Skip Navigation LinksHome-Nieuws-Open Podium-Item

Ik ben te kortzichtig geweest in mijn oordeel over Froome 5 juni 2018

door: Guus Heijnen

De 101ste Giro de Italia werd op bijzondere wijze gewonnen door Christopher Froome. Het spel om de knikkers leek 2,5 week te gaan tussen Tom Dumoulin en Simon Yates. Door twee buitengewone ritoverwinningen beleefde Froome zoals overal in de media stond ‘een wederopstanding’. De eerste op de modderwegen van de monsterberg Zoncolan en de tweede door een solo van tachtig kilometer. Ik heb het net als u, zittend vanaf het puntje van mijn stoel bekeken. Dubbele gevoelens beroerden mijn gemoedstoestand. Ontzag en ongeloof voor de magistrale prestaties en het lef dat hij toonde, de grote vragen omtrent zijn vermeende astma en medelijden met Dumoulin. 

XL20-OpenPodiumGiro-1In de Whatsapp-groep waar ik met mijn vrienden uiterst vermakelijke zaken deel, ging het urenlang over de ontwikkelingen in de koers. Eén vriend (wielercoach) zag de coupe van Froome al aankomen toen Team Sky het tempo opvoerde, een ander (huisarts) wijde een verbolgen duimepistel aan het ‘pufjesverhaal’. Verwensingen en lyriek wisselden elkaar af.

Rekenmachine
Achteraf overheerste een gevoel van verwondering. Ging dit over dezelfde Chris Froome van wie altijd wordt gezegd dat hij koerst als een rekenmachine? Over hem en zijn ploeg die wedstrijden konden laten doodbloeden door een aan zekerheid grenzende voorspelbaarheid? 

Froome was naar de Giro gekomen om (na de Tour en Vuelta in 2017) ook deze grote ronde te winnen. Twee lichte valpartijen in de eerste week gooiden roet in het eten. De rekensom klopte even niet meer. Froome liep een achterstand op van meerdere minuten ten opzichte van Yates en Dumoulin. Het had er alle schijn van dat hij geen rol meer zou gaan spelen. Sommige ‘experts’ hadden het zelfs over afstappen. Mentaal gebroken omdat zijn triomfenmachine door pech faalde.

Sterjockey Armstrong triomfeert door zo goed mogelijk te controleren. Vino wint door de teugels te laten vieren en ervandoor te galopperen

In dat licht was er op monsterberg Zoncolan zeker sprake van een terugkeer van een gevallen kampioen. Toegegeven, ook ik vind de wijze waarop Froome normaal gesproken koerst niet erg inspirerend om naar te kijken, maar zijn wederopstanding bewoog mij om toch nog eens wat beter te kijken.

Kwantiteit (poson) vs kwaliteit (poion)
In zijn boekje Wielrennen (2007) voert Marc van den Bossche twee wielrenners op om een bepaalde wijze van sporten te illustreren. Lance Armstrong is voor hem het berekende, machinale wielrennen van de tekentafel. Aleksandr Vinokourov belichaamt een andere strijdvaardigheid. Hij verwoordt het treffend: ‘Eén keer per jaar mag het gedrilde paard dan triomferen. Sterjockey Armstrong triomfeert door zo goed mogelijk te controleren. Vino wint door de teugels te laten vieren en ervandoor te galopperen.’ Armstrong werkt vanuit het maatgevende van de kwantiteit (Poson bij Plato) van de cijfers. Vinokourov vanuit de maat van de kwaliteit (poion). 

Van den Bossche ziet ook een tendens. ‘De toekomst van het wielrennen zal nagenoeg zeker gekleurd worden door lookalikes van Armstrong: voorgeprogrammeerde renners die op goed uitgekiende momenten zichzelf en liefst zoveel mogelijk anderen overtreffen.’ Van den Bossche heeft gelijk en ongelijk gekregen met zijn uitspraak over de toekomst. De opvolger van Armstrong is de afgelopen jaren zonder twijfel Froome geweest. Maar Vinokourov heeft zijn geest weten door te geven aan bijvoorbeeld Sagan, Nibali of Valverde. Het duel tussen de twee stijlen gaat dus gewoon voort.

Het beste rekensommetje wint
De scherpe scheiding die Van den Bossche hier aanbrengt, kan ik tot op zekere hoogte volgen. Ik zet de televisie aan om te kijken hoe Sagan koerst en daarna onconventioneel de pers te woord staat, niet om de trein van Team Sky te zien werken als een machine. Ik maak hier de vergelijking met de machine niet zomaar. Het zijn metaforen die je vaker hoort in het commentaar over Froome en zijn ploeg. Het zijn machines, computers, cijferfreaks, marionetten van een rationeel opererend ploegmanagement. Alles bij Froome en zijn ploeggenoten is omgerekend in wattages, kilojoules, uren en minuten. Het oogt klinisch en voorspelbaar. 

XL20-OpenPodiumGiro-2Datgene wat Van den Bossche, mijzelf en wellicht ook u minder aanspreekt, is de manier waarop de sportprestatie van Froome tot stand kwam. Er lijkt zich een technische rationaliteit meester te hebben gemaakt van de sporter en daarmee de wedstrijd. Zoals gezegd: het beste rekensommetje wint. Het houdt alles in een houtgreep en daarmee gaat er ‘iets’ verloren, aldus Van den Bossche. Het werd voor de kijker eigenlijk pas weer interessant toen het misging en er een wederopstanding mogelijk werd. 

Froome wint sympathie
Maar ik ben te kortzichtig geweest. Dat de wijze van voorspelbare, gecontroleerde koersen van Armstrong of Froome minder meeslepend is dan het impulsieve van hun concurrenten wil niet zeggen dat voor deze sporters ook alles berekenbaar en controleerbaar ís. Wat is precies dat ‘iets’ wat er verloren gaat volgens Van den Bossche? Froome won mijn sympathie door het lef dat hij toonde en daarom is mijn interesse gewekt om mijn vooringenomenheid nog eens kritisch te heroverwegen. 

Dat renners onderling mogen uitvechten wie het beste in vorm is terwijl er in moordend tempo wordt gereden, brengt spanning en sensatie

Ik stel mezelf de vraag waar ik eigenlijk naar zat te kijken: naar topwielrenners die allemaal zouden kunnen winnen, maar waarvan de vraag is wie er (dag na dag) het beste in vorm is. Dat de renners dat, tegen een schilderachtig decor, onderling mogen uitvechten terwijl er in een moordend tempo wordt gereden, brengt spanning en sensatie. 

Vorm: hebben of zijn?
Als een sporter goed in zijn vel zit, naar eigen inzicht optimaal presteert en ondanks het lijden en de inspanning een groot genot ten deel valt, dan horen we in interviews vaak een persoon die zoekt naar de juiste woorden: ‘ik zat heel lekker in de wedstrijd’, ‘alles was raak’, ‘ik zat in een flow’, ‘ik kon blijven gaan’, ‘ik voelde geen pijn’, ‘ik steeg boven mezelf uit’ en ‘alles klopte.’ Als een sporter dit omschrijft, verkeert hij meestal in topvorm. Het zijn vage termen en als ik erover nadenk vind ik het ook lastig een treffende verwoording te vinden van het vormbegrip. Hoe dan ook; Froome was deze Giro op sommige dagen in absolute topvorm. 

Het zoeken naar woorden om iets te omschrijven wat zo wezenlijk is voor de sport en de sporter mag ons toch eigenlijk wel verbazen. Gesteld dat Froome een machine, computer of rekenmachine is, dagen zijn prestaties uit om de vraag te stellen waarin die vorm bij hem schuilt. Valt die mysterieuze staat van zijn ook te berekenen en hoe dan? 

Een optimale sportprestatie leveren in topvorm is zo enorm complex en menselijk dat het nooit volledig berekenbaar zal zijn

Het gevoel dat het loopt
Sporters en coaches zoeken altijd naar de topvorm en het doorgronden ervan, om het op het juiste moment goed te zijn. Jac Orie, de succesvolle schaatscoach die wetenschappelijk te werk gaat, verwoordde het in Trouw zo: ‘Wat ik ge-wel-dig vind is het proces naar zo'n Spelen, waarin je voelt dat het gaat lopen. En als het aan het eind het resultaat klopt, is dat een stap erbovenop.'1

XL20-OpenPodiumGiro-3Maar wat is ‘het’ dat gaat lopen? En dat gevoel waaraan Orie refereert? Zou dat verwant kunnen zijn aan het ‘iets’ dat volgens Van den Bossche verloren gaat? Een optimale sportprestatie leveren in topvorm is zo enorm complex en menselijk dat het nooit volledig berekenbaar zal zijn. Het spel voor Orie is om daarin de grenzen te blijven opzoeken. Op elk moment kiest een sporter of zijn coach voor het scenario dat het best past. Dat is geen rekensom maar veel eerder een in het spel laten komen van oorzaken die binnen en buiten de sfeer van de controle liggen.2 

Die factoren, of oorzaken zijn als een puzzel waarvan de stukjes elke dag een beetje veranderen. Elke dag ben je als topsporter en coach aan het puzzelen, zodat je gevoel uiteindelijk kan zeggen dat ‘het’ loopt, zoals Orie zelf zou zeggen. Froome heeft in de grote rondes een spanningsboog van drie weken vol te houden en dat houdt in dat hij met veel meer factoren rekening moet houden, zich ook vaak moet inhouden. De wijze van sportbeoefening van Froome zoekt naar het controleren van zoveel mogelijk factoren om ze in de koers te begrijpen teneinde erop in te kunnen spelen. 

Het onbekende
Froome weet op welke manier hij het snelst boven is op de Mont Ventoux. Hij heeft dat getraind en om laten zetten in cijfers om tijdens de koers zijn focus te kunnen houden op de factoren voor succes. Dat betekent eerst al je ploeggenoten oproken op volgorde van sterkte en zodra alleen nog kopmannen over zijn niet steeds demarreren, maar een constant mogelijk wattage trappen. Froome en zijn team hebben doelmatig gewerkt aan de best mogelijke vorm van Froome op dat moment. Wat mist Van den Bossche daar? 

Hoe goed een sporter zich ook voorbereidt, hoe vaak hij ook al heeft gewonnen, hij is altijd weer gespannen

Waar Froome en Sky heel goed in zijn, is het minimaliseren van de factor ‘onbekend’. Elke stap in het onbekende betekent dat je niet weet wat de gevolgen zijn, met een vergroot risico op suboptimaal presteren tot gevolg. Maar in de sportwedstrijd gaat het niet alleen om het perfectioneren van de efficiëntie en effectiviteit. De zinnigheid van de hele activiteit bestaat bij de gratie van het samenspel van controle en het onbekende. Op dit punt is er een groot verschil tussen de beleving van de sporter en de toeschouwers die alleen de pres(en)tatie zien. Er moet een goede balans bestaan tussen berekenbaarheid, geluk en het onverwachte. Een potje ganzenbord is zo spannend als het rollen van de dobbelsteen. Een sportwedstrijd reikt veel dieper, juist vanwege die spanning tussen het controleren en beheersen enerzijds en het loslaten en onberekenbare anderzijds. 

Voorbereiding
Hoe goed een sporter zich ook voorbereidt, hoe vaak hij ook al heeft gewonnen, hij is altijd weer gespannen. Een supporter wil niks liever dan dat zijn club wint maar kan alleen maar zoveel blijdschap ervaren vanwege de kans op een nederlaag. Wedstrijdsporters en trainers zijn een groot deel van hun tijd bezig met goed worden en weer verbeteren. De vraag is daarbij wat in hun poging wordt meegenomen: wat zijn de factoren die een rol spelen? In het geval Sagan zijn dat er ogenschijnlijk relatief weinig. Voor Froome gaat dat veel verder, tot het meenemen van eigen bedden tijdens de Tour, en voor Armstrong viel daar ook onder dat hij journalisten chanteerde. Als niet topsporter kun je je makkelijker inleven in een type Sagan van wie je je kunt voorstellen dat hij zo uit een café is komen lopen, zijn peuk heeft uitgedrukt en op de fiets is gestapt. Het inleven in de wijze waarop Froome en Armstrong tot prestaties komen is lastiger.
Die verhouding tot het onbekende daar schuilt nog iets anders in, iets moreels. 

XL20-OpenPodiumGiro-4Aristoteles gaf in zijn Ethica Nicomachea het voorbeeld van de soldaat die niet laf of roekeloos moet zijn, maar de middenweg zoekt van de moedigheid. Aan het front niet blind op je tegenstander afrennen, maar ook niet achter een boom trillend blijven zitten. Zou het kunnen dat we Froome verdenken van angst om te verliezen? En dat die angst hem aanzet om een ander spel te gaan spelen? Namelijk met een organisatie van honderd mensen zoveel mogelijk factoren ontsluiten en beheersen? Dat hij zich verschuilt achter ploeggenoten en wattagemeters. Dat hij doet wat er wordt verwacht. En nog erger, dat hij doet wat wij verwachten? En dat we nooit de ware (moedige) Froome zien.

Risico in afdaling
Wat betreft dit laatste (het toeschouwersperspectief) is het wel illustratief om terug te denken aan de afdaling in de Tour de France van 2016. Froome deed daar opeens iets wat niemand had verwacht. Hij plooide zich tussen stuur en zadel, maar bleef doortrappen. Het zag er nogal merkwaardig uit. Meer renners hebben de laatste jaren in de afdaling wel de houding tussen zadel en stuurpen aangenomen vanwege de aerodynamica en stabiliteit, maar zo hard blijven bijtrappen doet niemand. Hij heeft er, blijkt achteraf, in het geheim op geoefend tijdens een trainingskamp op Tenerife. De kijker werd volledig verrast. Had Froome zelf het idee een risico te nemen? Gezien de souplesse en controle in de afdaling leek het voor hem niet een bijzonder risicovolle onderneming. En toch waren alle wielervolgers er volkomen van door van hun stuk. 

Toch besloot Froome in de voorbereiding aandacht te besteden aan de nieuwe daalstijl, dat moet een kick hebben gegeven

Gaat het dan om het verrassingselement? Dat een sporter ons kan doen verbazen? Moet hij in zekere zin onnavolgbaar zijn? In andere disciplines, zoals de gemotoriseerde sporten, gaat het bij uitstek om technische innovaties en geheim houden daarvan tot de race. Dat is wat Froome in feite ook deed. Hij wist al lang dat hij dit ging doen en had gemeten dat het grote voordelen en verrassing kon opleveren. 

Kick
En toch, het had ook anders kunnen lopen. De loop van de koers bergop had anders kunnen zijn, waardoor hij geen gaatje had op de rest dat hij kon uitbouwen in de afdaling. Het openstaan van de scenario’s blijft ook voor hem een onbekend gegeven. Maar toch besloten ze aandacht te besteden in de voorbereiding aan de nieuwe daalstijl, dat moet een kick hebben gegeven. 

Ook voor Froome en zijn team zijn de berekeningen tot daaraan toe. Dat wil zeggen, ze kunnen nooit alles omsluiten in de voorbereiding en in de sportwedstrijd. Hij is niet bereid te verliezen. Dus verandert hij het spel: ‘de koers’ bepaalt niet alleen het ritme van trainen en zo hard mogelijk je best doen in de wedstrijd, maar elke vezel die zich beheersen laat. Dit is de technische reden ten top die Van den Bossche graag zijn plek wil wijzen. 

Hij verkent de routes die straks worden afgelegd, hij voelt wat het wegdek en de hellingsgraad met zijn spieren en longen doen en hoe de zon staat op het uur

Romantiek of eigen diepte
En toch, gesteld dat Froome in navolging van Armstrong een ander spel speelt, moeten we diepte tonen en niet blijven hangen in een romantisch idee van wielrennen. Wat zien we als we door de weergave van de wedstrijd heen kijken? Dan zien we Froome uren en uren trainen. Hij verkent de routes die straks worden afgelegd, hij voelt wat het wegdek en de hellingsgraad met zijn spieren en longen doen, hoe de zon staat op het uur van de dag waarop zij zullen gaan passeren in de race en hoeveel water hij dan nodig heeft om zijn lichaam te blijven hydreren. Hij oefent om goed te blijven ademen, ook als er een paar concurrenten demarreren. Hij leert zichzelf kennen in zijn prestatiehabitat. 

Froome legt weliswaar zijn wattages vast in bestandjes en ziet een weergave van zichzelf in grafieken, de basis blijft toch het in het spel laten komen van alle factoren die hem tot de renner maken die hij in aanleg is. Tijdens de verkenning van de berg waarop hij later dat jaar zijn beste vorm moet tonen, krijgt hij voeling met zaken waarop hij geen invloed heeft maar alleen maar op kan inspelen. Kan voelen wat de berg, het weer en de inspanning die dag met hem doen. Welke inspanning de optimale afstemming geeft.

Het lijkt me geweldig om voor een tijdje Froome te mogen zijn

Optimale ontplooiing
De basis is niet het rekenen. De basis is het afstemmen: hij kalibreert. Hij laat zijn dromen, zijn fiets, de berg en zijn lichaam in een samenspel de resonantieruimte van lichaam, aarde en geest binnenkomen. Achter de zonnebril gaat een wereld verscholen die tot in de diepte reikt, van een man die zichzelf doorgaand bevraagt en bevoelt om als toprenner tot optimale ontplooiing te komen. Wij zien daar van de buitenkant niks van, maar het lijkt me geweldig om voor een tijdje Froome te mogen zijn. 

Froome objectiveert zoveel mogelijk factoren door ze te meten. Maar in tegenstelling tot de filosoof die de mogelijkheid heeft de dingen op afstand te houden in de woorden die hij optekent, moet de renner ze telkens weer toelaten. Elke dag weer aan den lijve ondervinden waar de optimale afstemming ligt. Elke dag opnieuw. Dat is het onbenoemd maatgevende wat de meeste sporters drijft. Waartoe alle sporters veroordeeld zijn, waar hun frustratie en hun verlossing telkens weer in een innige dans verwikkeld zijn en waar de taal ze maar magertjes in ondersteunt. 

Sagan? Is dat niet de knipoog die we soms zo hard nodig hebben?

Zelfkennis en topvorm
Als u Froome in de toekomst weer een Tour, Vuelta of Giro als een rekensommetje ziet afwerken, denk dan aan zijn eenzame uren op zoek naar zelfkennis en topvorm. De saaiheid van het koersverloop kunt u dan zien als een aansporing om zelf naar buiten te gaan, op zoek naar uw eigen peilloze diepte die topvorm heet. Leg uw oor te luister en vind die exalterende afstemming bij het in spel laten komen van uw lijf, de wereld, uw dromen en het onbekende.

En Sagan? Is dat niet de knipoog die we soms zo hard nodig hebben? Iemand die met zijn onbevangenheid al het harde werk en ernst kan relativeren omdat hij nog een heel ander spel speelt? Nietzsche zou in zijn kolderieke houding wellicht iets duisters hebben herkend.

Noten:

  1. Heidegger verwijst in dit verband naar de oude Griekse filosoof Aristoteles die vier oorzaken aanwees die allemaal een eigen rol te spelen hadden. Wij (er)kennen er nog maar 1 of 2) 
     
  2. Zie hier

Guus Heijnen (1984) is als buiten-promovendus verbonden aan de Vrije Universiteit Brussel. Hij groeide op in Drenthe, maar verhuisde in 2003 naar Amsterdam en studeerde daar Sportmarketing (BA) en Wijsbegeerte (MA). Tot 2015 was hij op het actief als marathon in-line skater (hoogste divisie landelijk) en schaatser (C/Regionaal). Hij runde de (semi-) professionele marathonschaatsploeg Team Port of Amsterdam/SKITS en hij doet als liefhebber aan hardlopen, schaatsen, wielrennen en in-line skaten.

In zijn filosofische onderzoek richt hij zich op de vraag naar de betekenis van sport in een belevenismaatschappij en is hij als adviseur/expert betrokken (geweest) bij verschillende organisaties zoals NOC*NSF, ministerie van VWS, Kenniscentrum Sport en Coöperatie NKS. Ook geeft hij publieke- en gastcolleges en schrijft hij columns. In 2017 verscheen zijn debuutroman SCHAATSKUNST.

« terug

Reacties: 0

Reactie toevoegen

Naam*
E-mailadres*
Reactie*
Stuur mij een e-mail als er een nieuwe reactie wordt geplaatst