Skip Navigation LinksHome-Achtergronden-Sportgerichte wetenschap-Item

Koude kermis 17 december 2019

cover-SG6-19Vakblad over training, coaching, sportrevalidatie en toegepaste sportwetenschap

SPORTgericht is hét vakblad over training, coaching, sportrevalidatie en toegepaste sportwetenschap in Nederland en België. Het bestaat al 73 jaar en biedt elk nummer een grote hoeveelheid vakinformatie voor iedereen die werkt op het gebied van top- en wedstrijdsport, bewegen en fitness. De artikelen gaan bijvoorbeeld over inspanningsfysiologie, motorisch leren, kracht- en revalidatietraining, coaching, mentale training, didactiek, functionele anatomie en biomechanica. 

Hanno van der Loo - hoofdredacteur van SPORTgericht - licht voor Sport Knowhow XL in de rubriek 'Sportgerichte wetenschap' steeds één van die interessante artikelen eruit en geeft er een beknopte samenvatting van. De volledige versie van het artikel is te lezen via een link onderaan elke samenvatting.

door: Hanno van der Loo

Deze keer zet ik graag een al wat ouder (2011), maar nog steeds actueel artikel uit SPORTgericht in de schijnwerpers, onder het motto: ‘Snel herstel, werkt dat wel?’.1

In dat artikel wordt het verschil uitgelegd tussen herstel en adaptatie en wordt beschreven hoe het komt dat herstelbevorderende maatregelen de adaptatie kunnen remmen. Herstel is hierbij gedefinieerd als het verdwijnen van de vermoeidheid die tijdens een training of wedstrijd is opgebouwd, zodat men weer over het ‘normale’ prestatievermogen kan beschikken. Onder adaptatie2 worden 'structurele en fundamentele veranderingen bij een sporter tijdens langer durende trainingsperiodes, gebaseerd op adaptieve eiwitsynthese' verstaan. Juist die fundamentele veranderingen vormen het doel van de training, omdat ze betere prestaties mogelijk maken.

"Onderzoek suggereert dat ijsbaden niet geschikt zijn om spieren in de loop van de tijd te herstellen en op te bouwen, omdat ze de aanmaak van eiwitten in de spieren verminderen"

Koude kermis
De aanleiding om deze ‘klassieker’ weer eens onder de aandacht te brengen, was een persbericht van het wetenschappelijke tijdschrift The Journal of Physiology, dat ik op 28 november jl. ontving. De kop luidde: ‘Throwing cold water on ice baths: avoid this strategy for repairing or building muscle’. Het bericht opent (vertaald) als volgt:

‘Succesvolle sporters als Andy Murray (tennis) en Jessica Ennis-Hill (zevenkamp) staan erom bekend dat ze na het sporten ijsbaden nemen. Volgens nieuw onderzoek komen ze daarmee echter van een koude kermis thuis. Het onderzoek suggereert dat ijsbaden niet geschikt zijn om spieren in de loop van de tijd te herstellen en op te bouwen, omdat ze de aanmaak van eiwitten in de spieren verminderen.’

XL43Sportgericht-IJs-1Elegant
Het onderzoek is uitgevoerd aan de Universiteit Maastricht en was elegant van opzet.3 Twaalf jonge mannen deden twee weken (in totaal 7 sessies) krachtoefeningen met hun benen, waarbij het ene been na afloop een ijsbad kreeg (8°C) en het andere been een thermoneutraal bad (30°C). Vervolgens werd de mate van eiwitopbouw in de spieren van de beide benen met behulp van een speciale techniek vergeleken. Hieruit bleek dat de aanmaak van eiwit in het gekoelde been achterbleef bij die in het niet gekoelde been. De onderzoekers concluderen: ‘Onderdompeling in koud water na krachttraining vertraagt de opbouw van spiereiwit en daardoor waarschijnlijk ook de opbouw van spierconditie.’

Meer inzicht
Het Maastrichtse onderzoek is wetenschappelijk gezien van groot belang, omdat het meer inzicht geeft in de processen die zich in de spieren afspelen als ze na een training gekoeld worden. Maar de conclusie dat na afloop koelen het effect van een (kracht)training kan verminderen, is zeker niet nieuw. Reeds in 20084 was in SPORTgericht het volgende citaat uit een studie (2006) van Yamane et al5 te lezen: 

‘Microschade aan de spiervezels … ten gevolge van duur- en krachttraining moet worden beschouwd als een normaal fysiologisch verschijnsel en als voorwaarde voor … de adaptieve processen die uiteindelijk leiden tot een verbeterd prestatievermogen van de spier. Het verlagen van de spiertemperatuur doorkruist deze processen en zal de verlangde toename van het prestatievermogen dus eerder vertragen dan ondersteunen.’

"Herstelbevorderende maatregelen kunnen de adaptatie dempen. Men moet dus kiezen"

Herstellen of adapteren?
In het artikel uit 2011 wordt onder meer de sleutelrol van zogeheten inductors in het trainingsproces van sporters beschreven. Als zij trainen brengen zij het lichaam uit evenwicht. De doelbewuste fysiologische verstoringen werken in het lichaam als aanjager van de eiwitopbouw. Ze geven het signaal af dat er eiwit opgebouwd dient te worden en sturen dit proces in de juiste richting. Het fundamentele verschil tussen herstel en adaptatie zit hem er met name in, dat men voor een snel herstel de fysiologische verstoringen zo snel mogelijk wil terugdringen, terwijl de adaptatieprocessen juist gebaat zijn bij een voldoende lang aanhoudende verstoring. 

XL43Sportgericht-IJs-2bisUit dit alles vloeit logischerwijs voort, dat herstelbevorderende maatregelen de adaptatie kunnen dempen. Men moet dus kiezen! Heeft het de hoogste prioriteit om zo snel mogelijk weer terug te keren naar de oude situatie (herstel), of streeft men een verbetering ten opzichte van die oude situatie na (adaptatie) en neemt men daarbij een tijdelijk verminderd prestatievermogen op de koop toe?

Conclusie
Tijdens belangrijke wedstrijdperiodes en toernooien zal men doorgaans de nadruk willen leggen op een zo snel mogelijk herstel, omdat kort op elkaar verschillende wedstrijden volgen. In andere periodes (waarin normaal gesproken vooral wordt getraind) doet men er echter verstandig aan ruim baan te geven aan de adaptatieprocessen. In die laatste situatie is het onlogisch om eerst (door middel van fysieke belasting) te streven naar fysiologische verstoringen en er vervolgens alles aan te doen om deze verstoringen (door herstelbevorderende maatregelen, zoals onder meer ijsbaden) zo snel mogelijk weer teniet te doen. In het laatste geval komt men van een koude kermis thuis.

Meer lezen?
Nieuwsgierig naar het volledige SPORTgericht artikel? U kunt het hier lezen.

Referenties

  1. Loo H van der (2011). Herstellen of adapteren? Twee zijden van dezelfde medaille. SPORTgericht, 65 (1), 12-16.
  2. Viru A (1995). Adaptation in sports training. Boca Raton: CRC Press.
  3. Fuchs CJ et al. (2019). Postexercise cooling impairs muscle protein synthesis rates in recreational athletes. The Journal of Physiology (accepted for publication), doi: 10.1113/JP278996.
  4. Loo H van der (2008). Koel herstel, werkt dat wel? SPORTgericht, 62 (3), 14-17.
  5. Yamane M et al. (2006). Post-exercise leg and forearm flexor muscle cooling in humans attenuates endurance and resistance training effects on muscle performance and on circulatory adaptation. European Journal of Applied Physiology, 96, 572-580.

Hanno van der Loo (1968) is voormalig tienkamper en studeerde bewegingswetenschappen aan de VU in Amsterdam. Hij werkt als sportwetenschappelijk adviseur, auteur en docent via bureau AdPhys in Boskoop (www.adphysbureau.nl) en is hoofdredacteur en uitgever van SPORTgericht (www.sportgericht.nl).

« terug

Reacties: 0

Reactie toevoegen

Naam*
E-mailadres*
Reactie*
Stuur mij een e-mail als er een nieuwe reactie wordt geplaatst