Skip Navigation LinksHome-Nieuws-Open Podium-Item

Ook de Koning kan zijn sporthart laten spreken 23 april 2013

door: Joop Alberda

In mijn voorwoord in de deze week verschenen uitgave van NLCoach heb ik grote verwachtingen uitgesproken over de rol die de toekomstige koning - Willem Alexander - kan spelen in een verbeterd Nederlands sportklimaat. Daarbij licht ik hier graag toe hoe ik zie dat de door hem achtergelaten vacature in het IOC kan worden ingevuld.
 
Van één ding zijn we zeker bij de troonswisseling: Nederland heeft over enkele dagen een koning met een groot sporthart. We hebben Willem-Alexander in zijn rol als Kroonprins de afgelopen jaren leren kennen als een man met grote dossierkennis en een enorme betrokkenheid bij de sport. Ik zie hem bij de Olympische Spelen van 1996 in Atlanta nog over de boarding springen om met de volleyballers mee te juichen bij de net veroverde gouden medaille. Of dat wel kón, werd mij naderhand gevraagd, de kroonprins die opging in het feestgedruis. Ik vond het een bizarre vraag, omdat juist hier duidelijk werd hoe de prins had meegeleefd in onze strijd om het hoogst haalbare.
 
Mij heeft zijn daadwerkelijke inzet voor de sport altijd zeer aangesproken. Willem-Alexander heeft zich in zijn rol als IOC-lid - gedurende vijftien jaar - tot op het allerhoogste niveau strijdbaar getoond om de waarde van sport zo breed mogelijk uit te dragen. Wat dat betreft heeft hij een grote inbreng gehad bij het verspreiden van de boodschap van het Olympisch Plan 2028. Hij zag ook hier een unieke mogelijkheid om Nederland - via de olympische metafoor - gezonder, vitaler en socialer te maken.

Hoewel hij zich daar niet publiekelijk over zal uitspreken, moet de Koning der Nederlanden het haast wel met mij eens zijn, dat het eigenlijk te gek voor woorden is dat alle goede onderdelen van het Olympisch Plan uit onze belevingswereld zijn weggenomen doordat een toevallig zittend kabinet geen heil ziet in de uiteindelijke uitkomst van de route, de Olympische Spelen van 2028 in Nederland. De regering heeft de kapstok onder de plannen weggenomen, maar dat betekent toch niet dat het volk zijn jas er niet meer aan mag ophangen!

Het zou mij veel waard zijn als onze nieuwe koning ook op zijn hoogste post zijn verleden als enthousiast pleitbezorger van gezonde sport in een inspirerende samenleving aangrijpt om de goede onderdelen van het Olympisch Plan weer tot leven te brengen. Ik ga er vanuit dat de sport ook iets kan verwachten van een koning die zich als kroonprins nooit afzijdig heeft gehouden en zich in denken en gebaar een hartstochtelijk supporter toonde.

Met het koningschap zit zijn rol als IOC-lid erop. Voor de Nederlandse sport betekent dat het einde van het laatst zittende bestuurslid op het hoogste internationale sportpodium. Na het overlijden van Anton Geesink en het vertrek van Hein Verbruggen en Els van Breda-Vriesman is Nederland ook zijn laatste zetel kwijt; een zetel overigens van invloed en informatie, niet van macht.

Het is voor NOC*NSF zaak een nieuwe kandidaat voor te dragen. Namen circuleren nu André Bolhuis heeft laten weten dat de opvolging al is geregeld. Voor mij geldt dat gewoon de beste moet worden gekandideerd. Wie de beste is? Dat hangt af van de doelstelling van NOC*NSF; onze sportkoepel moet duidelijk maken wat zij met haar kandidaat wil bereiken in het hoogste internationale sportforum.

Is zij of hij louter een informatiebron of mag - in alle fairness - van hem of haar worden verwacht dat hij of zij zich op dit niveau zal inzetten voor bijvoorbeeld emancipatoire strijd, het Olympisch Plan 2028 of een internationale waakhond-functie. Daar hoef je naar mijn idee, buiten de te verwachten kernwaarden als een maatschappelijk/sportieve visie, sportieve engagement en het vermogen om Nederland als sportland uit te dragen, geen specifieke criteria aan te verbinden. Het is naar mijn opvatting dan ook niet strikt noodzakelijk om op voorhand te kiezen voor een ex-topsporter, politicus, topman uit het bedrijfsleven of een lid van het Koninklijk Huis. Wijs als NOC*NSF de persoon aan die, ongeacht zijn achtergrond, je boodschap en de Nederlandse belangen het beste kan vertolken en verdedigen.

Het is ten slotte het IOC die bepaalt of de door NOC*NSF voorgedragen kandidaat voldoet aan haar eisen voor de vacante zetel. De meeste kans om de verkiezing zo geruisloos mogelijk te laten verlopen heb je uiteindelijk door een vrouw met de gewenste kwaliteiten aan te wijzen; nog steeds immers zijn de vrouwen in de minderheid in de bestuurlijke macht van de organisatie.

Essentieel voor de voordracht van een nieuw Nederlands IOC-lid blijft voor mij de vraag welke opdracht we hem of haar meegeven. Met de kroning van Willem-Alexander tot koning der Nederlanden is die kwestie vanaf nu zeer opportuun.

Deze column is een uitgebreide versie van het voorwoord dat Joop Alberda schreef voor de uitgave van NLcoach die onlangs verscheen.

Joop Alberda is ‘International Sports Consultant’ en sinds 2006 voorzitter van belangenorganisatie NLcoach en - inmiddels samen met oud-Volkskrantredacteur Poul Annema - hoofdredacteur van het vakblad NLcoach. Alberda was van 1992 tot 1996 bondscoach van de nationale herenvolleybalploeg met welk team hij in 1996 Olympisch goud in Atlanta won. Van 1997 tot eind 2004 was Alberda technisch directeur in dienst van NOC*NSF. En van medio 2006 tot de nazomer van 2007 was hij in dienst van de Russische voetbalbond als rechterhand van bondscoach Guus Hiddink. Deels tegelijkertijd was Alberda van begin 2006 tot en met 2008 werkzaam als technisch adviseur bij de volleybalbond. In 2008 en 2009 werkte Alberda ook bij het Utrechtse adviesbureau &SamHoud. In 2010 was Alberda een seizoen algemeen manager van de wielerploeg Cervélo Test Team.
« terug

Reacties: 1

-
23-04-2013
Ben het zeer eens met Alberda wat betreft onze a.s. Koning, die als één van de weinigen ook een directe verbinding wist te leggen tussen het gezonder, vitaler, socialer, leefbaarder, duurzamer, economischer en (infra)structureel sterker maken van Nederland, met behulp van de Olympische Sportambitie. Dit heeft mij overigens nooit verbaasd, want meer nog dan een goede ambassadeur voor de Sport, was (en is) hij primair een ambassadeur voor Nederland en i.t.t. zijn IOC lidmaatschap, zal hij die rol ook altijd blijven behouden. Voor de opvolging van zijn ‘Nederlandse’ zetel lijkt het mij ook niet verkeerd dat deze persoon ook een direct en persoonlijk goed contact met het nieuwe staatshoofd der Nederlanden zal blijven houden. Al is hij straks IOC lid af, reken maar dat W.A. binnen de Olympische familie nog veel zal kunnen blijven betekenen. Dat alle inhoudelijke ambities van het Olympisch Plan daarom ook nog recht overeind kunnen blijven staan, ook al denkt de regering op een onbewaakt moment ergens een stekker uit te kunnen trekken, daar ben ik het ook van harte mee eens, al lijkt me die constatering vooral eerst belangrijk voor ‘binnenlandse‘ consumptie. J. van Tets, Hilversum.

Reactie toevoegen

Naam*
E-mailadres*
Reactie*
Stuur mij een e-mail als er een nieuwe reactie wordt geplaatst