door: Peter Hopstaken | 10 november 2010
Op woensdag 10 november is na een lang ziekbed op 54-jarige leeftijd voormalig hockeyinternational Theodoor Doyer overleden. Hij speelde in de periode 1975 tot 1988 182 interlands waarin hij 44 goals scoorde. Doyer deed als hockeyinternational twee keer mee aan de Olympische Spelen (1976 en 1984) en werd met het Nederlands hockeyelftal in 1983 en 1987 Europees kampioen en in 1978 tweede op het WK. Doyer speelde gedurende zijn gehele carrière voor HC Bloemendaal, met welke club hij in 1987 de Europa Cup I won en in de periode 1986-1989 liefst vier landstitels op rij. Bij HC Bloemendaal was Doyer later ook bestuurslid tophockey. Doyer werd in 1987 benoemd tot erelid van de club. Van de hockeybond was Doyer Lid van Verdienste.
Na zijn loopbaan als tophockeyer bleef Doyer in de sport actief. Eerst als beleidsmedewerker bij de stafafdeling Coördinatie Beleid Ontwikkeling en Evaluatie (CBOE) bij de Directie Sportzaken van het toenmalige ministerie van WVC. En vanaf 1 januari 1993 bij de afdeling Sport & Recreatie van de gemeente Amsterdam. Later werd deze afdeling ondergebracht in de gemeentelijke Dienst Maatschappelijke Ontwikkeling (DMO). Doyer werd daar in 2001 benoemd tot teamhoofd ‘Infrastructuur en verenigingsondersteuning’, in 2007 werd hij hoofd van het team ‘Sportbeleid’. Doyer was bij veel projecten direct betrokken, waaronder het opzetten van het Amsterdamse Sportaccommodatieplan en de uitvoering daarvan. In het verlengde daarvan werkte hij mee aan projecten als de Verbreding van de Bosbaan, de herinrichting van het sportpark Amsterdamse Bos, het project Sportcentrum Nieuwe Stijl, de sportvoorzieningen op IJburg, de realisering van een aantal sportcentra en zwembaden alsmede het opzetten van de verenigingsadvisering in Amsterdam.
Theodoor Doyer leed gedurende enkele jaren aan een ernstige spierziekte, in het voorjaar van 2008 in eerste instantie gediagnosticeerd als ALS. Later bleek Doyer aan PSMA te lijden, een mildere variant van ALS. Tot einde 2009 werkte Doyer nog halftime; deels thuis en deels op kantoor. Coos van Meurs, tegenwoordig hoofd van SportService Amsterdam en tot medio 2009 als ‘hoofd Sport & Recreatie’ naaste collega van Theodoor Doyer: “De diagnose kwam heel hard aan op de afdeling. Maar de manier waarop Theo met zijn ziekte omging – hij sprak daar bijvoorbeeld heel open over - heeft het voor de collega’s wel veel makkelijker gemaakt.” Terugkijkend als ‘baas’ van Doyer vertelt Van Meurs verder: “Theo was een absolute professional in zijn werk. Hij was een rustige en loyale collega die - als het nodig was - zijn tanden kon laten zien. Hij was daarbij een goede coach voor zijn directe medewerkers. Ook in de Amsterdamse sportwereld werd Theo erg gewaardeerd door zijn betrokken en professionele manier van optreden. Zijn achtergrond als topsporter - Theodoor Doyer was wel een náám! - hielp hem daarbij.”
Het afscheid van Doyer is voor Van Meurs en zijn collega’s in fasen verlopen: “In december 2009 hebben we met door hem geselecteerde naaste medewerkers een afscheidsetentje gehad. Op 4 november jl. heb ik persoonlijk afscheid van Theo genomen. Bij alle collega’s die met Theo gewerkt hebben, hing de afgelopen week een vreemde sfeer. We wisten dat hij besloten had op 10 november uit het leven te stappen en iedereen had het daar op zijn eigen manier heel moeilijk mee. Het was voor iedereen letterlijk aftellen.”
Theodoor Doyer wordt op 15 november vlakbij het sportcomplex van HC Bloemendaal begraven. Hij laat een vrouw en twee dochters achter.