Skip Navigation LinksHome-Achtergronden-Boeken met Broeke-Item

Op zoek naar... breedtesport-utopia 6 december 2016

door: Adri Broeke

Precies vijfhonderd jaar geleden bracht men in de oude universiteitstad Leuven 'Utopia' uit. De beroemde Engelse humanist Thomas More beschreef in dit oerboek over het utopisch denken een 'niet bestaande plek' als alternatief voor de toenmalige feodale Engelse samenleving. Dit denkbeeldig eiland was gebaseerd op de principes van gelijkheid en rechtvaardigheid. Tot op de dag van vandaag vormt Utopia in het streven naar een betere wereld voor menigeen een bron van inspiratie. Ook voor de sportwereld van morgen?

Naar aanleiding van het emeritaat van de Leuvense sportwetenschapper Bart Vanreusel stelde een aantal vakcollega's kort geleden een lezenswaardig liber amicorum samen. Met als titel Sportutopia. Daarin gaat de éminence grise van de Nederlandse sportsociologie Ruud Stokvis met zijn bijdrage op zoek naar bewijsvoering voor de sociale werking van sport. Pas in de loop van de twintigste eeuw werden volgens hem aan sport in de Lage Landen belangrijk geachte sociale functies toegeschreven. In zijn laatst verschenen boek schreef hij gepassioneerd over de vorming, binding en zingeving die sport in de samenleving kan vervullen.

"Blijkbaar is de sociale waarde van sport in vergelijk met economische- of gezondheidseffecten moeilijk aan te tonen"

Snakken naar legitimatie
Bij het aantonen van deze kracht van sport moest hij zich toen evenwel noodgedwongen beperken tot redeneringen op basis van theoretische inzichten en veronderstellingen. Een bruikbaar empirisch kennisbestand was gewoon weg niet voorhanden. Dit terwijl de meeste beleidsmakers snakken naar onderzoeksmateriaal waarmee ze hun beleidsmaatregelen en de financiering daarvan kunnen legitimeren.

In de vele rapportages van het Sociaal Cultureel Planbureau (SCP) bijvoorbeeld worden onderzoeksgegevens verzameld om het gevoerde beleid te ondersteunen. Over de sociale werking van sport komen we daarbij jammer genoeg niet veel te weten. Blijkbaar is de sociale waarde van sport in vergelijk met economische- of gezondheidseffecten moeilijk aan te tonen.

We zien bovendien dat het fenomeen sport steeds vaker wordt gereduceerd tot - los van het sociale verband plaatsvindende - vormen van lichamelijke oefeningen of lichaamsbeweging. Daarmee ontkent men de verwevenheid van de 'authentieke' sport met het maatschappelijke leven. Het gevaar bestaat dat het sportbeleid steeds meer gestuurd wordt door de makkelijker meetbare criteria als economische- of gezondheidswinst. Voorlopig is er nog een lange weg te gaan alvorens we empirisch gefundeerde uitspraken kunnen doen over de daadwerkelijke sociale functies van sportactiviteiten en -evenementen.

"Mensen met een lagere opleiding of sociaaleconomische status doen ook nu nog aanzienlijk minder aan sport dan hoger opgeleiden met een dikkere portemonnee"

De Sport voor Allen utopie
Onze eigen Mulier Instituut-onderzoekers Agnes Elling en Koen Breedveld onderwerpen in een volgend hoofdstuk van het liber amicorum het al jaren terug door de Raad van Europa gepropageerde Sport voor Allen-beleid aan een nadere analyse. Het fungeerde decennia lang als het ultieme verheffingsideaal op het gebied van breedtesport. Ondanks breed gedragen beleid is de realisatie van deze 'gelijke kansen'-missie een illusie gebleken. De sociale ongelijkheid in de sportsector is nog bijna net zo groot als vijftig jaar geleden.

Mensen zijn gemiddeld genomen wel meer gaan sporten c.q. aan lichaamsbeweging gaan doen. Vooral buiten de gangbare sportverenigingen om. In de sportscholen en de openbare ruimte nam het aantal - veelal vrouwelijke - deelnemers zelfs spectaculair toe. Mensen met een lagere opleiding of sociaaleconomische status doen ook nu nog aanzienlijk minder aan sport dan hoger opgeleiden met een dikkere portemonnee. Maatschappelijk kwetsbare groepen en minderheden voelen zich vergeleken met vroeger jaren onveranderd niet vanzelfsprekend welkom in de heersende sportcultuur.

Het is al met al niet goed gelukt om het van oorsprong exclusieve sportsysteem om te buigen tot een voor alle lagen van de bevolking toegankelijke inclusieve sportwereld. Het van oorsprong sociaal-maatschappelijke Sport for All-ideaal is stilaan door een eerder commercieel-economisch gedreven Fit for all-belang vervangen.

De aantrekkingskracht van sport light
De door individualisering en flexibilisering gekenmerkte consumptiemaatschappij drukte gedurende de jaren tachtig van de vorige eeuw haar stempel op de aard en inhoud van de sportbeoefening. Onder aanvoering van Julie Borgers en Jeroen Scheerder staan enkele Belgische onderzoekers in Sportutopia stil bij het hieruit voortvloeiende postmoderne verschijnsel sport light.

XL43-PlaatjeBijBoekenMetBroekeSportactiviteiten kunnen sedertdien in allerlei licht-zwaar combinaties voorkomen. Ze kunnen aan de horizontale vraagzijde zowel op een 'lichte' (vrijblijvend, recreatief, geen vaste tijden) manier beoefend worden als op een 'zware' (verplichtend, prestatief, vaste afspraken) wijze. Iets soortgelijks is van toepassing voor de betreffende organisatievormen op de verticale as. Typische 'light' sporters vinden we veel in de loopsport, wintersport en het wielertoerisme.

Met de profielen van sporters uit de traditionele clubsporttakken verschillen 'light' sporters behoorlijk. De laatste groep hecht bijvoorbeeld in sterkere mate belang aan postmoderne waarden als 'er goed uitzien' en 'authentiek overkomen op anderen'. Nieuwe lifestyle sporten worden door hen daarenboven snel omarmd. Op den duur veroorzaakte dit een grotere variatie in sportdeelnamestijlen.

"In de vorm van veldjes, pleintjes, Finse pistes, veilige routes zal aan de 'losse en lichte' sportliefhebbers voortaan letterlijk meer - openbare - ruimte geboden moeten worden"

De vraag wat we moeten met de toenemende popularisering van sport light wordt door de diverse auteurs in verschillende hoofdstukken van Sportutopia zowel vanuit sociologisch- als beleidskundig oogpunt verder uitgewerkt. Conclusie: in de vorm van veldjes, pleintjes, Finse pistes, veilige routes en dergelijke zal aan de 'losse en lichte' sportliefhebbers voortaan letterlijk meer (openbare) ruimte geboden moeten worden. Aan de 'Verlichting' van de sportinfrastructuur valt de komende tijd niet meer te ontkomen.

Breedtesport-utopia in zicht!
Op topsportniveau draait al erg veel om de inzet van sensortechnologie en mobiele internettoepassingen. Zowel op de training als bij de wedstrijden. Inmiddels zijn de nodige technologische innovaties ook beschikbaar voor de breedtesporter. In navolging van de Quantified Self-beweging worden al geruime tijd sporthorloges en smartphone apps ingezet om eigen en mogelijk andermans prestaties te monitoren.

Volgens de Belgische bewegingswetenschapper Steven Vos blijkt dat door gebrek aan deskundige begeleiding menig (beginnende) breedtesporter onnodig snel stopt met op die vrijblijvende wijze trainen en sporten. Bij deze sportgroepen is het aantal blessures en de uitval ook nog eens opvallend groot. Zeker als de sociale ondersteuning ontbreekt daalt de motivatie daarenboven erg snel en ziet men binnen de kortste keren weer af van regelmatige sportbeoefening. In het kader van de gezondheidsbevordering is dat een slechte en kostbare zaak. Vos c.s. willen daar met het in de markt zetten van 'designerly solutions for vital people' snel verandering in brengen.

Met het oog hierop ontwikkelen ze laagdrempelige technologie waarmee op maat gerichte feedback en trainingsadvies wordt gegeven aan de betreffende sporter. Smartphones veranderen door het toevoegen van dit soort gepersonaliseerde apps binnen een handomdraai in virtuele personal trainers. De gelogde data geven het individu een betrouwbaar inzicht in het hoe en wat van het eigen lichamelijk functioneren en het persoonsgebonden sportieve presteren. Deze data kunnen voor zelfverbetering gebruikt worden en/of met derden worden gedeeld.

"Breedtesport-utopia is in zicht! Of lopen we vast in een dwangmatige blauwdruksamenleving waarin alles plan- en maakbaar is als een fabriek?"

Voor applicatie-ontwikkelaars, sportmarketeers, zorgverzekeraars, beleidsmakers en bewegingswetenschappers zijn dit soort dataverzamelingen van onschatbare waarde. 'Through generated data and models intelligent systems can enable individual coaching and tailored environmental interventions', aldus Vos onlangs tijdens zijn inauguratie als parttime professor of Design and Analysis of Intelligent Systems for Vitality and Leisure Time Sports aan de Technische Universiteit Eindhoven. Breedtesport-utopia is in zicht! Koersen we af op een beter leven in een speelse open samenleving of lopen we vast in een dwangmatige blauwdruksamenleving waarin alles plan- en maakbaar is als een fabriek?

Het is oppassen geblazen. Volgens de invloedrijke ministeriële stuurgroep Nationale Wetenschapsagenda (NWA) vormen big data en het toepassen van data science de al ingezette toekomst van sport en bewegen. Op basis daarvan is het straks mogelijk op individueel niveau allerlei analyses te maken en voorspellingen te doen. In het bijzonder over welke persoonlijke kenmerken en omgevingsfactoren het sport- en beweeggedrag beïnvloeden. Sport maakt spoedig onderdeel uit van een integrale wijkaanpak.

Effectiviteit beleidsinterventies
Zo zullen er binnenkort in de eerstelijnszorg diverse beweeggezondheidscentra verrijzen. Door over zowel persoonlijke, sociale als maatschappelijke factoren systematisch op grote schaal data te verzamelen weten we precies welke (intersectorale) beleidsinterventies het effectiefst zijn. Met deze kennis dringen we vervolgens de inactiviteit van bepaalde wijken/groepen terug.

"Bewegen op maat voor iedereen, in elke leeftijdsfase; het kan op weg naar de big data gedreven heerlijke nieuwe wereld van Sport & Bewegen?"

Iedereen zal straks met behulp van laagdrempelige technologie op maat bewegen en sporten. Gezond bewegen doe je dicht bij huis. Thuis, op school, in de vrije tijd of op de werkplek. Doe het wanneer het uitkomt,maar voldoende bewegen moet. Dat maakt volgens de NWA-route no. 22 elk mens gezonder en gelukkiger. De komende jaren met als pakkende game changer 'Bewegen op maat voor iedereen, in elke leeftijdsfase; het kan' op weg naar de big data gedreven heerlijke nieuwe wereld van Sport & Bewegen?

De tijd zal het leren. Volgens oud-denker des Vaderlands Hans Achterhuis heeft het neologisme-utopia twee betekenissen: de 'goede plaats' en 'nergens land'. Iedereen vanaf deze plaats alvast veel sterkte gewenst de komende tijd. De toekomst van de sport is gelukkig niet van gisteren.

Leestips:

  • Achterhuis, Hans (2016). Koning van Utopia. Rotterdam: Lemniscaat.
  • Scheerder, Jeroen & Julie Borgers (2016). Sportutopia. Sociaalwetenschappelijk onderzoek tussen droom en daad. Gent: Academia Press.
  • Vos, Steven (2016). Designerly Solutions for Vital People. Eindhoven: University of Technology.
  • NWA Route 22 Sport & Bewegen (2016). Kenniscentrum Sport, NWO, SIA, Zon Mw.

Adri Broeke (1946) verdiende de kost als bollenpeller, bakkersknecht, gymleraar, beroepsopleider, consultant, lector en als onderzoeker. Op 25 maart 2010 is hij gepromoveerd. De titel van zijn proefschrift: ‘Professioneel Sportmanagement Vernieuwen’. Zijn favoriete boek is: ‘De A.F.C.’ers’ van J.B. Schuil.

« terug

Reacties: 0

Reactie toevoegen

Naam*
E-mailadres*
Reactie*
Stuur mij een e-mail als er een nieuwe reactie wordt geplaatst