Skip Navigation LinksHome-Achtergronden-Archief-Nieuwsberichten-Item

Nationaal Actieplan Sport en Bewegen blijkt deels geslaagd 1 december 2011

door: Leo Aquina | 1 december 2011

‘Het totaal aantal deelnemers aan de NASB Sportactiviteiten heeft met ruim 478.000 deelnemers bijna twee keer de doelstelling overtroffen’, zo valt te lezen in een evaluatierapport van het sportstimuleringsproject Nationaal Actieplan Sport en Bewegen setting Sport. Op het eerste gezicht een mooi resultaat, maar in het rapport staat ook: ‘Het structureel in beweging brengen van écht inactieven blijkt (nog) lastiger dan verwacht; er blijken naar schatting minder mensen te zijn geactiveerd dan bij aanvang van NASB Sport werd beoogd.’ Hein Veerman van NOC*NSF concludeert dat de sportstimuleringsprojecten het best op lokaal niveau kunnen worden aangepakt.

Het Nationaal Actieplan Sport en Bewegen is in 2007 door de rijksoverheid in het leven geroepen. Sportstimulering maakte daar deel vanuit en daar was 6,5 miljoen euro aan subsidie voor uitgetrokken. Tien sportbonden hebben tussen 2008 en 2011 veertien laagdrempelige sportconcepten ontwikkeld en in de markt gezet. NOC*NSF adviseerde en ondersteunde de bonden. Voorbeelden van projecten uit dit initiatief zijn ‘Cool Moves Volley’ en ‘Judo op School’, die in samenwerking met het onderwijs zijn opgezet; maar ook ‘Beachvolleybal’ van de volleybalbond, ‘Fiets-Fit’ van de toerfietsunie, ‘Fithockey’ van de hockeybond en ‘Start to Run’ van de atletiekunie. Alle projecten hadden een cijfermatige doelstelling en alles bij elkaar opgeteld mikte het plan op een kleine 250.000 deelnemers. Met een totaal van 478.000 werd dat aantal ruimschoots overschreden. Van die 478.000 deelnemers werden er ook nog eens bijna 65.000 mensen lid van een sportbond of -vereniging. Toch concludeert NIVEL - het Nederlands instituut voor onderzoek van de gezondheidszorg dat de proces- en effectevaluaties van NASB Sport heeft uitgevoerd - dat ‘het structureel in beweging brengen van mensen die echt inactief zijn lastiger blijkt dan verwacht.’

NIVEL deed onderzoek in hoeverre deelnemers voldeden aan nationale beweegnormen met een nulmeting tijdens deelname aan het project, een meting direct na afloop van het project en een meting zes maanden later. Veerman: “Op basis van de beschikbare gegevens is de inschatting dat er ruim 15.000 mensen zijn geactiveerd. Dat zijn mensen die van inactief naar semi-actief of van semi-actief naar normactief zijn gegaan.” Minder dan bij aanvang van NASB Sport werd beoogd. Desondanks is Veerman niet ontevreden. “Er is altijd een percentage mensen dat simpelweg niet wil sporten of bewegen, die mensen moeten we laten gaan. Maar er zijn ook genoeg mensen die via laagdrempelig sportaanbod kunnen worden verleid om te gaan sporten en bewegen of te blijven sporten en bewegen. Denk bijvoorbeeld aan jongeren in de leeftijd van 12 tot 19 jaar, ouders met jonge kinderen of senioren. We hebben in oktober al met de sportbonden om de tafel gezeten om te leren van de afgelopen drie jaar. Dit rapport biedt voldoende aanknopingspunten.”

De subsidie voor de NASB sportprojecten houdt op te bestaan, maar dat is voor de meeste projecten geen belemmering. “Het was altijd al bekend dat het een impulssubsidie was”, aldus Veerman. “Na afloop van die drie jaar moeten de bonden het zelf doen en dat wisten ze van tevoren.” Tien van de veertien projecten gaan in de toekomst dan ook zeker verder. Hoe worden die gefinancierd? “Dat kan deels doordat deelnemers ervoor gaan betalen, deels door sponsors en deels door de bond zelf. Als bonden zien dat zij leden overhouden aan een project, kan dat voor hen een reden zijn erin te investeren.”

NIVEL noemt een aantal factoren op basis waarvan sommige projecten meer succes hebben dan andere. “Met name de sportactiviteiten waarbij deelnemers toewerken naar deelname aan een groot sportevenement lijken succesvol bij het in beweging krijgen en houden van mensen, zoals ‘Start to Run’ van de atletiekunie, ‘Fiets-Fit’ van de toerfietsunie en ‘Via Vierdaagse’ van de wandelsportbond.” Veerman beaamt dat, maar noemt ook het beachvolleybal van de volleybalbond als project met de meeste deelnemers (270.000 in plaats van de beoogde 90.000). “En dat was geen project waarbij deelnemers naar een doel toewerkten.” Wat zijn naar aanleiding van het NIVEL-rapport de belangrijkste lessen voor de toekomst? Veerman: “We moeten ons verdiepen in de lokale situatie. Er is meer nodig dan generieke bondsconcepten. Iedere situatie vraagt om een specifieke aanpak. De concepten zijn gezien de resultaten absoluut van waarde, maar om de écht inactieven te verleiden om te gaan sporten en bewegen moeten de initiatieven naadloos aansluiten bij de lokale behoeften, wensen, mogelijkheden en onmogelijkheden. Als de lokale context erom vraagt , kunnen de landelijk ontwikkelde concepten meerwaarde hebben.”

Overzicht NASB Sport interventies
De volgende sportconcepten zijn door de sportbonden die deelnamen aan NASB Sport ontwikkeld en via verenigingen en andere lokale partners aangeboden.

SportconceptSportbonddoelgroep
BeachvolleybalNevobo (volleybal)4-45 jaar
Cool Moves VolleyNevobo 5-12 jaar
Denken en Doen NBB (bridge)55+ jaar
Fiets-Fit NTFU (toerfietsen) 18-65 jaar
Fiets & Geniet Natuurlijk!NTFU45+ jaar
Judo op school JBN (judo)4-12 jaar & 12-18 jaar
Fithockey KNHB (hockey)50+ jaar
Masters Trendweken KNGU (gymnastiek)45+ jaar
Mijn Zwemcoach KNZB (zwemmen)18+ jaar
Via Vierdaagse KNBLO-NL (wandelsport)18+ jaar
Start to Run Atletiekunie 18+ jaar (minimale leeftijd is 16 jaar)
Trio-Triathlon NTB (triathlon)12-18 & 25-45 jaar
Ultimate Volley Xperience Nevobo12-18 jaar
Werk aan de Wandel KNBLO-NL18+ jaar

In 2010 zijn ‘45+ voetbal’ van de voetbalbond, ‘Go! Fit met Power’ van de krachtsportfederatie, ‘KorfbalFit’ van het korfbalverbond en ‘Schoolgolf’ van de golffederatie als ‘high potential’ toegevoegd. Deze concepten zijn overigens niet door NIVEL onderzocht.

Voor toelichtingen op deze sportconcepten klik hier
« terug

Reacties: 0

Reactie toevoegen

Naam*
E-mailadres*
Reactie*
Stuur mij een e-mail als er een nieuwe reactie wordt geplaatst