De vraag van… Ron Zwerver, oud-volleybalinternational en nu als volleybalcoach verbonden aan de Oregon State University
Aan... Henk Kraaijenhof, performance consultant en voormalig topcoach en -trainer van diverse topsporters
De vraag
Beste Henk, je bent geboren in een dorp maar een wereldburger geworden. Je hebt veel gereisd en hebt in diverse sportfuncties gewerkt en bent omgegaan met charismatische sporters en sportbestuurders in diverse culturen. Stel, je zou een profielschets moeten maken voor een vacature 'Director International Leadership IOC' (met als functie-inhoud: het bevorderen van kenmerkende internationale leiderschapskwaliteiten voor topposities binnen internationale sportbonden). Welke - zeg drie - eigenschappen vind je belangrijk voor deze functie? Zouden ze verschillen per continent? En door welke twee andere (inter)nationale adviseurs zou jij je daarbij laten adviseren?
Het antwoord
Hallo Ron,
Bedankt voor je vraag. Een taaie klus om die te beantwoorden, omdat het wat mij betreft een paradoxale vraag is. Grote internationale sportbonden lijken vandaag de dag steeds frequenter en heftiger in turbulente situaties terecht te komen, denk aan FIFA, IOC, IAAF. Daarnaast (of wellicht daarom) zien we dat zowel de publieke steun als de sponsoring een dalende trend te zien geven. Denk bijvoorbeeld aan hoe moeilijk het is om nog een land te vinden dat de Olympische Spelen wil, kan en mag organiseren.
"Wie zit er nog te wachten op Olympische Spelen, behalve 5.000 sporters, IOC-leden, een aantal multinationals en politici?"
De olympische gedachte berust op archaïsch erfgoed van twee eeuwen terug, waarbij een aantal regenten ondemocratisch en niet-transparant een groot internationaal sportfeest organiseerden. Dit soort Victoriaans leiderschap is niet meer van deze tijd. En de olympische beweging heeft zijn houdbaarheidsdatum overschreden. Wie zit er nog te wachten op Olympische Spelen, behalve vijfduizend sporters, IOC-leden, een aantal multinationals en politici?
'Volger-schap'
Er wordt de laatste jaren veel geschreven en gepraat over leiderschap en de leiderschapstrainingen vliegen je dan ook om de oren. Over goed 'volger-schap' hoor je nooit iemand. Dat is logisch, iedereen ziet zichzelf liever als een leider en geen volger. Toch bestaat 99% van de bevolking, ja ook jij en ik, uit volgers. Echte leiders zijn als adelaars... je ziet ze zelden meer.
"We zoeken een leider die niet (meer) bestaat of niet meer zal bestaan voor een organisatie die zijn bestaansrecht snel aan het verliezen is"
Sport op olympisch niveau is gekidnapt door het bedrijfsleven en de politiek, en over het algemeen zijn leiders uit die werkvelden nu ook weer niet waar we onze hoop tot verbetering op moeten vestigen. Het publiek vertrouwen in het bedrijfsleven en de politiek is ook een aardige graadmeter. Sla de dagelijkse media er op na.
Dus even samengevat: we zoeken een leider die niet (meer) bestaat of niet meer zal bestaan voor een organisatie die zijn bestaansrecht snel aan het verliezen is, mede dankzij gebrek aan serieus te nemen leiderschap. Kortom: we zoeken een witte raaf voor een dood paard?
Integer en transparant
Maar laat ik een serieuze poging doen: de clichématige kwaliteitseisen laat ik zitten: je kent ze wel de integriteit, transparantie, visie, inspireren, vertrouwen, enz. Leuk bedacht, maar hoe toets je nu of iemand echt transparant of integer is? Bovendien zou op basis hiervan 99% van de bevolking voor deze taak berekend zijn, immers wie is er nu niet integer of transparant? Dat kunnen we vaak alleen achteraf constateren. Ik ben van mening dat zoiets uit de praktijk en de ervaring al heeft moet blijken.
Een tamelijk wild idee, maar misschien ligt hier de grote kans. We zoeken iemand die zijn of haar sporen verdiend heeft en in de praktijk getoond heeft de juiste man of vrouw voor die taak te zijn. Voor wie leiderschap meer is dan een kans op meer status, geld of macht en die de sport en de sporter stelt boven eigen gewin. En die niet lijdt onder het hubris–syndroom 1, 2. De vraag rijst echter of deze mensen een dergelijke functie wel ambiëren of willen vervullen, maar dat is een ander verhaal.
Deze rubriek is vanwege de ruimte wellicht niet het medium om hier tot in detail op in te gaan, maar ik wil je drie namen geven en kijk anders naar de bijbehorende YouTube-video's en oordeel zelf. Het gaat niet eens om de concrete namen hieronder, maar om de soort persoon waarvan ik denk dat die in staat is de olympische beweging weer de goede kan top te laten bewegen.
1. Matthieu Ricard: boeddhistisch monnik en filosoof
2. William McRaven: ooit Commandant van SOCOM, America’s Special Forces
3. Stanley McChrystal: uit de zelfde stal als McRaven
"In het militaire bedrijf wordt leiderschap niet geleerd uit boekjes of workshops, maar geleefd in de praktijk, elke dag weer"
Dit zijn ook de drie mensen die ik om advies zou vragen in strategische kwesties, mijn visies aan te scherpen of te brainstormen over belangrijke zaken.
De laatste twee zijn afkomstig uit het militaire bedrijf waar leiderschap niet geleerd wordt uit boekjes of workshops, maar geleefd in de praktijk, elke dag weer, en waar elke foute beslissing mensenlevens kost. Iets anders dan het 'old boys network' van het IOC.
Geen vrouw?
Twee vragen blijven misschien over: ten eerste: waarom geen vrouw? Eigenlijk omdat vrouwen die op dat niveau willen opereren, dezelfde mannelijke eigenschappen met zich mee moeten brengen om de concurrentiestrijd of de competitie met de mannen te kunnen aangaan en dus dat verschil niet maken.
Ten tweede waarom geen ex-sporter? Als ik één duidelijke observatie heb gedaan in de laatste dertig jaar is het wel dat kritische sporters te vaak omdraaien als een blad aan een boom, zodra ze een plaats in een bestuur krijgen aangeboden en heel snel zelf veranderen in het genre bestuurder waar ze enige maanden of jaren daarvoor nog tegenaan schopten. Denk aan atleet Frankie Fredericks, de slimme sprinter uit Namibië, die in zijn actieve tijd altijd aanschopte tegen de corruptie binnen de IAAF, maar recentelijk zelf in het nieuws kwam wegens corruptie in zijn functie bij de IAAF.
"Goed leiderschap gaat uit boven culturele verschillen of oppervlakkigheden en moeten aansluiten bij de diepere generieke drijfveren"
Functie-eisen verschillen niet van continent tot continent: karakter is onafhankelijk van geslacht, huidskleur, of status. Goed leiderschap gaat uit boven culturele verschillen of oppervlakkigheden en moeten aansluiten bij de diepere generieke drijfveren. Daarbij niet ontkennend dat culturele verschillen bestaan, van belang kunnen zijn om anderen te begrijpen en gerespecteerd moeten worden.
Ik hoop dat ik hiermee een invulling gegeven heb aan je vraag.
Noten:
1. The Hubris Syndrome; David Owen; Methuen Public, 2012.
2. Petit, V; Bollaert, H: Flying Too Close to the Sun? Hubris Among CEOs and How to Prevent it; J Bus Ethics (2012) 108: 265–283
Volgende keer het antwoord op de vraag van Henk Kraaijenhof aan Hein Verbruggen, voormalig IOC-lid en voormalig UCI-voorzitter:
Geachte heer Verbruggen,
We kennen u al heel lang in de sport, destijds als IOC-lid en als voormalig voorzitter van de UCI. U heeft als weinig anderen vertoefd in de hoogste regionen van de sport en daarbij zeker turbulente tijden meegemaakt. Maar ook op dat niveau lijkt men steeds frequenter van crisis naar crisis te gaan. IOC, IAAF, FIFA enz. Mijn vraag is eigenlijk een simpele: zijn sportorganisaties in deze vorm hun geloofwaardigheid en daarmee hun bestaansrecht aan het verliezen en bestaan de Olympische Spelen in deze vorm nog in 2050 of houden ze op te bestaan omdat ze overbodig zijn geworden, net zoals ooit aan de klassieke Olympische Spelen in de oudheid een eind kwam (mede om dezelfde redenen)? Ik ben oprecht benieuwd naar uw mening.
Met vriendelijke groeten,
Henk Kraaijenhof