Hans Koeleman is voormalig topatleet die in 1984 en 1988 meedeed aan de Olympische Spelen. Koeleman is in de Verenigde Staten geschoold als historicus, hij studeerde aan de Clemson University en de University of Southern California. Hij werkte later als
brand manager bij Nike en is momenteel als docent verbonden aan de International Sport Management School van De Haagse Hogeschool. Tevens is hij oprichter en hoofdredacteur van het nieuwe literair hardloopmagazine
Mystical Miles waarvan in het voorjaar 2021 de eerste editie is uitgekomen. Koeleman schreef twee boeken - 'Het Blauwe Uur' en 'Olympiërs' - en toerde samen met Bram Bakker en Abdelkader Benali langs diverse Nederlandse theaters met de voorstelling ‘Wat beweegt de hardloper?’ Voor Sport Knowhow XL becommentarieert Hans Koeleman zo nu en dan wat hem opviel in de berichtgeving over sport.
Ik wil dat je morgen verliest
Het woord ‘matchfixing’ viel de afgelopen week regelmatig en zondag 3 oktober in het bijzonder. Eerst omdat Bernard Tapie was overleden. Tapie, beroemd en berucht, de redder van adidas, de man die Olympique Marseille groot maakte, Tapie de man die de cel inging omdat hij spelers van het nietige Valenciennes geld gaf om niet te fanatiek te spelen tegen zijn club. Later op de dag kwam berichtte de NOS dat er in de afgelopen jaren meerdere wedstrijden in de beloftencompetitie zijn gefixt.
Matchfixing: een wedstrijd die je kan winnen bewust verliezen en daar geld voor krijgt omdat anderen er baat bij hebben dat je verliest. Bijvoorbeeld omdat ze voorspeld hebben dat je verliest. ‘Gokken’ dus.
"Mensen, ergens op de wereld, die veel geld zetten op een speler die niet eens bij de eerste 200 op de ATP-lijst staat en verwachten dat hij ‘verliest’. Of ‘wint’, dat kan ook natuurlijk"
Een week geleden werd bekend dat Raymond van Barneveld vorig jaar een virtuele wedstrijd tegen Martin Adams ineens zo slecht speelde dat het velen opviel. Tegelijkertijd werden er extreem hoge bedragen op de partij gezet. Hmm. Voor het simuleren van de realiteit is een bepaalde mate van intelligentie nodig en het is wel mogelijk dat Barneveld hierdoor door de mand viel. Althans er is een verdenking tegen hem. En nu blijken ook tennissers de boel te bedonderen. Fascinerend. Mensen, ergens op de wereld, die veel geld zetten op een speler die niet eens bij de eerste 200 op de ATP-lijst staat en verwachten dat hij ‘verliest’. Of ‘wint’, dat kan ook natuurlijk. Je kan ook gokken met je buurman hoeveel auto’s er op een dag door de straat gaan. Of wanneer het eerste blad van de boom voor de deur valt. Maar dit is niet te manipuleren. Het gokken op mensen in de sport is veel aantrekkelijker omdat je ze wel kan beïnvloeden. De gedachte is denk ik zo: ‘Niemand let op een onbekende speler die zich in oktober in de eerst ronde van een ITF World Tennis Tour match in Lima, Peru, laat ‘verslaan’ door de speler die 320e van de wereld is'. Dus zal zo’n speler - of zijn coach of manager - een bericht krijgen om het niet te opvallend te doen, maar om wel te verliezen.
Kennelijk, zo leerden we van de NOS-podcast Gefixt, zijn er een aantal Nederlandse tennissers die dit regelmatig doen. Had een van hun vrienden dit niet aan de grote klok gehangen, hadden we het nooit geweten. Niet geweten, misschien wel vermoed. ‘Vermoed’ want, zo horen we regelmatig, het leven van een proftennisser is niet makkelijk. Veel reizen, hotel, taxi’s, eten en drinken, kosten voor coach en fysio, en dan hopen ver genoeg in het toernooi te komen om wat over te houden.
Ik begrijp die financiële onrust maar al te goed. Anderen deze week kennelijk ook en er was ’begrip’. Maar de redenering dat omdat er weinig geld is te verdienen, wij moeten begrijpen en billijken dat malafide praktijken nu eenmaal erbij horen, gaat me te ver. Als er zo weinig geld te verdienen is in de sport, ga dan werken, neem er een bijbaan bij, periodiseer eens een keer en piek op een bepaald deel van het jaar, en probeer er zo wat van te maken. De redenering dat ‘omdat er weinig geld te verdienen is’ er naar andere middelen gegrepen moet/mag worden, lijkt op die van een sportarts die ik jaren geleden hoorde zeggen dat hij zijn atleet wel doping moest voorschrijven omdat zijn atleet zo hard moest trainen om bij te blijven dat het ten koste van zijn gezondheid ging. Nee! Deze atleet was gewoon niet goed genoeg om mee te doen en had zich moeten schikken in een mindere rol.
"Je zou van sommige sporters kunnen zeggen dat ze überhaupt de wereld van topsport niet in moeten gaan omdat ze er gewoon niet in thuis horen"
Ik begrijp het verlangen van de sporter. Ik kan me voorstellen dat er veel tennissers zijn die dromen van het betreden van het gras van Centre Court, dromen van een straight sets overwinning op Djokovic. Maar als duidelijk wordt dat de grote checks uitblijven en het schrapen wordt in de vele kleine toernooitjes, velen met lege tribunes, samen met een paar honderd anderen spelers, dan is het misschien tijd te realiseren dat ‘dit’ het dus is: een heerlijk leven als jet-setter, maar geen succesvol verdienmodel.
Ik kan me een discussie tussen Johan Cruijff en Ard Schenk herinneren van lang geleden. Cruijff zei dat je niet op je hoogtepunt moest stoppen, omdat je ook niet wist wanneer dat punt bereikt was. Schenk zei dat als je het hoogste had bereikt – in zijn geval wereldkampioen en –recordhouder zijn – er maar één keuze was, stoppen. Doorgaan als topsporter en weten dat het nooit meer wordt als in je dromen, was voor hem geen optie. Je zou van sommige sporters kunnen zeggen dat ze überhaupt de wereld van topsport niet in moeten gaan omdat ze er gewoon niet in thuis horen.
Hans Koeleman