door: Leo Aquina | 2 april 2015

Maandagochtend, Amsterdam-Sloten. Er fietsen veertig mannen op leeftijd rondjes over het hout van de wielerbaan. Er wordt hard gereden, maar de sfeer is gemoedelijk en de koffie is minstens zo belangrijk als het fietsen. Het Velodrome in Sloten kent een kleine groep trouwe klanten. Naast de oude-mannenuurtjes in de ochtend zijn er georganiseerde en vrije trainingen in de avonduren. Eind vorig jaar dreigde hier een abrupt einde te komen. De exploiterende Stichting Stadion Velodrome kreeg de financiën niet meer rond. Een nieuwe stichting voorkwam op de valreep dat de accommodatie haar deuren definitief moest sluiten. Samen met de gemeente werkt de Stichting Wielerbaan Amsterdam aan een nieuw exploitatiemodel. De fietsers rijden nog altijd hun rondjes. “Maar op de fietsers alleen kunnen we het hier niet draaiend houden”, zegt voorzitter Bob Brilman van de nieuwe stichting.

Dankzij de overeenkomst tussen de gemeente en de Stichting Wielerbaan Amsterdam blijft het Velodrome in ieder geval in 2015 open. Voor de jaren daarna werkt de gemeente samen met de nieuwe Stichting aan een business-model. “De gemeente is blij met de Stichting Wielerbaan Amsterdam”, zegt een woordvoerder van sportwethouder Eric van der Burg. “De accommodatie zou anders per januari 2015 dicht zijn gegaan.”

Een ambtelijke delegatie van de gemeente deed vorige week bij wijze van kennismaking een clinic op de wielerbaan en de gemeente staat welwillend tegenover de plannen van de nieuwe stichting. Voorzitter Brilman is mede-eigenaar van de naastgelegen turnhal en daar liggen volgens de gemeente mogelijkheden: “De stichting heeft een goede verstandhouding met het stadsdeel. In die hal wordt naast turnen ook judo bedreven en er is sprake van horeca. Dat biedt kansen om de kop van Sportpark Sloten van sportieve reuring te voorzien.”

Verouderd
Brilman denkt in dezelfde richting, maar de plannen staan nog in de kinderschoenen. “We moesten in januari eerst zorgen dat alles weer een beetje op orde kwam in het Velodrome. We hadden toiletten en douches die het niet deden en als je binnenkwam, zag het er gewoon niet uit. We hebben de entree een beetje laten liften: nieuwe vloertegels erin en nieuwe lampen boven de baan. We hebben de bar verplaatst zodat het er allemaal net iets beter uitziet.”

Nu de eerste acute aanpassingen achter de rug zijn, kijkt Brilman verder vooruit: “We werken met schaarse middelen en we hebben nu een plan bij de gemeente ingediend, waarbij wij als particuliere partij samen met de gemeente een duit in het zakje doen om het verder te ontwikkelen. Er moeten nog grote investeringen worden gedaan. Er moet bijvoorbeeld een nieuwe verwarmingsinstallatie komen en er moet gekeken worden naar isolatie en duurzaamheid. Het is hier allemaal behoorlijk verouderd. Vanmiddag komt er iemand kijken naar de baan zelf, want die moet ook vervangen worden. Ik denk dat we nog één keer een grote investering van de gemeente nodig hebben om de boel daarna zelf draaiend te kunnen houden.”

Belangrijkste bijzaak
Bij de nieuwe exploitatie van het Velodrome kijkt Brilman verder dan de wielerbaan. “Fietsen gaat hier de belangrijkste bijzaak worden. Het moet een veel breder sportcentrum worden. We hebben de turnhal, het judo, de wielerbaan, maar ook de voetbalvelden van ZRC Herenmarkt. Als je al die accommodaties inzet, kun je gaan denken aan sportdagen met honderdvijftig à tweehonderd kinderen.”

Naast de sportaccommodaties en -faciliteiten moeten er bedrijven komen om geld te verdienen. “We hebben hier de inspanningsfysiologen van Robic, die zijn verhuisd naar de turnhal. Er is een fysiotherapeut en er komen ook een sportarts en voedingsconsulent. Daarnaast is er een restaurant en als er straks ook nog een paar leuke sportwinkels bij komen wordt het echt de dynamische sportomgeving die iedereen wil.”

Topsport
Bij die dynamische sportomgeving hoort ook topsport en ook op dat gebied heeft Brilman ambities: “De sportstad Amsterdam is verspreid over allerlei locaties. Wij willen hier veel samenbrengen op één plaats. We zijn in gesprek met een aantal profwielerploegen die hier misschien hun tenten op willen slaan en je zou bijvoorbeeld ook kunnen denken aan topschaatsers die op de wielerbaan komen trainen als er geen ijs is. We denken na over de aanleg van een ijsbaan en ook in de turn- en judohal zijn straks met de inspanningsfysiologen, fysiotherapeuten en sportartsen alle faciliteiten aanwezig. We hebben straks heel veel specialisten onder één dak.”

Het Velodrome zelf kan bovendien voor meer zaken dan alleen voor fietsen worden gebruikt. “Het middenterrein kan ook gebruikt worden om bijvoorbeeld op te hockeyen of bootcamps te doen. Daarnaast denken we ook aan concerten, al moet er dan eerst worden geïnvesteerd in de akoestiek want er zit nu een enorme galm in de zaal”, vertelt Brilman.

Géén Zesdaagse
Hoe zit het met de Zesdaagse van Amsterdam? Dat wielerevenement staat sinds 2001 jaarlijks op het programma in het Velodrome. “Wij gaan het niet meer organiseren”, aldus Brilman. “Voor ons brengt het te veel risico’s met zich mee, maar de organisatie van de Zesdaagse heeft ons wel benaderd om de hal voor die periode te huren, dus er wordt nog over gepraat. Als de Zesdaaagse niet doorgaat, willen we wel een topsportevenement organiseren, maar dat moet in combinatie met entertainment en het zal een evenement van één of twee dagen zijn. Op dit moment zijn dat allemaal plannen. Niets is nog definitief en we hebben de gemeente nodig om het samen te verwezenlijken.”

Voor meer informatie: www.velodrome.nl