door: Thomas van Zijl | 24 september 2015

Het NK judo verhuist vanaf volgend jaar naar Almere. Daarmee komt een einde aan de samenwerking tussen judobond JBN en Rotterdam Topsport die teruggaat tot 2004. Die breuk komt niet voort uit onvrede. Wel is het zo dat Almere een beter aanbod deed. De stad is van plan om tijdens de toekomstige NK’s een duidelijke koppeling te maken tussen topsport en breedtesport.

JBN-voorzitter Willem Jan Stegeman is blij met de nieuwe gastheer van het toernooi. Hij roemt de goede bereikbaarheid van het Topsportcentrum Almere. De hal is groot en er is voldoende ruimte om te parkeren. Uiteraard hoopt hij op een massale toestroom van supporters. Die komen het liefst niet alleen om topsport te zien, maar ook om zelf in beweging te komen.

“De ruimte is zo groot dat we er gemakkelijk events of clinics naast kunnen geven. Hoe dat precies wordt ingevuld zal de komende tijd duidelijk worden, maar het NK moet meer zijn dan alleen het toernooi voor de absolute top.” Stegeman heeft er vertrouwen in dat Almere een dergelijk evenement zonder problemen neerzet en wijst op eerdere ervaringen. “Deze samenwerking komt niet zomaar tot stand. We weten vanuit het verleden wat hier mogelijk is. Almere organiseerde meerdere NK’s en een EK jiujitsu.”

Nog geen traditie
Stegeman geeft desondanks toe dat er nog gebouwd moet worden aan echte traditie. “Judo en Rotterdam, dat spreek je in een zin uit. Zo ver zijn we hier nog niet, maar het kan zeker komen.” Het contract dat JBN en Rotterdam hebben loopt dit jaar af. Er is in alle vrijheid gekeken naar verlenging of samenwerking met een nieuwe partner. De keuze viel op het laatste, mede door het financieel aantrekkelijke aanbod van Almere. Stegeman: “Natuurlijk speelt dat een rol, daar kan ik eerlijk in zijn. De betaalbaarheid van onze sport staat onder druk, dus geld is een belangrijk element in onze afweging.”

Hans den Oudendammer - directeur Rotterdam Topsport - begrijpt die beweegreden, maar noemt het verschrikkelijk jammer. “Kennelijk hoort het er tegenwoordig bij, dat ‘kruidenieren’ in de sport. Het kan hier namelijk niet om mega-bedragen gaan en er wordt wel iets overboord gegooid.” Den Oudendammer is overigens de laatste die in wrok wil omkijken naar de samenwerking met de JBN. Hij ziet vooral de vruchten ervan. Rotterdam heeft zich kunnen profileren als een topsportstad, heeft in 2005 een EK en in 2009 een WK georganiseerd en heeft zich in woord en daad verbonden aan judo. Die structuur is nu op zijn zachtst gezegd wankel geworden.

“Budokan groeide uit tot de beste club van het land en we hebben hier een uitstekend programma voor talentontwikkeling Aan de drie-eenheid van topclub, talentencentrum en een aansprekend evenement in het judo komt nu een einde.” Den Oudendammer betreurt ook de centralisering van de Judosport op Papendal. “Het lijkt allemaal geweldig, talenten die daar trainen, maar het kan de lokale infrastructuur in bijvoorbeeld het judo schaden. Ik zie veel meer in strategische samenwerkingen tussen bonden en steden.”

Den Oudendammer mag zich in de eerste week van oktober nog eenmaal verheugen op het NK in Rotterdam. Ditmaal tot zijn vreugde met alle toppers op de mat. De afgelopen edities lieten zij het toernooi nog wel eens links liggen, nu zijn ze aanwezig. Vanaf 2016 komen zij evenwel in actie in Almere. Wethouder René Peeters van Sport is gelukkig met het tot 2018 afgesloten contract. Over de financiële afspraken die daarin zijn opgenomen wil hij vanwege de concurrentiepositie niets zeggen, wel over de doelstellingen die samenhangen met de organisatie.

Sportparticipatie
Zo hoopt hij dat meer mensen zich voor judo zullen gaan interesseren. De side events tijdens het NK moeten bijdragen aan een hogere sportparticipatie. Dat kan van jongs af aan. Het project Schooljudo wordt nu alleen gedraaid in Almere Haven, maar heeft ook potentie in andere stadsdelen. Daarnaast is er op het stadhuis oog voor de economische spin-off en citymarketing:

“Dit is een meerdaags evenement. Deelnemers en organisatie verblijven in Almere. Dat is goed voor de economie en de bekendheid van het Topsportcentrum in het bijzonder. Door dit NK - maar ook andere NK’s, interlands en evenementen - zullen we die de komende tijd zeker vergroten.”