door: Marc Hoeben | 6 september2018

Het trainen, begeleiden en coachen van topatleten is een vak, een ambacht. Dat is een belangrijk uitgangspunt voor de gloednieuwe opleiding Topcoach Atletiek die 28 september op sportcentrum Papendal van start gaat en beslist niet het karakter van een schriftelijke invuloefening mag hebben.

Natuurlijk, Rana Reider mag niet op de lijst ontbreken. De coach van sprintkoningin Dafne Schippers behoort tot de docenten van de opleiding Topcoach Atletiek. Hij weet zich daarbij omringd door tal van andere ‘grootheden’ uit de atletiek zoals Honoré Hoedt (vooral bekend van zijn werk met middenafstandsatleten als Marko Koers en Bram Som), Frans Bosch, Henk Kraaijenhof (ex-coach van Nelli Cooman, Merlene Ottey en vele anderen), Charles van Commenée en Grete Koens.

Schriftelijke invulling
Tussen dat rijtje staat ook de naam van Wigert Thunnissen, die als docent zal fungeren maar ook betrokken was bij de opzet van de nieuwe opleiding. “We hadden voorheen de opleiding voor Coach 4”, zo legt hij uit. “Maar de laatste jaren merkten we dat de groepen steeds heterogener waren en de uitstroom niet altijd het gewenste niveau had. Sommigen waren heel goed op de hoogte van de meest recente ontwikkelingen, anderen misten juist basale kennis.”

De opleiding was in de ogen van de Thunnissen ook erg gericht op competentiegericht leren en dreigde steeds meer een schriftelijke invulling te krijgen. “Ik weet nog heel goed hoe ik destijds zelf twaalf weekenden naar Papendal kwam voor de cursus trainer/coach B. Dat waren zeer inspirerende bijeenkomsten. Met bijna veertig mensen in de zaal kreeg je alle ins en outs van de toenmalige topatletiek te horen. Henk Kraaijenhof was toen ook al een van de docenten." 

"Een aantal van de cursisten van toen loopt nu nog steeds rond op de atletiekbanen”, vervolgt de docent. “Dat gevoel moet terugkeren in de nieuwe opleiding, al was vroeger ook niet alles beter. Het coachen van topatleten is echt een ambacht, waarbij je vanuit de praktijk hoort te werken. Dat leer je niet achter de computer. Ook daarom kiezen we ervoor vijftien weekeindes over anderhalf jaar uit te smeren en bestaat er de mogelijkheid om te overnachten, zodat je ’s avonds nog kunt sparren en een begin kunt maken van je netwerk.”

Intakegesprek
In principe is de opleiding toegankelijk voor wie de cursus Coach 3 of CIOS of ALO heeft gedaan. “Omdat kandidaten op verschillend niveau instromen, houden we met iedereen een intakegesprek. In dat gesprek willen we met name de praktijksituatie bespreken en aan verwachtingsmanagement doen. Het is in principe niet genoeg als je twee keer per week pupillentraining geeft en dat dan ook je ambitie is. In dat geval kun je beter bijscholingen volgen en je op die manier verrijken. 

Het gaat er bij de intake volgens Thunnissen om hoeveel tijd je bereid bent om erin te steken. “Mensen van de CIOS of de ALO stappen op een andere kennisniveau over zaken als anatomie en fysiologie in. Als je dat niet hebt, moet je wel bereid zijn om jezelf dat snel eigen te maken. We willen beslist niet dat mensen op de achterste rij zitten en een beetje achteroverleunen. We hebben fantastische docenten en het is de bedoeling dat hen het hemd van het lijf wordt gevraagd.”

Kosten
Voor de eerste anderhalf jaar staan vijftien weekeindes gepland, op vrijdagen en zaterdagen, met per weekeinde drie keer drie uur onderricht. De cursisten kunnen er tegen betaling voor kiezen de vrijdagavonden te overnachten. De kosten bedragen 1975 euro per persoon voor de eerste anderhalf jaar, los van het eindgesprek van 250 euro en de specialisatiemodule in het laatste halfjaar van 450 euro. 

“Dat is een fors bedrag, maar je krijgt er ook heel wat voor terug. Het is marktconform. Je moet het ook zo zien: je doet dit om er je vak van te maken. Wat dat betreft is er tegenwoordig in de atletieksport in Nederland een ontwikkeling gaande om steeds meer atletiekcoaches bij clubs als parttimer in dienst te nemen. Als dat ook nog keurig volgens de cao-sport gebeurt, kun je dus echt zeggen dat het je beroep is.”

Internationaal topniveau
Als het niveau van de coaches omhoog gaat, is de overtuiging van Thunnissen, dan profiteert daar de gehele Nederlandse atletiek van en is de kans nog groter dat de basis voor de topatletiek wordt verbreed. “Maar niet alle cursisten stromen na hun opleiding meteen door naar internationaal niveau. Daarvoor heb je ook atleten nodig met dat niveau.”

De opleiding start eind deze maand op sportcentrum Papendal en biedt plek aan dertig cursisten. In augustus ging de inschrijving open en in tijd van twee weken waren er 28 aanmeldingen. Inmiddels zit de cursus vol.

Voor meer informatie: Nieuwe opleiding Topcoach Atletiek