door: Leo Aquina | 5 december 2018

Sportbedrijf Rotterdam vierde eind november haar éénjarig bestaan met handtekeningen onder een nieuwe jaarovereenkomst met de gemeente. Anderhalf jaar geleden sprak Sport Knowhow XL met toenmalig directeur Sport en Cultuur Hermineke van Bockxmeer over de verzelfstandiging van de gemeentelijke dienst. Ruim driehonderd ambtenaren verhuisden van de gemeente naar het Sportbedrijf. De ambities waren groot. Een zelfstandig sportbedrijf moest sneller en flexibeler kunnen inspelen op de sportwensen van de Rotterdammer. Na een jaar is de tussenbalans positief. Rotterdam werd in een verkiezing van Vereniging Sport en Gemeenten, sportkoepel NOC*NSF en VNG verkozen tot sportgemeente van het Jaar 2018. “We hebben heel goed in het vizier voor wie we het doen”, zegt Ronald van Ombergen, directeur van het Sportbedrijf. 

Het Sportbedrijf verhuisde eind mei naar het Zwemcentrum Rotterdam, waar een gloednieuw 50 meter en een 25 meterbad zijn aangelegd. Ronald van Ombergen is blij met die locatie. “Wij willen zo veel mogelijk mensen in beweging krijgen in Rotterdam en hier zitten we op de plek waar veel Rotterdammers daadwerkelijk bewegen. Hier zien alle medewerkers dagelijks waarvoor zij het doen. Dat is toch anders dan een kantoor ergens op het stadhuis.”

Flexibeler
Het zelfstandige Sportbedrijf moet sneller en flexibeler dan de gemeentelijke dienst kunnen inspelen op de sportwensen van de Rotterdammer. Lukt dat? Van Ombergen: “We hebben dezelfde opdracht en hetzelfde budget als de gemeentelijke dienst en het is de bedoeling dat we als Sportbedrijf meer en betere sport kunnen leveren omdat wij meer focus hebben. Ongeveer 80 procent van onze begroting komt uit het sportbudget van de gemeente. De overige 20 procent komt uit andere vormen van exploitatie.”

De directeur legt uit dat het Sportbedrijf een tariefstelsel hanteert dat is afgestemd met de gemeente. “Daarbinnen zoeken we wel naar nieuwe vormen van exploiteren. Daarbij kijken we bijvoorbeeld naar openingstijden van de zwembaden; we onderzoeken mogelijkheden van horeca in sportaccommodaties en proberen sportverenigingen te stimuleren mede-exploitant te worden. Dat maakt verenigingen ook weer sterker."

Weinig sporters in Rotterdam
De missie is Rotterdammers meer te laten bewegen. “Er wordt relatief weinig gesport in Rotterdam. De sportparticipatie ligt rond 45 procent, ver onder het landelijk gemiddelde. Neem wijken als Feijenoord of IJsselmonde, daar is maar 12 procent van de inwoners lid van een sportvereniging. We willen stap voor stap vooruit, op weg naar een participatiegraad van 60 procent. Het gaat daarbij niet alleen om sporten, maar nadrukkelijk om sporten én bewegen. Dat kan bijvoorbeeld ook dans zijn, of wandelen.” Zonder zich vast te willen pinnen op cijfers, noemt Van Ombergen een termijn van vijf jaar. “We zijn heel ambitieus en het gaat de goede kant op. Rotterdam is bijvoorbeeld de enige stad in Nederland waar het aantal mensen dat gaat zwemmen stijgt.”

Andere partners
Toen Rotterdam het Sportbedrijf ging verzelfstandigen zei Hermineke van Bockxmeer: ‘Voor het Sportbedrijf is het veel makkelijker zaken doen met andere partners, omdat je als gemeente altijd moet voldoen aan allerlei regels. Bedrijven zijn daar flexibeler in.’ Heeft het Sportbedrijf daadwerkelijk van die nieuwe positie kunnen profiteren? “Dat merken we zeker”, aldus Van Ombergen. “Bij het organiseren van grote evenementen kunnen we makkelijker sponsors aan ons binden in deze setting dan als gemeente. We hebben nu een heel andere identiteit, dat steeds meer zichtbaar is in de stad. Je merkt dat we als Sportbedrijf binnenkomen, dat is makkelijker zaken doen met marktpartijen.”

Van Bockxmeer zei destijds ook: ‘Het Sportbedrijf zet de klant dus centraal en richt zich hierbij op de vraag van de Rotterdammers. Om een beter beeld te krijgen van die vraag gaat het Sportbedrijf bijvoorbeeld werken met een klantcontactcentrum voor alle producten en diensten.’ 

Klantcontactcentrum
Lukt het jullie om een goed beeld te krijgen van de sportwensen van de Rotterdammers? Van Ombergen vertelt dat in het klantcontactcentrum een team zit dat van ’s ochtends vroeg tot ’s avonds laat te bereiken is voor vragen en klachten. “Zij registreren alles en we gaan er ook direct mee aan de slag. We weten goed wat er leeft op de accommodaties en we onderhouden ook fysiek contact met de mensen die daar werken. Iedere maandagochtend hebben we een bijeenkomst, een pitstop, waar iedereen kort bij elkaar is voor overleg. Het gaat om mensen van het klantcontactcentrum, van de accommodaties zelf, onderhoudsmedewerkers en van de administratie. Zo weet iedereen van elkaar wat er leeft."

De directeur noemt specifiek het nieuwe product ‘Sportregie’ als één van de zaken waarmee het Sportbedrijf de wensen van de Rotterdammer in kaart brengt. “Eén van de redenen waarom we Sportgemeente van het jaar zijn geworden is onze langetermijnvisie. Met Sportregie hebben we in veertien verschillende gebieden sportregisseurs, die samen met productspecialisten kijken welke mensen niet bewegen en waar die mensen behoefte aan hebben om dat wel te gaan doen.”

Als voorbeeld wordt een handbalvereniging genoemd, die het aanbod speciaal afstemt op ouders. In het verleden werd je als lid geacht ook meteen bij een team te gaan en competitie te spelen, maar daar hebben veel ouders in het weekend geen tijd voor. Nu zorgt die vereniging ervoor dat ze ook mee kunnen trainen zonder die verplichting.

Verzelfstandiging geslaagd?
Op de vraag wanneer de verzelfstandiging van het Sportbedrijf geslaagd zou zijn, antwoorde Van Bockxmeer anderhalf jaar geleden: ‘In eerste instantie wil je dat de Rotterdammer op 1 januari niets merkt van de verandering. Iedereen moet nog steeds net zo makkelijk bij zijn sportvoorziening terecht kunnen en alles moet doordraaien zoals het draaide.’ 

Is dat gelukt? “Op 1 januari moesten de kassa's draaien en de lonen aan de medewerkers worden uitbetaald. Dat is gelukt. Wij hebben van de gemeente twee jaar gekregen om het Sportbedrijf goed op de kaart te zetten en daar werken we continu aan. We proberen klanten zo veel mogelijk te infomeren dat we er zijn en wat we kunnen betekenen.”
 
Voor meer informatie: www.sportbedrijfrotterdam.nl