Zijn wereld is zwart-wit geblokt,
zijn grond grasgroen tapijt,
zijn tweede huis een stadion,
zijn tegenstander lijdt,
als hij haast onzichtbaar,
langs twintig benen glijdt,
en door zijn uitgekiende lob,
de doelman in het stof bijt.

Het jaar 50 na JC,
een halve eeuw verlossing
van doorsnee en van grijs,
een halve eeuw genieten
van cups als eerste prijs.

Ton Thie die weet het nog,
Pfaff slaapt niet zo best,
die arme Eddy Treytel,
ach eigenlijk de hele rest,
van Nou Camp tot aan de Meer,
als hij zijn grote dorst lest,
duiken alle keepers,
het liefst in hun warme nest

Het jaar 50 na JC,
een halve eeuw verlossing
van catenaccio gepreek,
een halve eeuw genieten,
op zondag elke week

Als speler was hij keizer,
als coach een generaal,
die zijn troepen dirigeert
naar voren allemaal.
Hij weet het zo veel beter,
hij is zo geniaal,
Betondorp, Barcelona,
twee plaatsen heel speciaal.

Peter Hopstaken

 

Nummer veertien wordt vijftig

Bovenstaand gedicht is afkomstig uit de bundel ‘Nummer veertien wordt vijftig’, met daarin 14 gedichten en 14 tekeningen ter gelegenheid van de vijftigste verjaardag van Johan Cruijff. De 14 tekeningen zijn gemaakt door Dik Bruynesteyn, er is geen tekenaar op de wereld die Johan Cruijff vaker heeft getekend. De 14 gedichten zijn geschreven door 14 voetballiefhebbers, uitdrukkelijk geen dichters van professie.

De bundel ‘Nummer veertien wordt vijftig’ is verschenen in een oplage van tienduizend als relatiegeschenk van KPMG én als ‘premium’ voor nieuwe abonnees van Algemeen Dagblad. De NOS maakte een televisieprogramma naar aanleiding van de bundel, waarbij enkele dichters op hun werkplek hun gedicht ten gehore brachten, afgewisseld door beelden van een voetballende Johan Cruijff.