door: Thomas van Zijl | 9 juni 2016
Studenten in het bestuur van een sportvereniging zijn op dit moment een zeldzaamheid, maar daar zou op korte termijn wel eens verandering in kunnen komen. Stichting Academie van de Stad legt op vele fronten verbindingen tussen studenten en organisaties en instanties die actief zijn in de stad. Sportclubs horen daar zeker bij, vandaar het nieuwe project Studentconsulent Sport.
Bij studenten zit veel energie, daadkracht en actuele kennis, maar Wilfred Fischer van de Hogeschool van Amsterdam stelde in 2007 vast dat die niet optimaal gebruikt werd. Het ontbrak volgens hem aan verbindingen tussen onderwijsinstellingen en organisaties die vormgeven aan de stad. Hij richtte een jaar later de Stichting Academie van de Stad op.
Studenten maken de toekomst
Het van origine Amsterdamse initiatief heeft inmiddels navolging gekregen in Utrecht, Den Haag en Almere. Centraal staat de gedachte dat de stad de toekomst heeft en studenten die toekomst maken. Het is dus zeker niet gek dat zij meedenken over grootstedelijke vraagstukken. Van de GGD tot de brandweer; er zijn talloze organisaties die de nieuwe inzichten en mankracht van studenten goed kunnen gebruiken. Via Academie van de Stad, waarin alle stedelijke onderwijsinstellingen verenigd zijn, kan het contact gemakkelijk tot stand komen.
Sinds de oprichting is er door bijna achtduizend studenten zo’n 1,3 miljoen uur gewerkt aan in totaal 743 projecten
Studenten die zich via de stichting inspannen voor de stad, kunnen daar op verschillende manieren voor beloond worden. Zo krijgen zij er studiepunten voor als het een onderwijsproject betreft dat goed aansluit bij hun opleiding, of korting op hun huur als ze zich via het project Springlevende Wijk verdienstelijk maken voor hun eigen leefomgeving. Voor young professionals, die dus al iets verder zijn in hun loopbaan, staat er een regulier salaris tegenover.
Uitbreiding werkterrein
Dat er behoefte is aan de verbinding tussen student en stad blijkt uit de cijfers. Sinds de oprichting is er door bijna achtduizend studenten zo’n 1,3 miljoen uur gewerkt aan in totaal 743 projecten. “Het is een succes”, zegt projectcoördinator Loes Geijsen. “We kunnen ons werkterrein steeds verder uitbreiden. Winst maken we als sociale onderneming niet. Het geld dat we na aftrek van de kosten overhouden komt direct ten goede aan de stichting.”
Vanaf september van dit jaar richt Academie van de Stad zich ook op sport. De eerste aanzet werd gegeven door Sportservice Amsterdam dat zich afvroeg op welke manier studenten kunnen bijdragen aan het professionaliseren van sportbesturen. Reden genoeg om aan te kloppen bij de stichting. “Sportclubs komen in deze tijd voor veel uitdagingen te staan, op zowel financieel, communicatief, als organisatorisch vlak. Studenten kunnen zeker een rol vervullen, maar daar hebben ze dan wel meer informatie voor nodig.”
College Tour
Het beeld dat bij veel studenten leeft is dat het besturen of ondersteunen van sportclubs een tijdrovende bezigheid is die van hun sociale leven weinig overlaat. Daarom hebben zes studenten van de opleiding Cultureel Maatschappelijke Vorming aan de Hogeschool van Amsterdam vorig jaar geïnventariseerd op welke andere manieren er een bijdrage geleverd kan worden. De ideeën die daaruit voortvloeiden werden eerder dit jaar besproken tijdens een speciale College Tour, waarbij studenten en de sport elkaar ontmoetten.
De student vervult een voortrekkersrol bij het verwezenlijken van de ambities en steekt zelf ook de handen uit de mouwen
In Amsterdam is de gedachtevorming inmiddels weer een fase verder en gaat in september het project Studentconsulent Sport van start. Clubs die ondersteuning nodig hebben bij bijvoorbeeld het werven van nieuwe leden, het gezonder maken van hun kantine of het ontwerpen van een nieuw logo kunnen er terecht voor advies.
Pilot in Amsterdam
Overigens is de studentconsulent meer dan een consultant die vanuit een kantoortje met goede raad komt. De student vervult een voortrekkersrol bij het verwezenlijken van de ambities en steekt zelf ook de handen uit de mouwen. Het project begint pas in september, de meeste studenten moeten zich nog oriënteren, maar Geijsen kan nu al zeggen dat er veel belangstelling is. Sport spreekt aan. De randvoorwaarden lijken goed. Als de pilot in Amsterdam slaagt, dan zou het ook in de andere steden waar Academie van de Stad actief is, kunnen uitgerold, liefst met nog meer tot stand gebrachte verbindingen.
“Het is een toekomstdroom, maar het zou toch mooi zijn als bijvoorbeeld ook ouderen en mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt echt iets wezenlijks kunnen bijdragen aan hun eigen stad.”
Voor meer informatie: www.academievandestad.nl