door: Roelof Jan Vochteloo | 15 december 2011
In het voorjaar van 2012 verrijst op Nationaal Sportcentrum Papendal het nieuwste InnoSportLab. Het lab richt zich op de thema’s voeding, fysiologie en prestatiemonitoring en wordt gefinancierd door InnoSportNL, NOC*NSF, de Atletiekunie, de Koninklijke Nederlandsche Wielren Unie (KNWU) en de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen (HAN).
“Het InnoSportLab Papendal is ontwikkeld in nauwe samenwerking met de afdeling Topsport van NOC*NSF. Dit is het eerste lab dat zich specifiek richt op voeding en fysiologie, naast presentatiemonitoring.” Aan het woord is Chantal Tutein Nolthenius, manager marketing en communicatie bij InnoSportNL. Na labs in Eindhoven (zwemmen, sport en beweeg), Heerenveen (schaatsen), ’s-Hertogenbosch (gymnastische sporten) en Den Haag (zeilen) krijgt Papendal het zesde InnoSportLab. Dit toekomstige lab richt zich niet op één specifieke sport, maar op de ‘Papendal-sporten’, zoals atletiek, wielrennen, handbal, tafeltennis en rolstoelbasketbal.
Infrastructuur
Tutein Nolthenius: “Het InnoSportLab Papendal is geen fysieke ruimte, maar het maakt gebruik van de infrastructuur van het sportcentrum. De test- en onderzoeksapparatuur kan dus op meerdere plaatsen op Papendal worden ingezet.” Het lab biedt straks alle randvoorwaarden om wetenschappelijke kennis toe te passen in de topsportpraktijk en om samen met het bedrijfsleven projecten te realiseren die zorgen voor betere sportprestaties en economische groei. Om deze doelstellingen te realiseren werken de vijf partijen samen met de provincie Gelderland, het regionale bedrijfsleven en kennisinstellingen, zoals de HAN, UMC St Radboud en Wageningen UR.
Met laatstgenoemde universiteit en het bedrijf MobiHealth ontwikkelt InnoSportNL – in november 2006 opgericht door NOC*NSF en TNO als matchmaker in sportinnovatie - een project in het topsportrestaurant, dat eind 2012 op het sportcentrum verschijnt. Dit project richt zich op het monitoren van de inname van voeding door sporters in relatie tot hun behoeftes. Naast het persoonlijk informeren van sporters biedt dit project de randvoorwaarden voor het bedrijfsleven - bijvoorbeeld DSM en NIZO - en kennisinstellingen om onderzoek te doen naar de effecten van voeding op presteren en herstel. Tutein Nolthenius: “Andere zaken waar het InnoSportLab Papendal onderzoek naar wil doen zijn bijvoorbeeld fysiologische thema’s als de kwaliteit van slaap en het effect van leven op hoogte.”
Steun provincie
De vijf partners financieren de InnoSportLab-manager, de embedded scientist en de benodigde meetapparatuur. Dat het lab er – net als de nieuwe topsporthal - komt is dus zeker, maar in welke vorm en grootte is nog onduidelijk. Ook de datum waarop het lab met de werkzaamheden start is nog niet bekend. Eén en ander hangt af van een gedane subsidie-aanvraag bij de provincie Gelderland in het kader van het Europees Fonds Regionale Ontwikkeling. “Hier krijgen we half januari uitsluitsel over en dan weten we met welk budget we kunnen werken en wat er allemaal mogelijk is.”
Verder vooruitkijken dan Papendal doet Tutein Nolthenius voorlopig niet. “Plannen voor een zevende of achtste InnoSportLab zijn er wel, maar daarover is nog niets concreet. We zijn blij dat het zesde InnoSportLab er nu komt en zijn momenteel volop bezig om dat vorm te geven.”
Voor meer informatie: www.innosport.nl/nl/InnoSportLabs