door: Onno A. Hoekstra In de discussie over de vraag of Nederland moet opteren voor de Olympische Spelen van 2028 gaat het steeds meer over de kosten en steeds minder over de opbrengsten van het organiseren van de Olympische Spelen. Het is daarom tijd voor de uitwerking van een revolutionair idee over hoe het anders zou kunnen. Een half jaar geleden opperde Henk Spoon hier op Sport Knowhow XL dat Nederland maar één kans heeft om de Olympische Spelen van 2028 binnen te halen is, namelijk als ze IN ZIJN TOTALITEIT op het water georganiseerd zouden worden. Dat uitgangspunt inspireerde mij tot de uitwerking van het idee van ‘Drijvende Olympische Spelen’.
Wat is het probleem? Wie de geschriften over achterliggende en toekomstige Olympische Spelen bestudeert komt al snel tot de conclusie dat het gaat om vier vragen:
1. wat is de legacy van de Olympische Spelen, anders gezegd wat houden we er, in positieve zin, aan over?
2. hoe staat het met de duurzaamheid, zowel in de zin van durable als van sustainable?
Bij ‘durability’ hebben we het over de levensduur van een materiaal ongeacht de impact op het milieu. Een materiaal dat lang meegaat kan slecht zijn voor het milieu door het vrijkomen van schadelijke stoffen tijdens productie, het gebruik of sloop ervan. ‘Sustainability’ zegt iets over de milieuvriendelijkheid van een materiaal. Is het materiaal afkomstig van hernieuwbare bronnen en kan het hergebruikt worden?
3. wat kost het organiseren van de Spelen en ook - misschien vooral ook - uit welke portemonnaie wordt het betaald? Anders gezegd, bij veel evenementen blijkt dat de belastingbetaler opdraait voor de kosten van het binnenhalen van het evenement en anderen, bijvoorbeeld de toeristenindustrie - de hotel- en horecasector - de inkomsten opstrijken.
4. de Olympische Spelen zijn een soort wapenwedloop geworden waarbij iedere organisator probeert voorgaande organisatoren af te troeven met nog grotere, en daardoor veelal nog duurdere, Spelen. Alleen rijke landen kunnen zich nog veroorloven Olympische Spelen te organiseren
Als antwoord op bovengenoemde vragen heb ik een alternatief plan – ‘Het Plan Hoekstra’ - ontwikkeld dat voorziet in een drijvende olympische sportaccommodatie, inclusief alle ondersteunende accommodaties zoals Olympisch Dorp, perscentra, toeschouwersverblijven etc, die na afloop van het evenement verplaatst kan worden en zo gedurende ten minste zes achtereenvolgende Olympische Spelen kan worden gebruikt.
Ik ontwikkelde als basis daarvoor een in alle opzichten duurzaam bouwelement, de zogenaamde Hexagon module. Met dit duurzame bouwelement is een compleet Olympisch Dorp plus alle sportaccommodaties te bouwen. Het plan gaat uit van een olympische omgeving gelegen - in de goed Nederlandse traditie - op het water. Er komen daarop drijvende ‘O.S.-cirkels’, in de kleuren van de Olympische ringen. Elk met een breedte van 1400 meter, waarop ruimte is voor twee runways voor vliegtuigen, grote steigers voor het aanleggen van cruiseschepen en verder een grote jachthaven voor bezoekers die per eigen boot komen. Omdat de complete accommodatie op water drijft, is deze ook relatief makkelijk verplaatsbaar. Zo ontstaat een permanente Olympische accommodatie die in verscheidene landen dienst kan doen. Alle delen van de complete accommodatie kunnen versleept worden over zee.
Illustraties van het Plan HoekstraKlik
hier voor een visuele presentatie van het Plan Hoekstra. En klik
hier voor een vogelvluchtperspectief van het plan.
Het Plan Hoekstra nader omschreven
De opbouw van de olympische accommodatie op zee
a. Direct aan de kust komen twee grote landdokken - elk van 1500 x 1500 meter lengte en elk
twintig meter diep - voorzien van schuifdeuren.
b. Hierin worden de O.S.-cirkels gebouwd - met drijfkolommen - waarop de complete
bebouwing (sportaccommodaties en Olympisch Dorp wordt gesitueerd).
c. Het dok wordt gevuld met water en de cirkel wordt uit het dok getrokken en vervoerd
naar de plek van bestemming, op ongeveer zes kilometer afstand uit de kust.
d. Als de vijf ringen op hun plaats liggen, komen er constructie-driehoeken, waarna de
toegangsweg wordt aangelegd.
e. Vervolgens worden de twee start- en landingsbanen en de steigers op hun plek
neergelegd.
f. Daarna wordt het O.S.-nautisch kwartier en de jachthaven gebouwd.
Verslepen naar de volgende Olympische Spelen
Het Olympisch Dorp krijgt zijn plaats in de buitenring; daar worden terrasflats van tien verdiepingen gebouwd. In deze flats wordt veel ruimte gecreëerd voor bijvoorbeeld exposities over de Olympische Spelen in het land en de steden waar de olympische accommodatie zich op dat moment bevindt. Deze voorzieningen zijn geopend een jaar vóór aanvang – en een jaar ná afloop van de Olympische Spelen. Daarna worden alle drijvende delen versleept naar de volgende locatie, naar het volgende land waar de Olympische Spelen worden gehouden.
Samenvatting
Het ‘Plan Hoekstra’ voorziet in een antwoord op de aan het begin genoemde
uitdagingen.
• De legacy bestaat, kan bestaan mits goed aangepakt, uit het (her)bevestigen van de goede naam van Nederland en het Nederlandse bedrijfsleven op het gebied van weg- en waterbouw.
Voorwaarde daarvoor is dat de coördinatie van het Plan Hoekstra in handen wordt gegeven van het Ministerie van Verkeer en Waterstaat, in 2010 omgedoopt tot Ministerie van Infrastructuur en Milieu. Dit is een ministerie dat eerder heeft laten zien in staat te zijn om grote infrastructurele projecten te managen, Afsluitdijk, Deltaplan etc.
• Door de opzet van het Plan Hoekstra, met als kernbegrippen gebruik van de door Hoekstra ontwikkelde Hexagon-module en het feit dat de accommodatie ten minste zes Olympische Spelen gebruikt kan worden, is de duurzaamheid in meer opzichten gewaarborgd.
• De eenmalige kosten voor het Plan Hoekstra - te dragen door een consortium waarin onder meer het IOC zelf participeert -worden geraamd op ongeveer 18 miljard. Gelet op het feit dat dit bedrag in 25 jaar afgeschreven kan worden, alleszins acceptabel.
• De bovenbedoelde constructie van een consortium dat de kosten draagt, en navenant profiteert van bepaalde opbrengsten, garandeert dat ook minder draagkrachtige landen de Olympische Spelen kunnen ambiëren.
Tot slot
Als we echt iets willen met de Spelen 2028 moeten we er in de eerste plaats voor zorgen dat er een ondernemer - en niet een ambtenaar of (ex) politicus - de scepter zwaait. Te denken valt bijvoorbeeld aan iemand als Frans van Seumeren, ex-directeur en -eigenaar van Mammoet en eind 2011 door Ernst & Young uitgeroepen tot Master Entrepreneur of the Year. Van Seumeren heeft eerder laten zien dat hij een klusje kan klaren.
Onno A. Hoekstra is directeur/eigenaar van Concept Art VOF-NL en voorzitter van Stichting Visie 3000. Hoekstra is naast zijn werk als art director sinds 1976 bezig met innovaties op het gebied van energie, milieu en vervoer. Zo bedacht hij bijvoorbeeld naar aanleiding van een uitzending bij de NOS over de stijgende zee en het zinkende land een plan met dijken en eilanden in de Noordzee. Met zijn ideeën won hij diverse prijzen, o.m. met zijn bedachte concept van een milieucontainer met vijf vakken. Volgens Hoekstra zijn over het algemeen er te weinig innovatieve oplossingen voor vraagstukken op het gebied van milieu en vervoer. Hij is steeds op zoek naar oplossingen en heeft in 2008 de in zijn ogen perfecte bouwmodule ontwikkeld: de ‘Hexagon module’, met koppel- en stapelbare elementen, in eerste instantie bedoeld voor een overdekte tienbaansauto- en shuttle snelweg waar weggebruikers totaal geen hinder ondervinden van weersinvloeden. Deze Hexagon module is ook geschikt om grote drijvende eilanden te bouwen, bijvoorbeeld in de vorm van de Olympische ringen. Alle schetsen en tekeningen van Hoekstra zijn ter bescherming gedeponeerd bij het Benelux-Bureau voor de Intellectuele Eigendom (BBIE). Voor meer informatie: conceptart@home.nl of 06-2228 8918.