tien jaar committeert aan de ontwikkeling van het Nederlandse voetbal. Dat kan een buitenlander zijn, maar daar gaat de voorkeur niet naar uit. Goes: “Een buitenlander geeft nieuwe inzichten en nieuwe ideeën, maar zo iemand moet natuurlijk wel bekend zijn met de structuur, cultuur en historie van het Nederlandse voetbal. Kijk dus goed naar de achtergrond van zo iemand en ook naar de taal. Ik denk dat we in Nederland genoeg kundige mensen hebben die dit kunnen doen. De belangrijkste voorwaarde om dit te laten slagen, is het mandaat van de Technisch Directeur. Hij moet voldoende slagkracht hebben om veranderingen direct door te kunnen voeren.”
Ziet Goes nog een rol voor zichzelf weggelegd in de ontwikkeling van het Nederlandse voetbal? “Het Nederlandse voetbal gaat me aan het hart en zit in mijn hart. Ik heb geen rancune ten opzichte van de KNVB. Ik had op technisch gebied een verschil van inzicht met Hans van Breukelen, maar ik heb nog altijd passie voor en plezier in de ontwikkeling van het voetbal.” Op dit moment is Goes alleen als lid van een UEFA technische commissie voor de opleiding van trainers en coaches betrokken bij het voetbal.
Voor meer informatie: KNVB-rapport 'Winnaars van morgen - Samen talent ontwikkelen'