door: Marc Hoeben | 24 augustus 2017
Amsterdam, met twee grote academische onderwijsinstellingen als de Universiteit van Amsterdam en de Vrije Universiteit, mag zich een jaar de beste studentensportstad van Nederland noemen. Op basis van de prestaties in vijf disciplines ging de 'SUSA-cup' begin augustus naar de hoofdstad, vóór Nijmegen en Groningen.
De SUSA-cup is een initiatief van Stichting Studentensport Nederland (SSN), dat de belangen behartigt van een achterban van zo’n 130.000 man, en SUSA Studentenuitzendbureau. ‘’Het is nog niet superbekend,’’ zegt Kevin van Loon, verenigingscoördinator van SSN. ‘’Maar we willen wel graag dat het nog meer aandacht krijgt onder de studenten.’’
1.200 studenten uit 14 steden
Dit jaar telden de nationale kampioenschappen voor studenten in zwemmen, wintersport, tennis, baanatletiek en grasvolleybal mee voor het overall-klassement van de SUSA-cup. Liefst twaalfhonderd studenten uit veertien steden kende het totale deelnemersveld.
‘’In totaal zijn er zo’n zestig nationale studentenkampioenschappen’’, legt Van Loon uit. ‘’Elk jaar draait het bij de SUSA-cup om vijf daarvan en die vijf takken van sport kunnen veranderen. Dat gaat in overleg met SUSA als sponsor en zij hebben er wel een paar favorieten tussen zitten die eigenlijk wel vast terugkeren. Zo zit grasvolleybal er altijd bij. Dat maakt onderdeel uit van een groot evenement met vierduizend volleyballers in Eindhoven, met internationale deelname. Door het volume is dat interessant voor SUSA.’’
"Het nationale studentenkampioenschap voor zwemmen wisselt, net als vele andere kampioenschappen, elk jaar van locatie"
Draaiboek als steun
Op dezelfde manier hebben zwemmen en tennis ook een streepje voor. ‘’Het zwemmen werd dit jaar door Groningen georganiseerd, door de studenten van de zwemvereniging De Golfbreker. Het nationale studentenkampioenschap voor zwemmen wisselt, net als vele andere kampioenschappen, elk jaar van locatie. Zo’n organisatie doet dan een aanvraag en die beoordelen wij. Voor hen hebben wij als steun dan ook een heel draaiboek klaarliggen. Ze hoeven niet elke keer het wiel uit te vinden. Het klinkt misschien een beetje gek, maar de wedstrijden waren deze keer in Heerenveen en niet in Groningen. Dat had met de capaciteit van het zwembad te maken. Je praat bij dit evenement toch over drie- tot vierhonderd deelnemers.’’
Ook het nationale studentenkampioenschap voor tennis is een ‘must’, weet Van Loon. ‘’Dat heeft veel aanzien, het duurt drie tot vier dagen, met vier- tot zeshonderd deelnemers. Het was deze keer bij Passing Shot in Rotterdam.’’
Meer zichtbaarheid
De SUSA-cup beoogt verschillende doelen. ‘’SUSA Studentenuitzendbureau wil graag nog meer zichtbaarheid genereren en wij als SSN hebben de wens om sportevenementen naar een hoger plan te tillen. Je moet je ook voorstellen dat de organisaties elk jaar weer door een nieuwe lichting studenten moeten worden opgepikt. Wij bieden dan zo veel mogelijk steun en willen graag duidelijk maken om wat voor soort evenement het gaat en hoe we het graag willen hebben.’’
De top drie van dit jaar – Amsterdam, Nijmegen en Groningen – zijn volgens Van Loon ook niet toevallig de besten. ‘’Zij zijn ook wel de grootste steden qua participatie en dat zegt ook wel iets over de motivatie.’’ Bij de SUSA-cup draait het om de overall-prestaties, voor het eindklassement worden de resultaten van de afzonderlijke nationale studentenkampioenschap opgeteld. De winnende stad van een zo'n kampioenschap krijgt tien punten, vervolgens loopt de reeks af naar zes, vier, drie, twee en één. Alle sporten tellen even zwaar.
Goede en ruime faciliteiten
Dat het dit jaar Amsterdam – dat ook de bijbehorende prijs van 1500 euro voor de eigen sportraad voor studenten inde - is geworden, als opvolger van Groningen, verbaast Van Loon niet. ‘’De stad heeft goede en ruime faciliteiten, het aanbod is groot en dat heeft natuurlijk ook te maken met de aanwezigheid van twee universiteiten. Door de centrale ligging zie je ook hele topsportploegen naar Amsterdam trekken, zoals de nationale jeugdploeg basketbal onder 23 jaar. En wat misschien ook meespeelt: Amsterdam wil graag laten zien wat het waard is. Niet voor niets hebben ze dit jaar ook de Batavierenrace gewonnen.’’
"Studentensport in zijn algemeenheid is mooi voor bijvoorbeeld je zelfontwikkeling, als je in bestuur zit van een vereniging en dingen kunt organiseren"
Van de veertien steden hebben alleen Breda en Venlo geen universiteit, maar louter hbo-instellingen. Voor deelname aan de nationale studentenkampioenschappen is wel het lidmaatschap van de onderwijsinstelling bij de SSN vereist. De hoogte van het bedrag van het lidmaatschap is gekoppeld aan de omvang van het aantal sportkaarten.
"Tot vijfduizend kaarten is dat vijfduizend euro per jaar. Voor dat bedrag krijgen ze de ondersteuning van de SSN, bijvoorbeeld via workshops voor het kader van de verenigingen en via de draaiboeken voor de nationale studentenkampioenschappen’. Je kunt dankzij het lidmaatschap ook deelnemen aan die kampioenschappen en uitgezonden worden naar internationale evenementen. Dat kun je zien als een mooie kans, zoals studentensport in zijn algemeenheid mooi is voor bijvoorbeeld je zelfontwikkeling als je in bestuur zit van een vereniging en dingen kunt organiseren.’’
Voor meer informatie: www.susa.nl/susa-cup of www.studentensport.nl