Skip Navigation LinksHome-Nieuws-Column XL-Item

Over mensenrechten, mega-sportevenementen en politiek 8 juni 2021

door: Paul Reef

In aanloop naar het WK Voetbal staat ook in Nederland de relatie tussen sport en politiek weer ter discussie. Maar de controverse over mensenrechtenschendingen in Qatar staat niet op zichzelf. Steeds vaker moeten sportorganisaties en ook sporters zich tot politieke kwesties verhouden. Wat zijn hiervoor goede manieren, en hoe zijn de laatste jaren de verhoudingen tussen de sportwereld en het politieke veranderd? Om deze bredere vraagstukken te bespreken en uit te zoomen van Qatar organiseerde de onderzoeksgroep Sportgeschiedenis aan de Radboud Universiteit afgelopen 19 mei een online expertmeeting. 

Centraal bij deze bijeenkomst stond het spanningsveld tussen sport en politiek en grote sportevenementen en mensenrechten in het bijzonder. Het doel was om hierover van gedachten te wisselen in breed gezelschap: aanwezig waren vertegenwoordigers van de KNVB, Amnesty International en Comité Cancel Qatar evenals journalisten, beleidsmakers en sportonderzoekers uit Nederland en België. De meeting zelf bestond uit drie paneldiscussies over respectievelijk protest en sport, mensenrechtenschendingen en mega-sportevenementen, en de positie van atleten ten opzichte van politieke kwesties. Experts op deze terreinen leidden de paneldiscussies kort in (zie voor details het programma).

"Zelfs de FIFA kan er niet meer omheen om due diligence in de bedrijfsvoering toe te passen rondom een toernooi"

Protest en mensenrechten
Eerst werd ingegaan op de lange geschiedenis van protest tegen sporttoernooien. Anders dan vroeger zetten sportbonden protest tegenwoordig niet meer weg als ‘politiek’, maar hebben zij zich thema’s als mensenrechten en duurzaamheid toegeëigend. Ook de KNVB heeft de laatste tien jaar een grotere maatschappelijke rol op zich genomen en agendeert ook internationaal mensenrechtenkwesties. Daarnaast is het waarborgen van mensenrechten rondom sport vastgelegd in diverse recente afspraken. Zelfs de FIFA kan er niet meer omheen om due diligence in de bedrijfsvoering toe te passen rondom een toernooi. In deze zin hebben aanhoudende aandacht en acties wel degelijk zin gehad. 

Het dilemma blijft alleen hoever je hierin kan gaan als sportbond zonder je bloot te stellen aan politieke strijd of landen uit te sluiten. Het blijft namelijk lastig – zo niet onmogelijk – om het ter plekke afdwingen van mensenrechten van politieke kwesties te scheiden. Op de vraag of een boycot niet effectiever is, werd gewezen op de huidige vooruitgang in Qatar die er anders niet was gekomen, maar ook naar het effect van alle aandacht die er kwam voor Argentinië júist omdat het WK voetbal in 1978 doorging.

ColumnXL21-21-1Juridisch perspectief
Vervolgens werd uiteengezet hoe mega-sportevenementen eigenlijk structureel gepaard gaan met allerlei mensenrechtenschendingen. De kernvraag wie hier hiervoor precies verantwoordelijk is, is erg lastig te beantwoorden – ook nu het IOC of nationale voetbalbonden serieus mensenrechtenbeleid hebben ontwikkeld. Bij internationale sporttoernooien is namelijk een hele reeks van overheidsorganen, internationale organisaties en bedrijven betrokken die opereren onder uiteenlopende jurisdicties. 

"Moeten nationale overheden zich structureler met sport bemoeien, of ligt hier een rol voor de EU en de VN?"

Toepassing van het principe van shared responsibility kan helpen bij deze complexiteit. Dit zou betekenen dat de verantwoordelijkheid naar rato bij betrokken partijen komt te liggen. Daarnaast zijn er wel degelijk recente VN-richtlijnen voor transnationale bedrijven die als voorbeeld kunnen dienen. Het lijkt bijna een kwestie van tijd totdat aanklagers hierover een rechtszaak winnen. De vraag blijft alleen welke partij deze uitspraak maar ook mensenrechtenbeleid afdwingt: moeten nationale overheden zich structureler met sport bemoeien, of ligt hier een rol voor de EU en de VN? En daarnaast: in welke gerechtelijke arena besluit je hier vervolgens over, en op welk niveau? Wel is helder dat er de laatste jaren veel is veranderd op het vlak van sport en mensenrechten en dat dit allang niet meer alleen sportbonden betreft.

ColumnXL21-21-2Atleten en politiek
Ten slotte kwam de lastige positie van sporters inzake politieke kwesties aan bod. Atleten hebben sport altijd al als platform voor verzet gebruikt – denk maar aan het Black Power-protest op de Spelen van 1968 – maar recentelijk lijkt er meer waardering en ruimte voor sportersactivisme te komen. Zeker rondom een mega-sportevenement is de druk op individuele sporters om te protesteren alleen maar toegenomen. 

Onomstreden is atletenactivisme echter niet, zeker niet in de context van internationale sportevenementen. Want welke normen en waarden gelden, en waar trek je de grens: mag solidariteit met Black Lives Matters tonen wel, maar protesteren tegen Trump niet op het sportveld? Bovendien wordt het onder druk zetten van atleten om zich politiek te uiten nog als onwenselijk gezien. Ook daarom houdt bijvoorbeeld het IOC, ondanks interne discussie, nog wel vast aan artikel 50 van het Olympisch Handvest dat protest verbiedt. Toch lijkt er wel wat te verschuiven in de politieke neutraliteit van sport. In aanloop naar het WK in Qatar bijvoorbeeld boden verschillende voetbalbonden spelers de mogelijkheid om zich uit te spreken. In toenemende mate worden sporters als rolmodellen gezien die kunnen bijdragen aan maatschappelijke discussies. 

"Het argument dat sport losstaat van politiek heeft ook op internationaal niveau steeds minder geldingskracht"

Tot slot
Dat er de laatste jaren veel is veranderd in hoe de sportwereld zich verhoudt tot politieke en maatschappelijke kwesties vormde een rode draad doorheen de expert meeting. Zowel de FIFA als het IOC zitten tegenwoordig aan tafel met Amnesty International: dit leek in 1978 nog ondenkbaar. Een ander terugkerend thema was het verschuivende internationale krachtenveld rondom mega-sportevenementen waarin allerlei partijen een stem hebben en meer belangen dan sport alleen wegen. Veel vragen over mensenrechten en de impact van mega-sportevenementen blijven de komende jaren op de agenda staan. Eén ding is alvast zeker: het argument dat sport losstaat van politiek heeft ook op internationaal niveau steeds minder geldingskracht.

Paul Reef is promovendus Sportgeschiedenis aan het Radboud Institute for Culture & History. Voor meer informatie: p.reef@let.ru.nl.

« terug

Reacties: 0

Reactie toevoegen

Naam*
E-mailadres*
Reactie*
Stuur mij een e-mail als er een nieuwe reactie wordt geplaatst