door: Marc Hoeben | 30 oktober 2014
De Nederlandse basketballers kwalificeerden zich in de zomer onder leiding van bondscoach Toon van Helfteren voor het Europees kampioenschap. Het was een mijlpaal, die met gemengde gevoelens werd ontvangen. Tijdens het kwalificatietraject werden de touwtjes aan elkaar geknoopt en de vraag rees hoe de financiën er richting titeltoernooi uit zouden gaan zien. Wellicht weten we op korte termijn het antwoord. Onder leiding van Bert Kragtwijk is een groepje oud-internationals - met onder anderen Rolf Franke en Frank Kales - opgestaan om potentiële sponsors te kietelen.
Voor Bert Kragtwijk begint het verhaal twee jaar geleden, met een moment van eruptie binnen het Nederlandse basketbal. Vrouwenbasketbal en rolstoelbasketbal kregen op basis van toegewezen subsidies van NOC*NSF voorrang bij de Nederlandse Basketball Bond (NBB). In het nationale keurkorps van de mannen werd, zonder deze subsidie, te weinig toekomstperspectief gezien voor financiële ondersteuning. Als penningmeester van de Federatie Eredivisieclubs Basketbal (FEB) was dat Kragtwijk toch wat te gortig en rigoureus.
“Met wat buitenstaanders en betaalzender Sport1 hebben we toen - op verzoek van de NBB - Oranje in financiële en operationele zin onder de hoede genomen. Dat is naar tevredenheid van FEB en NBB verlopen en heeft geresulteerd in plaatsing voor het EK.” Dat EK wordt in september in verschillende steden in Europa afgewerkt. Kragtwijk zegt geen exact inzicht te hebben in de financiële situatie van de NBB. “Ik weet alleen dat het iets beter gaat, maar nog steeds verre van optimaal.”
Enthousiaste oud-internationals
De Lissenaar, in het dagelijks leven werkzaam bij Real Estate Development van ING, onderschrijft het enthousiasme in de rangen van de oud-internationals ten tijde van de plaatsing voor het EK. Spontaan vormde zich een clubje van bezorgde en betrokken mannen, met bekende namen als Rolf Franke, Frank Kales en Bert Panman. “Het zijn er wel meer, maar we kunnen ze nog niet noemen. Ze moeten dat eerst nog kortsluiten met hun werkgever.”
Na plaatsing voor het EK werd door spelers en technische staf de indruk gewekt dat zonder financiële middelen wellicht afgezien zou worden van deelname. In de ogen van de oud-internationals zou dat te pijnlijk en zonde zijn. Kragtwijk: “Er gaat eigenlijk geen dag voorbij dat ik niet denk aan mijn eigen topsportverleden. Het heeft me als mens gevormd en bij nieuwe uitdagingen kan ik er telkens op terug grijpen.”
Boegbeelden
Vanuit die gedachte en de passie voor basketbal kwam het tot een gezamenlijk initiatief van de ‘boegbeelden’, precies zoals sportmarketeer Patrick Wouters van den Oudenweijer van House of Sports enkele weken terug als richtsnoer aangaf in een artikel op Sport Knowhow XL. In dat bewuste artikel kwam bovendien een andere basketballiefhebber uit de hoek van de sportmarketing - Bob van Oosterhout van Triple Double - aan bod. “Met Wouters hebben we al om de tafel gezeten,” zegt Kragtwijk. “Met Van Oosterhout moet dat nog gebeuren. Dat is wel uitdrukkelijk de bedoeling.”
Het geeft de ernst van de zaak van Kragtwijk en co aan. “Het nieuws van ons initiatief is iets te vroeg naar buiten gekomen, wat dat betreft ben ik een beetje verrast. Maar we willen zeker met een professioneel plan komen, er moet wat achter zitten. Daarmee hopen we dan sponsors te vinden, via het eigen netwerk, maar ook daarbuiten. Juist partijen van buitenaf zullen bij een presentatie veel klinischer kijken en de afweging maken of het bij hun product past. Daarom is het ontwikkelen van een plan niet geschikt voor zomaar een achternamiddag en daarom is het mooi als je gebruik kunt maken van mensen met een gedegen achtergrond in sportmarketing.”
Over verdere invulling en organisatorische uitwerking moet dus ook nog worden nagedacht. Duidelijk is wel, aldus Kragtwijk, dat een aparte organisatie buiten de NBB om nooit Oranje kan inschrijven voor wedstrijden. “Alle internationale wedstrijden van landenteams zijn gelinkt met de FIBA Europe en die werkt alleen met de nationale bond.”
Prioriteit: geld
De eerste prioriteit ligt bij het genereren van geld. “Het budget moet op orde zijn. Dan is de volgende stap het onderhandelen met de bondscoach. Toon van Helfteren deed het de laatste jaren pro deo, naast zijn activiteiten als clubcoach. Hier hoort een faire vergoeding tegenover te staan.” Van Helfteren, een oude sportvriend van Kragtwijk, wacht de ontwikkelingen rustig af. Hij blijft de aangewezen persoon voor de EK-klus. “We gaan heel graag met hem door. Hij heeft een perfecte prestatie neergezet en geniet veel vertrouwen.”
Qua EK-budget wordt gedacht aan een bedrag tussen de twee en tweeënhalf ton, voor aanloop en toernooi. “Dan kun je een goed plan maken. Als Nederlands team ben je niet continu aan het spelen, die jongens staan op de loonlijst bij hun clubs of spelen collegebasketbal in de Verenigde Staten. Ze zullen met het EK twee tot drie maanden fulltime bezig zijn. We gaan proberen een goed programma in elkaar te zetten. Dan moet je niet denken aan hotelkamers met bubbelbaden. No way. Maar de jongens moeten zich natuurlijk wel kunnen verplaatsen met het vliegtuig en dat kost gewoon geld.”
In de plannen hoopt Kragtwijk bovendien verder te kunnen kijken dan alleen het EK. “We willen heel graag permanent de helpende hand kunnen bieden. Het zou heel mooi zijn als we met Oranje een steady team worden binnen Europa. Het belangrijkste is het creëren van continuïteit. Dan kun je daarna misschien ook sportief weer stappen gaan zetten.”
Eerder gepubliceerd op Sport Knowhow XL: Structurele geldproblemen voor de basketbalmannen (11 september 2014)