Skip Navigation LinksHome-Achtergronden-Archief-Op weg naar Londen-Item

Perschef van Olympisch Team is tijdens de Spelen geen bodyguard van atleten 26 juni 2012

door: Thomas van Zijl

Jarenlang was John van Vliet als verslaggever van de partij bij grote sportevenementen. Deze zomer staat hij voor het eerst aan de andere kant; hij verruilt een plek in het commentaarhok tijdens de Olympische Spelen van Londen voor een tijdelijke baan als perschef van Olympic Team Netherlands.

“Er zijn mensen die een overgang van journalistiek naar voorlichting als groots verraad zien. Ik vind dat onzin”, zegt Van Vliet. Hij hoopt dat hij in zijn nieuwe rol juist kan bijdragen aan een betere verstandhouding tussen atleten en pers. In het ideale geval zitten ze elkaar niet in de weg, maar ondersteunen ze elkaar. “Journalisten staan tijdens grote toernooien onder grote druk, net als de sporters. Door duidelijke afspraken te maken kunnen we misschien voor beide partijen het ventiel even opendraaien en wat lucht laten ontsnappen.”

Van Vliet weet waarover hij praat. Hij loopt al decennia mee in de sportverslaggeving en werkte voor onder meer de Telegraaf, NOS, Canal+ en Sport 1. Het contact met NOC*NSF kwam vorig jaar tot stand toen technische directeur Maurits Hendriks en manager topsport Jeroen Bijl hem benaderden voor deze functie. Van Vliet aarzelde niet en zei meteen ‘ja’. Waarom het oog van de sportkoepel nu uitgerekend op hem gevallen is, weet hij eerlijk gezegd niet. Zijn achtergrond als oud-hockeyverslaggever kan hebben meegespeeld. “Maurits Hendriks ken ik vanaf midden jaren tachtig. Sindsdien hebben we wel altijd contact gehouden.”

Van Vliet is in Londen verantwoordelijk voor alle sporters die namens Nederland in actie komen. Mediacontacten van bestuurders en andere vertegenwoordigers verlopen via andere woordvoerders. Van Vliet zal er nog een flinke kluif aan hebben om de persmomenten van de atleten in goede banen te leiden, maar hij heeft een duidelijk plan van aanpak. Omdat veel verslaggevers tijdens de Spelen ook verslag moeten doen van sporten die niet hun specialiteit zijn, kosten interviews vaak meer tijd dan strikt noodzakelijk. Voor zowel atleten als journalisten is dat geen wenselijke situatie. Daarom hoopt Van Vliet nog voordat het evenement goed en wel begonnen is voor iedere sport een bijeenkomst te organiseren waarbij zij alvast kennis met elkaar kunnen maken. “Dat scheelt een hoop stress in de beruchte mixed zones, als alles onder hoge druk moet gebeuren en er eigenlijk nergens tijd voor is.”

NOC*NSF is al jaren bezig met de voorbereiding van Londen 2012. In aanloop naar de Spelen zijn er meerdere momenten geweest waarbij de voltallige organisatie elkaar bijpraatte. Tijdens die gelegenheden kwam alles ter sprake, van het vormpeil van de sporters tot het persbeleid. Het heeft in de ogen van Van Vliet weinig zin om alle mogelijke scenario’s volledig uit te schrijven, maar het is wel goed om een enigszins vast draaiboek te volgen bij bijvoorbeeld het behalen van een medaille of het langdurig uitblijven van succes. “Als we een plak halen willen we daar natuurlijk maximale aandacht voor, ook als die pas heel laat in de avond gewonnen is en kranten er voor de volgende dag weinig mee kunnen. Dan heeft het zin om de dag erna nog een persmoment te organiseren.”

Van Vliet gaat zich tijdens de Spelen niet als een bodyguard van de sporters opstellen. Hij behartigt in de eerste plaats de belangen van de atleten, maar zal waar mogelijk ook de media ter wille zijn. Veel sporters – denk aan judoka’s – zijn na een dag al klaar me hun hele toernooi. Zij hoeven dus niet wekenlang lang ten koste van alles te worden afgeschermd. Als de atleten het willen zouden zij overal kunnen opdraven, want iedereen zal er zijn. “De NOS en RTL zenden dagelijks een live-programma uit. Radio 1 heeft de hele programmering aangepast, BNR komt met een delegatie en alle kranten sturen natuurlijk verslaggevers. Niet iedere medium heeft een accreditatie voor de wedstrijden, maar een aantal van hen is dan weer wel welkom in het Holland Heineken House. De focus zal dus niet bij iedereen even duidelijk op sport liggen.”

De sporter bepaalt in hoge mate zelf of hij zich leent voor een interview of ander item. Datzelfde geldt voor het gebruik van social media. NOC*NSF legt geen Twitter-beperkingen op, maar heeft atleten wel gewezen op de gevolgen van hun plek in de spotlights. Het aantal mensen dat hen volgt zal toenemen en al die volgers verwachten op de hoogte te blijven. “Dat zou voor afleiding kunnen zorgen en dat is op het moment dat er topprestaties geleverd moeten worden natuurlijk niet de bedoeling. Daar hebben we getracht de sporters van bewust te maken. Denk er bij na of je het doet, hoe je het gebruikt en wat het aan reacties oplevert.”

Op 16 juli - als het Olympisch Dorp wordt geopend - reist van Vliet naar Londen. Ongeveer een maand later is hij thuis. Hij hoopt dat er dan een medaille meer is behaald dan in Beijing. “En voor mij persoonlijk is het evenement geslaagd als ik van sporters én journalisten een gouden medaille krijg uitgereikt, maar ik ga er niet direct vanuit dat ik die win.”
« terug

Reacties: 0

Reactie toevoegen

Naam*
E-mailadres*
Reactie*
Stuur mij een e-mail als er een nieuwe reactie wordt geplaatst