Skip Navigation LinksHome-Nieuws-Column XL-Item

De opstelling, de spelprincipes of het technisch beleid? 24 november 2020

Reflectie op het advies van de Nederlandse Sportraad over de organisatie en financiering van de sport

door: Margot van Beusekom

Nadat twee delen van mijn drieluik met mijn ideeën over de ‘Organisatie en financiering van de sport’ gepubliceerd zijn op dit medium, heeft de Nederlandse Sportraad op 19 november haar slotadvies daarover gepubliceerd. Daarom nu eerst niet mijn lang verwachte deel 3 met mijn schot voor de boeg maar een tussendeel: een reflectie op het onlangs verschenen advies.

In het eerste deel van dit initiële drie-, inmiddels vierluik heb ik de aanleiding en urgentie geduid om eens goed naar de organisatie en financiering van de sport te kijken. In het tweede deel heb ik vier stappen geïntroduceerd hoe, vanaf een blanco vel, tot een toekomstschets te komen. In het laatste artikel deel ik de lakmoesproef hoe mijn aanpak zou kunnen werken en waar dat toe leidt. Maar nu dus eerste een korte reflectie op het uitgebrachte advies. 

AdviesDeOpstellingOpHetSpeelveld

De opstelling, de spelprincipes of het technisch beleid?
Het langverwachte advies is er: hoe zouden de organisatie en financiering van de sport in Nederland eruit moeten zien? Het rapport heet ‘De opstelling op het speelveld’. Veelbelovend. Ik verwacht met deze titel een schets van hoe het toekomstig sportlandschap in Nederland eruit zou moeten zien: wie staan er in opstelling en op welke positie? Wellicht ook met de spelprincipes: wie heeft welke rollen en verantwoordelijkheden en hoe werken we samen aan ons doel? 

In mijn eerste artikel benoem ik de kans om de opstelling efficiënter en effectiever te maken. Dit project leek me de uitgelezen kans. Maar eigenlijk worden deze vragen nog niet beantwoord. Het rapport focust zich in mijn ogen niet op de opstelling of de spelprincipes maar meer op het bovenliggende technische beleid. Ik ben zelf enorm van de grote lijnen – die zijn nodig om de richting goed te duiden - maar stiekem had ik in dit geval gehoopt dat de lijntjes ook al iets meer ingekleurd zouden zijn. 

Onderstaand figuur uit het rapport laat zien wat ik bedoel. De sportbranche staat afgebeeld in een donkerpaars blok. Het is dan wel paars maar het is gevoelsmatig eerder nog een beetje een blackbox. De financieringsstromen naar deze blackbox staan aangegeven maar hoe het daarbinnen is georganiseerd wordt nog niet duidelijk. Het issue van inefficiënties (het wiel wordt vaak opnieuw uitgevonden) wordt niet geadresseerd. Ik ben daarom een beetje bang dat het extra geld, waarvan wordt aangegeven dat het nodig is om het geheel te versterken, in deze blackbox verdwijnt. In mijn eerdere artikel in deze reeks vroeg ik me al af of er niet teveel geld naar de sport gaat. Ik snap dat de sport een enorme maatschappelijke opgave heeft maar ik twijfel of meer geld de oplossing is. Wel als het optimaal besteed wordt uiteraard. 

ColumnXL-MvB-refladv-1Niet nieuw; wel waar en tijd om door te pakken
Een aantal, voornamelijk inhoudelijke delen van het advies zijn wat mij betreft niet verrassend of nieuw. Maar wel belangrijk. Dan refereer ik bijvoorbeeld naar de professionalisering van de sportbranche (paragraaf 4.1.3), het sport- én beweegaanbod en innovatie hierin (paragraaf 4.2.1) en de toegankelijkheid voor kwetsbare groepen (4.2.2.). Goed dat het onderdeel uitmaakt van dit advies. Hopelijk helpt dat om hier goed op door te kunnen pakken. Hoe gaan we dit anders doen dan de afgelopen jaren? Is regie vanuit de overheid de oplossing?

"Ik moet het wel eens zijn met het advies van de Sportraad dat de rijksoverheid regie moet pakken op het terrein van de sportbranche"

Dat brengt ons bij het meest opvallende en baanbrekende onderdeel van het advies: de rol van de rijksoverheid. Al zegt mijn politieke voorkeur dat ik meer ben voor een vrije markt en voor juist minder regie van de overheid, moet ik het wel eens zijn met het advies van de Sportraad dat de rijksoverheid regie moet pakken op het terrein van de sportbranche. In ieder geval om het geheel een keer goed en duurzaam neer te zetten. De partijen komen er zelf niet helemaal uit. Het is, dat is niet alleen in de sport zo, ook erg moeilijk over je eigen schaduw (als organisatie) heen te stappen, je eigen belangen aan de kant te zetten, en te beredeneren vanuit het grotere doel. Hetzelfde geldt voor de beoogde samenwerking met andere branches. Ik kan me voorstellen dat dit een vlucht kan nemen als het duidelijker vanuit de rijksoverheid wordt ‘opgedragen’. Ik zou het persoonlijk overigens wel mooi vinden dat de regierol, op het moment dat het goed staat, weer wat naar de achtergrond kan. 

ColumnXL-MvB-refladv-2De Sportraad duidt in zijn advies het belang van één koepelorganisatie. Eén visie, één stemgeluid richting de overheid, één aanspreekpunt. Ik snap dit helemaal. Echter, als we dit vanuit het huidige landschap op gaan tuigen ben ik bang dat we het nog ingewikkelder maken dan het al is. Of we tekenen er nog een extra organisatielaag bij óf er ontstaat een machtsstrijd tussen de al bestaande koepels wie deze rol op zich mag nemen.

Hierbij kom ik dan toch weer uit bij mijn ‘blanco vel papier aanpak’: als we het landschap opnieuw tekenen en hierin uitgaan van deze ene koepel, hoe ziet het er dan verder uit? Hoe ziet dan de verdere opstelling eruit? Welk type organisaties hebben we wel en niet nodig om sport en bewegen optimaal te faciliteren? In mijn eerdere artikel benoem ik al dat een aantal zaken volgens mij echt efficiënter georganiseerd kunnen worden. En hoe werken deze organisaties samen om onze Nederlandse visie en ambities – die eerst nog geduid moeten worden maar dat kan goed onder regie van de rijksoverheid – te realiseren? 

"We gaan pas echt zien of deze manier van organiseren, of eigenlijk regisseren, een verschil maakt als we de uitgezette lijnen inkleuren"

Tijd de lijntjes in te kleuren
Mijn conclusie: ik vind het een waardevol advies waarbij vooral de beoogde rol van de rijksoverheid een aardverschuiving te noemen is. Als het advies wordt overgenomen en opgevolgd betekent dat een grote overwinning voor het belang van sport en bewegen in onze gehele maatschappij. Maar we gaan pas echt zien of deze manier van organiseren, of eigenlijk regisseren, een verschil maakt als we de uitgezette lijnen inkleuren. Op naar een efficiënte maar vooral effectieve en duurzame organisatie van sport en bewegen in Nederland. En laten we bij het inkleuren beginnen bij de wensen en behoeften van de sporters, de niet-sporters, de niet-meer-sporters en de nog-niet-sporters. Die komen namelijk te weinig terug in het huidige advies. In mijn laatste artikel in deze reeks - dat over twee weken op dit platform wordt gepubliceerd - doe ik een schot voor de boeg: de lakmoesproef voor mijn sportergerichte-blanco-vel-aanpak. Hierin staat de jeugd, als voorbeeld doelgroep, centraal. Wordt vervolgd dus. 

Margot van Beusekom is oprichter en eigenaar van Firma Leef. Bij Firma Leef! staat niet de sport maar de sporter centraal. Vanuit die filosofie ondersteunt en adviseert Firma Leef! sportorganisaties met sportergerichte strategieën en –concepten. Voor Sport Knowhow XL schrijft Margot vooral artikelen waarin zij de lezer uitdaagt eens vanuit andere perspectieven naar de wereld van sport te kijken. Voor meer informatie: margot@firmaleef.nl of 06-5379 8153.

Bron:

« terug

Reacties: 0

Reactie toevoegen

Naam*
E-mailadres*
Reactie*
Stuur mij een e-mail als er een nieuwe reactie wordt geplaatst