door: Emma Meertens | 9 juni 2022
Afgelopen mei stuurde Sportkracht12 een persbericht met een alarmerende boodschap: er is een groot tekort aan gekwalificeerde sport- en beweegleiders in Nederland en dat tekort dreigt alleen maar groter te worden. In samenwerking met Kenniscentrum Sport & Bewegen en Hanze Instituut voor Sportstudies, maakte de organisatie een visiedocument waarin het belang van voldoende en gekwalificeerde seniorensportdocenten wordt uitgelegd. De aanleiding tot het schrijven kwam vanuit de stuurgroep Opleidingen Noord.
Het huidige sport- en beweegaanbod voor senioren is divers met een grote tweedeling: actieve senioren (zelfredzaam) en senioren met (beginnende) ouderdomsmotoriek (niet zelfredzaam). Het is met name de laatste groep die het meeste merkt van het afnemende aanbod, blijkt uit de inventarisatie van Kenniscentrum Sport & Bewegen. Door middel van een piramide illustreert het kenniscentrum de verschillende niveaus van sportende senioren vanaf 55 jaar. Vanaf de laag ‘zelfredzame senioren met een lage ouderdomsmotoriek’ is te zien dat het sport- en beweegaanbod sterk afneemt. Er zijn wel organisaties die zich bezig houden met seniorensport, zoals Old Stars, Golden Sports en 50plusSport (sportclubs), maar zij focussen voornamelijk op de actieve doelgroep. Het aanbod is dus erg versnipperd en ook in de financiering van alle initiatieven is weinig structuur te vinden. Dat is eveneens terug te zien in de cijfers; van de drie miljoen 65+’ers in Nederland sport maar 35,4 procent wekelijks.
Tekort aan opleidingen
Esther Heezen, werkzaam bij de Gelderse Sport Federatie en procesbegeleider bij 'Sportkracht12 senioren', legt uit dat het verdwijnen van het aanbod te maken heeft met het een tekort aan opleidingen die studenten opleidt tot sport- en beweegleiders voor senioren. "Van de 400 lesgevers die aangesloten zijn bij de vakvereniging voor sport- en beweegleiders senioren, is 75 procent boven de 55 jaar. Je hoeft dus geen onderzoek te doen om te weten dat die groep aan het verdwijnen is”, zo ligt Heezen toe. Het aantal studenten dat later in het werkveld van sport en bewegen terecht komt is de afgelopen jaren afgenomen. Als ze wel in die omgeving terecht komen, dan is dat meestal een omgeving gericht op de jeugd en dus niet op de senioren.
“De studenten vinden de opleiding tot seniorensport- en beweegleider niet sexy genoeg. Als we vervolgens aan de opleidingen vragen of de leerlingen wel écht geproefd hebben aan de (kwetsbare) doelgroep, dan moeten de opleidingen ons het antwoord schuldig blijven.” Op dit moment zijn er überhaupt maar vijf opleidingen waar studenten met de MBvO-methodiek tot 'sport- en of beweegleider senioren' of 'coördinator seniorensport' worden opgeleid: Hanze Hogeschool Groningen, CIOS in Heerenveen, Alfa College in Groningen & Drenthe, Huis voor de Sport Limburg en de SSNB Academy.
“Er is wel geld, maar het Rijk, gemeenten en (grote) werkgevers zien niet voldoende de noodzaak van goed opgeleide docenten en buurtsportcoaches voor senioren"
Weinig arbeidsperspectief
Maar het probleem zit niet alleen in het feit dat studenten het ‘niet sexy genoeg’ vinden, het heeft ook te maken met dat er voor jonge lesgevers vaak te weinig arbeidsperspectief is. In een land waar het aantal senioren hoog is en de grijze druk toeneemt, is dat een opmerkelijke conclusie. “Er is wel geld, maar het Rijk, gemeenten en (grote) werkgevers zien niet voldoende de noodzaak van goed opgeleide docenten en buurtsportcoaches voor senioren. En dat is gek, want sport en bewegen is niet alleen belangrijk voor de huidige senioren, maar ook voor de toekomstige generaties. Als je over dertig jaar nog steeds onder goede begeleiding wil sporten en bewegen, dan moet je nu investeren.”
Om dit te kunnen bewerkstelligen, benadrukt Heezen dat er een integrale aanpak bij lokale overheden nodig is. Dat betekent dat de gemeenten en provincies moeten gaan inzetten op dit thema. “Daardoor zullen er middelen vrijkomen die van belang zijn voor de lokale sportorganisaties om alles te kunnen coördineren en samenwerkings- en opleidingsstructuur te creëren.” Daarnaast zal er geïnvesteerd moeten worden in sport en bewegen voor senioren op de relevante beleidsterreinen. Daarmee wordt bedoeld dat deze problematiek niet alleen aangevlogen moet worden vanuit de afdeling sport, maar ook vanuit de andere afdelingen van het sociale domein (zorg, gezondheid en welzijn). “Er moet een kruisbestuiving plaatsvinden tussen al die afdelingen, daardoor hebben preventieve acties een breder draagvlak en een grotere kans van slagen.”
Versterken structuur opleidingsaanbod
Een ander aandachtspunt is het verbeteren van de structuur en kwaliteit van het scholings- en trainingsaanbod. Doordat iedere aanbieder zijn eigen opleidingen heeft, ontbreekt er structuur. “Wij zouden willen werken vanuit een duidelijke, landelijke opleidingsstructuur om de kwaliteit van het onderwijs te kunnen behouden. Stel dat Pietje een opleidingsvraag heeft, dan willen we weten wat zijn instroomniveau is en bij welke opleiding hij dan landelijk terecht kan.” Verder moet de focus binnen de opleidingen veranderen volgens Heezen: “Er gaat nu veel tijd naar de praktijk, dat is nog steeds de kracht van de opleiding, maar het is de kunst om mee te gaan met de tijd van nu. Een stuk e-learning past bij de wensen en behoeften van de (toekomstige) studenten en bijscholers.”
“Er wordt momenteel gesproken over de vernieuwde arbeidsregeling voor buurtsportcoaches. We proberen daarom nu aandacht te vragen binnen de politiek om dat arbeidsperspectief te verbeteren”
Ook moet de arbeidsmarktpositie van sport- en beweegleiders verbeterd worden. Daarvoor is een goede samenwerking nodig, zowel met de opleidingsinstituten als de werkgevers. Heezen voegt daaraan toe: “De arbeidsmarktpositie kunnen we ook verbeteren door het aantrekken van jonge(re) lesgevers. In onze projecten benadrukken we dan ook dat de jonge doelgroep ook goed les kan geven.” Ten slotte moet er niet alleen aandacht zijn voor goed geschoolde buurtsportcoaches in de coördinatie, maar ook in de uitvoering. “Er wordt momenteel gesproken over de vernieuwde arbeidsregeling voor buurtsportcoaches. We proberen daarom nu aandacht te vragen binnen de politiek om dat arbeidsperspectief te verbeteren.”
Visiedocument
In het visiedocument dat Sportkracht12 schreef samen met Kenniscentrum Sport & Bewegen en Hanze Instituut voor Sportstudies, wordt verder ingegaan op hoe en waarom de kwaliteit en kwantiteit seniorensportdocenten versterkt moet worden. Het document, dat ondersteund wordt door VML Nederland en WIJ Buurtsportcoaches, is gedeeld met het Ministerie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport. “Maar het is ook van belang voor gemeenten, werkgevers en opleidingsinstituten zodat ze zich bewust worden van de urgentie. Uiteindelijk willen wij dat er een discussie gaat plaatsvinden. Daarbij moet de nadruk liggen op het preventief inzetten van sport en bewegen; nu gaat er namelijk acht miljard naar de curatieve zorg en maar één miljard naar de preventieve zorg.”
Voor meer informatie: www.sportkracht12.nl/visiedocumentsenioren
Pilot voor verdere bijscholing buurtsportcoaches
Sportkracht12 is, in samenwerking met het Programma Landelijke Academie Buurtsportcoaches (LAB), bezig met het ontwikkelen van een pilot waar de focus ligt op het doorontwikkelen van bijscholing voor buurtsportcoaches. Er ligt een opzet voor een passend landelijk scholingsprogramma voor coördinerende en uitvoerende buurtsportcoaches, maar ook de scholingsmogelijkheden voor de belangrijke groep lesgevers binnen de seniorensport, welzijn en zorg zijn daarbij niet vergeten. Om die brede inzetbaarheid te creëren zijn er naast de mogelijkheden van het LAB meer middelen nodig.
Voor meer informatie: neem contact op met Robert den Dunnen, contactpersoon Landelijke Academie Buurtsportcoaches: r.j.k.den.dunnen@pl.hanze.nl