door: Marc Hoeben | 12 april 2018

Stichting Life Goals gooide anderhalf jaar geleden het roer om. Van landelijke aanbieder van programma’s met sport voor kwetsbare groepen werd zij een facilitator op lokaal niveau. Die stap blijkt een succes. Life Goals wist onlangs met vier nieuwe gemeenten samenwerkingen aan te gaan, wat het totaal aan betrokken gemeenten inmiddels op vijftien brengt.

Tot de nieuwkomers behoren Den Bosch, Gouda, Drechtsteden en Bergen op Zoom. Tussen het al ‘gestrikte’ tiental gemeenten zitten Amsterdam, Den Haag, Enschede, Leiden, Purmerend, Apeldoorn en zo kan Wessel Schaling - landelijk coördinator bij Life Goals - nog wel even doorgaan.

“Dit is een mooie ontwikkeling en de reden is dat deze aanpak heel erg aansluit op de behoeften vanuit de gemeenten zelf. Door deze decentralisatie is het makkelijker om een samenwerking aan te gaan met lokale sportservicebureaus. Je moet het ook zo zien: elke gemeente kent haar eigen problematiek en haar eigen democratie. Onze methodiek is wel standaard, maar we kunnen nu beter op de lokale situatie inspelen. Is er bijvoorbeeld behoefte aan taallessen in combinatie met sport, in een gemeente met nieuwkomers, dan doen we dat.”

Programma en Monitor
Life Goals volgt twee routes, legt Schaling uit. De eerste is het compleet opbouwen van het Life Goals Programma. Lokaal kan nu ook voor een andere route worden gekozen. “Waar al veel wordt gedaan aan sport voor kwetsbare groepen is onze methodiek heel relevant. Wij leiden coaches op, zodat ze voor deze doelgroepen een gedegen aanbod kunnen creëren.”

“Daarnaast hebben we de Life Goals Monitor. Dat is een online tool, waarmee je heel goed in beeld kunt brengen welke impact een sportprogramma heeft op kwetsbare mensen. Daarmee spelen we in op een actuele vraag. Wat brengt het programma nou echt teweeg? Steeds vaker moeten we die vraag beantwoorden en gemeenten willen daarvoor tastbare tools. Nou, dit is er één.”

Online tool
Via de online tool wordt inzicht gekregen in hoe iemand in staat is te communiceren, waar hij of zij staat op de maatschappelijke ladder, hoe het zit met de gezondheid, met de zelfredzaamheid, en met het zelfvertrouwen.

Per gemeentelijk programma mikt Life Goals op circa honderd mensen. “Het verschilt wel lokaal en mensen nemen niet altijd structureel deel aan een programma.” Over het hele land gaat het om zo’n duizend deelnemers, is de schatting van Schaling. Bij de start van de decentralisatie had Life Goals het over een ‘streefbedrag’ van honderdduizend euro per gemeente. 

Aanspreekpunt
Het blijkt alleen wat lastiger en niet altijd wenselijk om dat in hard geld uit te drukken. “We werken zo veel mogelijk binnen de bestaande regelingen. De licentiekosten bedragen voor onze methodiek vijfduizend euro, maar dan proberen we via de gemeente bijvoorbeeld een halve FTE als coördinator in te schakelen. Het is heel belangrijk om op die manier iemand te hebben die het overleg kan creëren tussen verschillende zorginstellingen en de sportaanbieder en die als centraal aanspreekpunt voor de gemeente kan fungeren.”

Op deze manier heeft Life Goals in de verschillende gemeenten inmiddels meer dan vijftien coördinatoren, over wie Schaling de supervisie voert. Ze worden in zes weken, met een dag per week, thuisgemaakt in de methodiek van Life Goals. De groep en dus het aantal gemeenten ziet de stichting het liefst de komende jaren verder groeien. “We zien er graag in de komende drie jaar circa acht gemeenten per jaar bij komen. Er zit natuurlijk een grens aan, niet overal is de behoefte even groot. Maar voorlopig is die grens nog niet bereikt.”

Voor meer informatie: www.stichtinglifegoals.nl