door: Thomas van Zijl
Als het Paralympisch damesbasketbalteam deze zomer in Londen successen boekt, ligt dat in de eerste plaats aan de spelers en coaches, maar vlak ook hun materiaal niet uit. De sportwereld, kennisinstellingen en bedrijven zijn sinds de Spelen van Beijing bezig geweest met de ontwikkeling van een rolstoel die de concurrentie op achterstand zet.
Een garantie voor goud is de nieuwe sportrolstoel niet, maar vast staat dat hij door een ultramoderne velg veel wendbaarder is dan zijn voorgangers. Een ander niet te onderschatten pluspunt is dat hij acht tot twintig procent lichter is dan de huidige rolstoelen en dat hij met een handige tool op maat gemaakt kan worden, zodat ieder teamlid het maximale uit zichzelf kan halen. De basis voor deze sprong voorwaarts werd gelegd door een delegatie van de provincie Zuid-Holland die in 2008 de Spelen van Beijing bezocht en daar een basketbalwedstrijd bijwoonde. Een van aandachtige toeschouwers was Monique Berger, verbonden aan het Expertisecentrum Bewegingstechnologie van de Haagse Hogeschool (H/ECBT). Mede door aansporingen van een gedeputeerde die zelf een rolstoelbasketballer is, werd daar het plan geboren in Londen met beter materiaal voor de dag te komen. In de vier jaar daarna werkten verschillende partijen aan de uitvoering daarvan.
Uitvindbureau inMarket ging de kar trekken, samen met ontwerp- en onderzoeksbureau Didid.eu, de Haagse Hogeschool en InnoSportNL, dat als belangenbehartiger van innovatie in de sport bedrijfsleven, kennisinstellingen en sport bij elkaar brengt. Ambitie alleen was niet voldoende om aan de slag te gaan. Dus werd met succes een subsidie aangevraagd bij de provincie Zuid-Holland, later aangevuld met financiële ondersteuning vanuit InnoSportNL. Berger: “Hoeveel geld er precies in het project gestoken is, weet ik niet. Maar dat het behoorlijk wat gekost heeft lijkt me duidelijk. Denk alleen al aan alle mensen die eraan gewerkt hebben. Menskracht is duur. We hebben het ontwerp na testen vaak op details moeten aanpassen. Omdat alles met elkaar in verbinding staat, zijn dat behoorlijke operaties die tijd en geld slurpen.” De totstandkoming van de sportrolstoel mag dan aardig wat voeten in de aarde hebben gehad, het resultaat mag er zijn. Berger is ervan overtuigd dat het damesteam in Londen beschikt over een exemplaar dat beter is dan dat van de meeste tegenstanders. “Ik weet dat ze in Canada ook niet hebben stilgezeten. Maar of die rolstoel beter is dan deze, vraag ik me sterk af.”
Ook de speelsters die tijdens de Spelen tot grootse prestaties moeten komen, zijn enthousiast. De stoelen zijn net klaar, dus de eerste kennismaking - afgezien van enkele prestatietesten op Papendal - is achter de rug. Voor een laatste finishing touch gaan ze straks nog even terug naar de fabriek waar ze oranje worden gespoten en Paralympisch klaar worden gemaakt. Rest nu de vraag wie de stoelen - die een paar duizend euro per stuk kosten - gaat sponsoren. Berger en de andere ontwikkelaars zijn nog op zoek. “De subsidie die bedoeld was voor de ontwikkeling is op. Uitvindbureau inMarket wil de productie deels wel voor zijn rekening nemen, net als de Haagse Hogeschool die de Nederlandse Basketball Bond gaat sponsoren. Maar tot op heden hebben we slechts een derde van de stoelen gefinancierd.”
De hoge kosten zijn een belangrijke reden om de productie van de rolstoel voorlopig niet verder op te schroeven, hoewel Berger inziet dat hij bij tal van sporten kan worden ingezet. “Door de toegenomen wendbaarheid en de mogelijkheid hem te personaliseren is hij eigenlijk geschikt voor alle sporten waarin de sporter in een rolstoel zit.” De productie voor de velg wordt in de loop van dit jaar verder gerealiseerd. Het ontwerp van Berger en consorten zou een opmars kunnen maken onder de atleten. Of het zover komt is nog even de vraag. Zo is nog niet zeker of de rolstoel na de Spelen ook beschikbaar wordt voor andere landen. “Er zit zoveel energie in en de kosten zijn aanzienlijk, dat geldt uiteraard ook voor buitenlandse geïnteresseerden. Laten we eerst maar eens kijken hoe het Nederlandse team het er deze zomer vanaf brengt.”
Voor meer informatie: www.inmarket.nl