door: Nelleke van der Heiden | 14 november 2019
Wij zijn ons lichaam. Tot die conclusie kwam filosoof Aldo Houterman op zijn racefiets. “Als ik fiets, praat de wereld terug. De seizoenen zijn steeds anders, net als het weer: de wind komt altijd weer anders op je af. Er zitten gaten in het wegdek, soms gaat de weg omhoog. En dan moet je op de fiets laveren, je lichaam past zich voortdurend aan. Op de racefiets leer je heel erg kijken naar hoe het lichaam zich aanpast.”
Zou dat allemaal het werk zijn van het brein? Volgens Houterman doe je daarmee je lichaam te kort. “Je huid, je spieren, je botten zijn een fundamenteel onderdeel van het proces.” Van oudsher was hij als filosoof altijd al geïnteresseerd in hoe het brein werkt. Maar al koersend realiseerde hij zich steeds meer dat om dat te begrijpen het lichaam heel belangrijk is. En dat terwijl er in de maatschappij juist steeds meer de neiging is naar het brein te kijken. “We vergeten het lichaam.”
'Wij zijn ons lichaam'
De focus op het brein stoorde Houterman zo dat hij besloot om er een boek aan te wijden: Wij zijn ons lichaam. Ja, daar zit wel een knipoog in naar Wij zijn ons brein van neurobioloog Dick Swaab. “Ik spreek tegen dat alles alleen maar in ons hoofd zit. Natuurlijk zijn onze hersenen voortdurend bezig en is het brein betrokken bij bijvoorbeeld voelen, maar daar hebben we ook de huid voor nodig. En de zenuwcellen onder de huid. Vaak wordt gedacht dat het brein alleen in je hoofd zit, maar het zenuwstelsel gaat door het hele lichaam.”
In zijn net verschenen boek vraagt Houterman zich af hoe we fundamenteel anders naar ons lichaam kunnen kijken. Hoe gaat het op dit moment in zijn ogen dan mis? “We benaderen het lichaam als een vuurtoren: het draait allemaal om het hoofd en het lichaam is er alleen om dat hoofd te dragen. Dat zie je ook in de geschiedenis en de filosofie. Ook Plato ging ervan uit dat het lichaam er alleen is voor het hoofd. Maar het lichaam is veel intelligenter dan we lange tijd hebben gedacht.”
"Het lichaam en het bewegen is niet te vergelijken met bijvoorbeeld een computer die een taak uitvoert"
Dat laten sporters volgens Houterman goed zien. “Kijk naar Ziyech bij Ajax, hoe hij een wending aan het spel kan geven. Hij doet dat in de beweging, past zich aan aan gaten die hij op het veld ziet. Daar spelen veel meer processen dan alleen maar wat er in het brein gebeurt. Zoals hij voetbalt, dat is niet alleen indirect via het brein.”
Pacing plan
Ook wielrenner Tom Dumoulin is voor Houterman een belangrijk voorbeeld. Voor de door hem gewonnen tijdrit in de Giro d’Italia in 2018 was een zogenoemd pacing plan opgesteld waardoor Dumoulin precies wist wanneer hij moest accelereren en wanneer hij zijn benen even stil kon houden. Won hij omdat zijn lichaam als instrument dat plan perfect uitvoerde? Houterman beargumenteert dat het lichaam en het bewegen niet te vergelijken is met bijvoorbeeld een computer die een taak uitvoert. In het boek:
‘De wielrenner daarentegen weet dat hij zijn benen beweegt. Hij draait de trappers rond en voelt dat ook; hij neemt de bewegingen waar. […] Ook neemt de wielrenner niet alleen zijn benen waar, maar hij ervaart zijn hele lichaam: hij voelt zijn hart kloppen, hoort lucht door zijn longen glijden en voelt de zweetdruppels van zijn voorhoofd druppelen. Daarbij is de wielrenner zich al rijdende bewust van wat er in zijn omgeving speelt. Een tijdrijder hoort de instructies van de coach, ziet de strepen op het wegdek onder zich voorbijgaan en voelt de wind tegen zijn voorhoofd.’
"Waarom stuurt ons brein ons aan?", vraagt Houterman. “Omdat het lichaam altijd al in een situatie is”, geeft hij zelf het antwoord. “Alleen naar het brein kijken en dan vooral in het hoofd, is een verkeerde manier om naar het menselijk bestaan en handelen te kijken. Als er iets is wat we over het zenuwstelsel kunnen concluderen, is het wel de plasticiteit ervan. Het brein is niet de standvastige commandeur van beweging, maar beweegt zelf ook mee."
Brein versus lichaam
Kijkt neurobioloog Dick Swaab ook verkeerd? “Ons denken, doen en laten zit in ons brein, zegt hij. Ik denk dat het veel meer andersom is. Waarom handelt het brein? Omdat we een lichaam hebben dat zich aanpast aan de omgeving. Ik probeer in het boek ook empirisch bewijs te geven tegen de stelling dat wij ons brein zijn, en te laten zien dat het lichaam zich ook ontwikkelt en verandert, en daardoor minder aansturing nodig heeft van het brein. Topvoetballers of toppianospelers hebben minder aansturing vanuit het brein nodig dan iemand die net begint.” Houterman denkt dat de christelijke cultuur bijdraagt aan het denken vanuit het brein. “Het lichaam is in het christelijke lichaamsbeeld iets waar we vanaf moeten, ons bestaan ligt ergens anders.”
Sporten laat volgens Houterman goed zien hoe de relatie tussen de mens en de wereld om hem heen sterk door beweging en lichamelijkheid wordt gevormd. “Als we hardlopen, fietsen of voetballen, komen er andere gedachten in ons op, we hebben een ander bewustzijn, we zijn meer in ons lichaam dan wanneer we op kantoor achter onze laptop zitten. En we komen onszelf tegen door te sporten, te zweten, zo of door met anderen te sporten, leren we onszelf kennen.”
Voor meer informatie: Wij zijn ons lichaam - Wat sport en beweging ons vertellen over menselijk gedrag