Reactie Ruud Vreeman:
De grondhouding van de stelling is wel juist, maar ik ben pas anderhalf jaar voorzitter van de ijshockeybond. Ik heb de besluitvorming omtrent die procedure dus niet meegemaakt en ik denk dat de fixatie op medailles geen recht doet aan het sportlandschap dat in Nederland overeind moet blijven. De ledenvergadering, het parlement van NOC*NSF heeft toen beslist, dus ja, in die zin is de stelling juist. Maar de bonden, de leden dus, hadden toen veel kritischer moeten zijn op de consequenties van de procedure die ze toen overeen zijn gekomen.
Er wordt eigenlijk maar één criterium gehanteerd en dat is het aantal medailles op de Olympische Spelen. Als gevolg daarvan zie je dat excentrieke sporten zoals BMX, die je eigenlijk maar eens in de vier jaar ziet, veel geld krijgen om een baan aan te leggen omdat het medailles kan opleveren. Maar een sport als BMX is relatief makkelijk aan te leren. Met ijshockey moet je op je zesde beginnen als je de wereldtop wil halen. Teamsporten vereisen een veel langduriger proces. Dat geldt ook voor sporten als handbal, basketbal en volleybal. Wil je het diverse sportlandschap met al die teamsporten in Nederland overeind houden, dan vereist dat een andere filosofie dan die eenzijdige focus op Olympische medailles. Het Nederlands basketbalteam was bijna opgeheven, de volleybalmannen waren bijna teruggetrokken uit de World League. Dat heeft allemaal met geld te maken. IJshockey heeft ieder jaar een WK, dit jaar in Oekraïne. Het kost veel geld om mee te kunnen doen in de internationale competitie.
Naast mijn vraagtekens bij die focus op medailles, vind ik dat je ook kritisch mag zijn op de uitkomsten van de procedure. Ook als je met de procedure hebt ingestemd, kun je achteraf constateren dat de overeengekomen regels niet consequent zijn uitgevoerd. Wij hebben dan ook formeel protest ingediend. Wij vinden dat er meer maatwerk nodig is voor het ijshockey en daar gaan we begin maart met NOC*NSF in gesprek. De Nederlandse ijshockeyploeg is twintigste in de wereld. Dat is ongeveer net zo hoog als de vrouwenvolleybalploeg, hoger dan het mannenvolleybalteam en hoger dan de basketballers. Het damesbasketbalteam staat bijvoorbeeld niet eens in de top-70. Dan is de redenering misschien dat ze een goed jeugdteam hebben, maar als je strikt bent en redeneert in medaillekansen, die zijn er niet. Maar ze krijgen wel 250.000 euro.
Ruud Vreeman,
voorzitter ijshockeybond