Skip Navigation LinksHome-Nieuws-Column XL-Item

Sport is geen speelgoed 20 december 2016

door: Jeroen Weijermars

Voor de tweede keer op rij was er rond Sinterklaastijd tumult over de speelgoedreclames. Er werd een onkies spelletje met de consument gespeeld. In de reclamefolder van de speelgoedretailers werd de suggestie gewekt dat speelgoed in de aanbieding was en goedkoper werd (van -> voor). Feitelijk was de nieuwe prijs dezelfde als waarvoor het aanbiedingspeelgoed altijd al in de schappen lag. De consument werd bedot en net als vorig jaar kwam de Consumentenbond als beschermer voor de consument, terecht, in het geweer. Het is jammer dat er geen consumentenbond voor de georganiseerde sport in Nederland bestaat. Onlangs kon ik mij namelijk niet aan de indruk onttrekken dat ook de georganiseerde sport in Nederland werd bedot.

Vorige maand werd er in de Nederlandse media gejubeld voor en door de georganiseerde sport in Nederland. Na een economische meevaller van 4,3 miljard trekt onze regering tien miljoen extra uit voor topsport en ook de breedtesport krijgt er 750 duizend euro bij. En ik wil niet ondankbaar lijken, immers… alle extra’s zijn meegenomen, maar in de afgelopen vier jaar werd de geldstroom vanuit de Kansspelenwet (lees: Lottogelden) 25 miljoen euro dunner, zo blijkt uit de kamerstukken1 van vorig jaar.

"Er wordt mede door de minister goede sier gemaakt met extraatjes die feitelijk eerder tot de gewone inkomsten behoorden"

Tering naar de nering
Minister van Sport Edith Schippers mocht in NRC Handelsblad2 dan wel beweren dat er niet bezuinigd is op sport, in de notulen van diverse Algemene Leden Vergaderingen van NOC*NSF blijkt uit de financiële paragraaf dat er toch minder te verdelen was. Zo ook uit de begrotingen van nagenoeg alle sportbonden die de afgelopen vier jaar minder inkomsten via de overheid ontvangen en de tering naar de nering moesten zetten. Is dat vreemd in een periode waar iedereen de broekriem moest aanhalen? 'Vreemd' is niet het goede woord. Maar het mag op zichzelf vreemd gevonden worden dat er nu mede door de minister goede sier gemaakt wordt met extraatjes die feitelijk eerder tot de gewone inkomsten behoorden.

En om het geheel in perspectief te zetten: van de meevaller van € 4.300.000.000 pakt de Nederlandse topsport 0,02% mee. 

Een simpele doorrekening leert dat € 750.000 extra voor de breedtesport zich uitbetaalt als 30 euro per sportvereniging bij de huidige populatie van ca 25.000 verenigingen. 

Nogmaals, ik wil niet ondankbaar zijn en ik ben geen ‘rupsje-nooit-genoeg’ maar het gevoel dat het gejubel voortkomt uit dezelfde ‘van->voor-truc’ die de speelgoedretailers al twee jaar toepassen - en dan nu toegepast door de overheid - krijg ik toch niet uit mijn hoofd.

"Dit is dezelfde minister die bij de aanvang van deze kabinetsperiode akkoord ging met het schrappen van de olympische ambitie"

Daling met 22%
Nog een financiële parameter. Het Ministerie van Sport heeft de voorbije jaren miljoenen subsidie in evenementen gestoken. Met vorig jaar meegerekend was dat gemiddeld ruim 6,1 miljoen euro per jaar3. Volgend jaar steunt de staat grote toernooien zoals onder meer het EK voetbal voor vrouwen, de WK shorttrack en de EK hockey. Maar vanaf 2018 zakt dat met 22% naar 4,6 miljoen euro per jaar. Een rare move wanneer je de sportminister tegelijkertijd hoort zeggen dat zij graag de Olympische Spelen in Nederland zou organiseren4. Dit is dezelfde minister overigens die bij de aanvang van deze kabinetsperiode akkoord ging met het schrappen van de olympische ambitie en het regeerakkoord waarin dit was opgenomen onderschreef.

Wat ik maar wil zeggen, het is duidelijk dat de verkiezingen in aantocht zijn. Mede gesteund door financiële meevallers van een uit het dal klimmende economie wordt sport als middel ingezet om het sentiment onder de kiezers positief te krijgen opdat de sporters niet vergeten wie er in hen gelooft en investeert. 

Sportwet
Met in het achterhoofd alle positieve rapporten over het belang van sport - zowel topsport als breedtesport - alsmede de kracht van sport en de geformuleerde behoefte om de sportparticipatie te laten groeien is het mijns inziens verstandig om zowel op nationaal als lokaal niveau als georganiseerde sport minder politieke speelbal te zijn. Of beter nog: geen politieke speelbal. Tijd voor een sportwet waarvoor Loek Jorritsma al bijna dertig jaar pleit? Voor de sport is er geen sportwet die het sportbeleid wettelijk verankert. Dit in tegenstelling tot een cultuurwet, die er voor de cultuur wel is. 

Dat is een radicale stap, onderschrijft ook Jorritsma, gepensioneerd VWS-ambtenaar met veel kennis over juridische verankering van sport in het beleid van de rijksoverheid, in zijn antwoord op een vraag aan Koen Breedveld op dit platform5. Maar gezien de wijze waarop er de afgelopen maanden politiek op sport geacteerd wordt is het wat mij betreft wel een stap waar we nu aan toe zijn. En ik kan in dit verband niet anders dan Loek Jorritsma citeren: 

'Een stap waardoor de sport zich niet meer hoeft te verdedigen, bedelbrieven hoeft te sturen, sportorganisaties voor een deel niet meer afhankelijk zijn van de opbrengst van loterijen en van de toedeling daarvan door een particuliere belangenorganisatie. Maar een vaste plaats krijgt in de sociale infrastructuur van onze samenleving. Kortom de emancipatie van de sport in het publieke domein.' 

En daar zou ik expliciet aan willen toevoegen: Een stap waardoor sport niet als middel wordt ingezet voor politieke partijen en sportbewindsvoerders. Natuurlijk ook de bewindvoerders mogen trots zijn op sportprestaties, net als iedere andere Nederlander. Maar tijdens of vlak na succesvolle Olympische Spelen de loftrompet steken over de sport en extra geld vrij maken dat eerder werd afgenomen doet geen recht aan de georganiseerde sport en maakt sport - kort door de bocht - afhankelijk van politiek gekleurd subsidiebeleid. 

"Sport is geen speelgoed moet dus ook niet op die wijze in de aanbieding gezet worden"

Publieke taak
Daarom is het tijd om sport als publieke taak te erkennen. Door de introductie van een sportwet kan de kracht van sport, denk aan sociale cohesie, saamhorigheid, gezondheidsbevordering, bevordering van leerprestaties, etc. etc. blijvend worden versterkt. Hoewel ik minder bang ben dan Jorritsma dat de publieke functie verdrongen wordt door begrippen als verdienmodellen, big data en vergroten van marktaandeel, is een level playing field (om maar eens een goed Nederlands woord te gebruiken) wel noodzakelijk. In dat geval kunnen deze bedreigingen eerder een verrijking worden. Maar ze zijn wel een extra reden om sport als publieke taak bij wet te verankeren. 

Laten we met elkaar concluderen dat sport geen speelgoed is en het dus ook niet op die wijze in de aanbieding gezet moet worden. 

Ik wens u allen een fijne feestdagen.

Noten:
1. Zie hier
2. Zie hier
3. Zie hier
4. Zie hier
5. Zie hier

Jeroen Weijermars is met Zjerom ondernemer in sportmanagement en sportmarketing. Daarnaast is hij als docent verbonden aan de Johan Cruyff University en geeft hij daar les op het gebied van sportmanagement, -marketing en -media. In zijn vrije tijd is hij lid van het bondsbestuur van het Koninklijk Nederlands Korfbalverbond (KNKV) met als aandachtsgebied marketing en communicatie. In 2014 behaalde hij zijn MBA Sportmanagement bij het Wagner Instituut te Groningen. Voor meer informatie: jeroen.weijermars@zjerom.nl, Twitter, Linkedin of www.zjerom.nl

« terug

Reacties: 1

loek Jorritsma
20-12-2016

Jeroen, dank voor je ondersteuning van mijn eerdere bijdrage(n) aan deze discussie. Het ligt niet op mijn weg om het initiatief te nemen om hier een sport- en politiekbreed vervolg aan te geven. Mij ontbreken daarvoor de instrumenten. Eerder meende ik dat dat op de weg zou kunnen liggen van de Nederlandse Sportraad. Daarbij heb ik ook kennis genomen van de visie van de politieke partijen op het sportbeleid zoals geformuleerd in hun partijprogramma's. Daar tref ik een dergelijke meer fundamentele visie op de plaats van de sport in het publieke domein niet aan. En binnen de sport bij slechts een enkeling. Er valt dus een wereld te winnen. Als ik het antwoord krijg op de vraag of momenteel de bijdrage van de rijksoverheid aan topsportevenementen rechtmatig is omdat volledig en juist wordt voldaan aan de Altmark-criteria, dan zijn we op de goede weg.

Reactie toevoegen

Naam*
E-mailadres*
Reactie*
Stuur mij een e-mail als er een nieuwe reactie wordt geplaatst