Skip Navigation LinksHome-Nieuws-Open Podium-Item

Het ontslag van trainers: de 60–30–10-regel 29 mei 2018

door: Sjak Rutten

Er is veel geschreven over het effect van het ontslaan van voetbaltrainers en er is ook serieus wetenschappelijk onderzoek naar verricht. De meeste onderzoeken betwijfelen het nut van het tussentijds ontslaan van een trainer. De resultaten van een club hangen voor 89% samen met de begroting van een club, zegt Stefan Szymanski. Anderen stellen daar tegenover dat een club onder een nieuwe trainer meestal meer punten haalt dan onder de ontslagen trainer. Een trainer wordt in het algemeen ontslagen na een reeks slechte resultaten. Dat een nieuwe trainer het dan op korte termijn beter doet is meestal niet zijn verdienste maar het gevolg van de statistische wet van de regressie naar het gemiddelde. Het effect van een trainerswisseling ebt bijna altijd weer weg vanwege de overheersende invloed van de clubbegroting en het spelersbudget.

Iedere club hoopt dat een nieuwe trainer de club weer aan de praat krijgt, maar of hij daarin slaagt is niet te voorspellen. Soms lukt het maar in andere gevallen krijgt ook de meest ervaren trainer het team niet meer op de rails. Waarschijnlijk weet iedere club dat het ontslaan van een trainer een meer of minder beredeneerde gok is. Maar niets doen is op een bepaald moment geen optie meer. De meeste trainers sneuvelen in de onderste helft van de ranglijst. Bij de gedoodverfde degradatiekandidaten gebeurt het minder dan bij clubs die er geen moment rekening mee hadden gehouden dat ze in de degradatiezone terecht zouden kunnen komen. Bij die clubs kan de paniek hard toeslaan. 

De laan uit
Maar ook in de bovenste helft van de ranglijst vliegen trainers de laan uit. Omdat de resultaten achterblijven bij de verwachtingen. Omdat verloren wordt van een of meer zwakker geachte tegenstanders. Omdat de trainer in conflict raakt met belangrijke spelers. Omdat de club niet verder wil met een trainer ondanks het feit dat er op de resultaten niet veel valt aan te merken. Omdat de druk vanuit de supporters en de media te groot wordt. 

Wie de ontslagen trainers binnen de competitie van een land langere tijd volgt, ziet een vast patroon

Kortom: er zijn veel redenen om een trainer te ontslaan en iedere situatie is weer anders. Maar de optelsom van al die beslissingen van clubs om hun trainer te ontslaan leidt tot een patroon dat opvallend constant is naar tijd en plaats. Wie de ontslagen trainers binnen de competitie van een land langere tijd volgt, ziet een vast patroon. Wie de competities uit verschillende landen vergelijkt zie datzelfde patroon. Het patroon is zo sterk dat de jaarlijkse omvang van de trainers die de laan worden uitgestuurd valt uit te drukken in een regel: de 60–30–10-regel. 

Laten we eerst eens kijken naar de Engelse Premier League over de laatste tien jaar:

seizoen aantal clubs 1 trainer 2 trainers 3 trainers
2017/'18 20 11 7 2
2016/'17 20 10 9 1
2015/'16 20 10 7 3
2014/'15 20 12 6 2
2013/'14  20 10 7 3
2012/'13  20 12 7 1
2011/'12 20 10 10 0
2010/'11 20 12 7 1
2009/'10 20 12 8 0
2008/'09 20 12 4 4
totaal 200 111 72 17
gemiddeld 55.5% 36% 8,5%

In deze tien seizoenen zijn tien maal twintig clubs aan het seizoen begonnen. In tien jaar hebben deze clubs 111 maal het seizoen beëindigd met dezelfde trainer als waar ze het seizoen mee zijn begonnen. 72 keer ontsloeg een club de trainer en zeventien clubs deden dat meer dan eens in het betreffende seizoen. Noot: wanneer een interimtrainer - de caretaker-manager - is aangesteld heb ik deze meegeteld als hij meer dan twee wedstrijden op de bank heeft gezeten.

In tien jaar Premier League hebben nooit minder dan tien en nooit meer dan twaalf van de twintig trainers het einde van het seizoen gehaald

Vast patroon
De Premier League kent een vast patroon. In tien jaar hebben nooit minder dan tien en nooit meer dan twaalf van de twintig trainers het einde van het seizoen gehaald. Het is interessant om te kijken hoe dat in andere landen zit. Onderstaande tabel bevat de cijfers uit de vijf grote Europese voetbalcompetities plus Nederland over het pas afgelopen seizoen 2017/'18.

aantal clubs 1 trainer 2 trainers 3 trainers 4 trainers
Engeland Premier League 20    11 7 2
Duitsland Bundesliga 18 11 5 2
Spanje Primera Division 20 11 5 3 1
Italië Serie A 20 11 8 1
Frankrijk  Ligue 1 20 14  5 1
Nederland  Eredivisie 18 12 5 1
totaal 116 70 35 10 1
60,4% 30,2% 8,6%  0,9%

De tabel laat zien dat er nauwelijks verschillen zijn tussen de competities. In alle landen tekent zich ongeveer een 60-30-10- regel af. Zestig procent van de clubs doet het met één trainer, dertig procent met twee en tien procent van de clubs met drie of meer. Dezelfde verhouding die Engeland de laatste tien jaar in grote lijnen laat zien. De constantheid in de cijfers over een aantal jaren en de overeenkomst tussen de grote voetballanden wijst op de robuustheid van deze 60–30–10-regel. 

Aantal ontslagen makkelijk te voorspellen
Het lijkt daarom niet moeilijk te voorspellen hoeveel clubs in de zes Europese competities in het seizoen 2018/'19 hun trainer zullen ontslaan. 60% van de clubs doet het niet, 30% van de clubs doet het één keer en 10% twee of meer keer. Veertig procent van de 116 trainers die in de zes Europese competities aan het seizoen 2018/19 beginnen halen het eind van het seizoen niet. 

Arsène Wenger bleef 22 jaar bij de club. Ook dat komt soms voor in de hectische trainerswereld

Maar wie de slachtoffers zullen zijn is veel moeilijker te voorspellen. Van die onzekerheid bestaan de grote wedkantoren. In Engeland, waar je op alles kunt wedden, bestaat een speciale website over de aanstelling en het ontslag van trainers, www.thesackrace.com. Deze website is gelieerd aan de grote wedkantoren en je kan op alles inzetten wat met trainers te maken heeft. Voor iedere club kun je gokken op de volgende trainer, ook als er geen vacature in zicht is. Meestal wordt er snel uitbetaald, want de gemiddelde verblijfsduur van een trainer bij een Engelse club is minder dan anderhalf jaar. Maar wie twintig jaar geleden inzette op de volgende trainer van Arsenal moest lang wachten. Arsène Wenger bleef 22 jaar bij de club. Ook dat komt soms voor in de hectische trainerswereld.

Sjak Rutten was tot zijn pensioen onderwijsadviseur en is nog steeds sportliefhebber. Hij werkt aan een biografie, tevens proefschrift over frater Caesarius Mommers en zijn betekenis voor het leesonderwijs. De berekeningen zijn gemaakt aan de hand van wikipedia en www.thesackrace.com.

« terug

Reacties: 1

Arnold Westen
29-05-2018

Interessant artikel/onderzoek. Hoe zou dit zijn in het amateurvoetbal?

Reactie toevoegen

Naam*
E-mailadres*
Reactie*
Stuur mij een e-mail als er een nieuwe reactie wordt geplaatst