door: Frank Molema | 29 april 2021
Het betaald voetbal geeft plezier, verbindt en draagt liefst 2 miljard euro bij aan het bruto binnenlands product (bbp). Dit waren de belangrijkste conclusies die onderzoekers van PwC trokken uit het onderzoek dat zij uitvoerden naar de maatschappelijke impact van het betaald voetbal. Maar er klonk ook kritiek, want hoe zit het nou met bijvoorbeeld politie-inzet en diversiteit in deze sport?
Een greep uit de cijfers: door alle lagen van de bevolking heen verbindt het betaald voetbal 8,2 miljoen liefhebbers die gemiddeld 11 uur per week aan de sport besteden. De economie profiteert dankzij de 2,03 miljard euro die het oplevert. En via sociale projecten worden bijna 300.000 mensen verder geholpen op het gebied van gezondheid, werk of onderwijs. Het zijn getallen uit het PwC-rapport waar opdrachtgevers KNVB, de Eredivisie CV (ECV) en de Coöperatie Eerste Divisie (CED) zichzelf mee op de borst kunnen kloppen. De maatschappelijke impact is aanzienlijk.
'Cijfers selectief'
Toch kreeg senior onderzoeker Agnes Elling van het Mulier Instituut een ongemakkelijk gevoel bij het lezen van alle berichten over het rapport. Ze schreef een opiniestuk dat werd geplaats in de Volkskrant, waarin ze beargumenteerde dat de cijfers te selectief zijn. Het stoorde haar dat er geen cijfers zijn opgenomen over de negatieve aspecten van het betaald voetbal. Ze noemde onder meer zaken als politie-inzet, ongeoorloofde lokale steun aan betaald voetbal organisaties (BVO’s), diversiteit en integriteitsproblemen.
Haar kritiek heeft te maken met een ‘breder sentiment’, zegt ze desgevraagd, waarbij ook de presentatie van het rapport en de berichtgeving daarover in de Volkskrant een belangrijke rol speelde. Ze wil niets afdoen aan de gepresenteerde cijfers en erkent dat in het voetbal veel moois en goeds plaatsvindt, maar ze wil wel een kanttekening plaatsen.
“Je merkt heel erg dat de maatschappelijke impact van (top)sport benoemd en in waarde uitgedrukt moet worden. Het zijn fantastische verhalen, mooie cijfers, allemaal waar. Maar wel te eenzijdig en selectief.” Ze vervolgt: “Er zijn ook onderzoeken die aantonen dat er een grote groep voetbalhaters is, dat je op zondag in bepaalde delen van de stad beter niet kunt komen, dat ook de maatschappelijke kosten hoog zijn vanwege de politie-inzet. Dat onder meer structurele uitingen van racisme en homofobie ook verweven zijn met het betaald voetbal. Dat is het andere beeld van voetbal. Ook de negatieve aspecten moet je in zo’n rapport in kaart brengen.”
“In de enquête is ruimte geweest om onwelgevallige zaken te adresseren"
'Wél aandacht voor negatieve aspecten'
PwC-onderzoeker Jacques de Swart, tevens partner bij PwC Netherlands en hoogleraar toegepaste wiskunde, wijst de kritiek van Elling deels van de hand. Volgens hem besteedt het rapport wel degelijk aandacht aan de negatieve aspecten van het voetbal. Hij wijst daarbij naar diversiteit en duurzaamheid, die worden benoemd in het rapport als onderwerpen waar het betaald voetbal wel degelijk nog stappen te maken heeft.
“De diversiteit in de bestuurskamer blijft achter bij de diversiteit op het veld en in het stadion”, herhaalt hij de woorden uit het onderzoek. “En het thema duurzaamheid hebben wij bij het eerdere rapport in 2015 niet eens meegenomen, omdat het een te klein onderdeel was in het betaald voetbal. Dat wordt nu groter: Van de BVO’s heeft 36 procent nu een concreet duurzaamheidsbeleid.”
Drie bronnen
De data voor het onderzoek zijn afkomstig uit drie bronnen, te weten: deskresearch (data van ECV, KNVB, CED en openbare bronnen), een vragenlijst aan BVO’s en een enquête onder de Nederlandse bevolking (uitgezet onder 1.500 respondenten). De Swart: “In de enquête is ruimte geweest om onwelgevallige zaken te adresseren. Bij het thema welzijn benoemen we bijvoorbeeld incidenten met voetbalfans. Ook is deze uitgezet bij mensen die juist niet van voetbal houden.”
Elling van het Mulier Instituut vroeg zich daarnaast af waarom politiekosten niet zijn meegenomen in het rapport. Volgens De Swart draagt de politie juist bij aan het bbp van ruim 2 miljard euro, omdat de agenten betaald moeten worden. “Dat klinkt tegenstrijdig, dat begrijp ik. Hetzelfde geldt voor een voetbalblessure: ook dat draagt bij aan het bbp.”
Verdere concretisering
Met het recente onderzoek ververste PwC resultaten van een eerder rapport (De kracht van voetbal, 2015). Het bedrijf maakte daarbij vooral gebruik van bestaande meetmethodes, onderzoeken en verslagen. PwC bedacht hoe zij alles samen konden voegen en maakte vergelijkingen tussen bijdragen op verschillende thema’s. Vanuit vijf thema’s werd de waarde van voetbal verder geconcretiseerd. Het gaat om verbinding, welzijn, educatie, economie en duurzaamheid. Om dit te meten, werden onder meer jaarverslagen, surveys, kijkcijfers, traffic op websites en geldstromen in kaart gebracht.
"Veel corporates huren onderzoekers in om hun impact op het milieu onafhankelijk te laten meten. Waarom kan dat dan niet in het voetbal?”
PwC wil benadrukken dat het gaat om een objectief en onafhankelijk onderzoek, ondanks dat het rapport in opdracht is van de grootste belanghebbende partijen. “Wij hebben hier ervaring mee”, zegt De Swart. “En het gebeurt vaker dat bedrijven dit soort onderzoeken laten uitvoeren. Zo huren veel corporates onderzoekers in om hun impact op het milieu onafhankelijk te laten meten. Waarom kan dat dan niet in het voetbal?”
Beperkingen
Natuurlijk, in een ‘ideale wereld’, zegt De Swart, zou het beter zijn als bijvoorbeeld de overheid opdrachtgever zou zijn, maar dan is het de vraag of het onderzoek er überhaupt komt. “Daarbij zijn er uiteraard beperkingen als het gaat om beschikbaarheid van data en meetbaarheid van indicatoren. Agnes Elling heeft het bijvoorbeeld over homofobie als iets wat niet wordt benoemd. Dat lijkt ons ook zeer interessant om te onderzoeken maar het meetbaar maken daarvan is een tweede en we wilden juist de focus leggen op objectief onderbouwde, meetbare impact.”
Dat dit rapport er nu ligt, is in zijn ogen al winst. Hij zou het toejuichen als ook de maatschappelijke impact bij meer sporten of andere vormen van vrijetijdsbesteding wordt gemeten. “Het meeste denkwerk is al gedaan. Natuurlijk gaat er monnikenwerk zitten in de surveys en alles in getallen en diagrammen vatten. Maar als bijvoorbeeld de hockeybond geïnteresseerd is, dan is het misschien een stuk minder werk.”
Voor meer informatie: 'Onderzoek: betaald voetbal geeft plezier, verbindt en draagt 2 miljard bij aan het BBP'