door: Marc Hoeben | 13 december 2018
Een beetje hardlopen? Daar is niks op tegen. Het is gezond, plezierig en ontspannend. Vanuit die gedachte is een groot deel van Nederland aan de sport verslingerd geraakt. Maar hoe komen we dan toch aan al die hardloopblessures? En hoe komen we er weer vanaf? Misschien dat hoogleraar sportpsychologie Jan de Jonge met een groep onderzoekers van de TU Eindhoven meer licht over dat onderwerp kan laten schijnen, als de definitieve resultaten van de studie ‘Take a mental break?!’ volgend jaar gepresenteerd worden.
Van recreatief naar obsessief, van leuke hobby naar semiprofessionele beoefening. Het lijken werelden van verschil, maar Jan de Jonge weet uit eigen ervaring hoe dicht het soms bij elkaar kan liggen. “Ik ben naast hoogleraar Sportpsychologie ook fanatiek hardloper en heb verschillende halve en hele marathons gelopen”, vertelt hij. “Ik geef daarnaast hardlooptrainingen bij CIKO’66 in Arnhem. Ik zie dan hoe de passie van lopers ongemerkt kan doorslaan in obsessief gedrag. Van daaruit zie je dan weer blessures ontstaan.”
Kostenpost
Wat heet. Uit cijfers over 2014 van VeiligheidNL blijkt dat het aantal hardloopblessures zo’n 710.000 bedraagt. Dat kost de samenleving zo’n 10 miljoen euro. Geen wonder dat ZonMw, de subsidieverstrekker van de overheid, een call plaatste voor onderzoek naar de oorzaken van sportblessures. Vanuit die call is ook Take a mental break?! van De Jonge en zijn groep onderzoekers van de TU Eindhoven ontstaan. Luuk van Iperen is de onderzoeker die dit promotieonderzoek uitvoert.
“Ik ben al geruime tijd geïnteresseerd in de rol van het mentale aspect in de sport en doe daar al enkele jaren onderzoek naar”, zegt De Jonge. “Zo heeft Yannick Balk bij ons promotieonderzoek gedaan naar het mentale herstel van topsporters. Door de call van ZonMw hebben we het nu groter getrokken en zijn we ook naar de breedtesport gaan kijken.”
“We zien dat de obsessieve passie voor hardlopen gaat overheersen - in negatieve zin - door rigide denken en ongecontroleerd gedrag”
Obsessie
De term breedtesport zegt daarbij niks over het fanatisme van de deelnemers. Dat kan net zo groot zijn als in topsport en misschien juist daarom wel voor de nodige problemen zorgen. “Onze centrale vraag is wat de relatie is tussen mentaal herstel en passie bij recreatieve hardloopblessures. We doen ons onderzoek nu bij een groep van 425 mensen die hele en halve marathons lopen en vaak obsessief bezig zijn met schema’s en tijden. 60 procent van hen had het afgelopen jaar last van hardloopblessures. Dat is dus echt een grote groep.”
De Jonge mocht onlangs de eerste bevindingen presenteren bij het jaarlijkse congres voor sportartsen in Ermelo. “We zien dat die obsessieve passie gaat overheersen - in negatieve zin - door rigide denken en ongecontroleerd gedrag. Zulke mensen moeten van zichzelf echt elke dag lopen. Ze kunnen heel slecht afstand nemen van de sport, terwijl dat soms toch echt beter zou zijn. Van fysiek herstel weten we in dat opzicht al veel, van mentaal herstel en hoe je los kunt komen van je sport veel minder.”
“Wij proberen op de radar te krijgen hoe je minder obsessief bezig kunt zijn en welk positief effect dat weer kan hebben op het herstel”
Serieus probleem
Hardlopers raken soms in een vicieuze cirkel. Ze raken geblesseerd, slapen slechter en herstellen zo weer moeizamer, zowel mentaal als fysiek. ”We hebben 2,5 miljoen hardlopers in Nederland: het is echt een grote groep. Per duizend uur zijn ze gemiddeld 6,1 uur geblesseerd. Dat is voor ons zorg- en arbeidstelsel een serieus probleem. Wij proberen daarbij op de radar te krijgen hoe je minder obsessief bezig kunt zijn en welk positief effect dat weer kan hebben op het herstel.”
De meeste blessures zijn het gevolg van overbelasting en doen zich voor aan knie, kuit, achillespees en voet. Hardloopblessures heeft De Jonge gedefinieerd als letselschade, al dan niet met pijn, verkregen door training en waardoor mensen hun hardloopactiviteiten moeten aanpassen. “Vanaf mei zijn we met de interventie begonnen en hebben we de onderzoeksgroep van 425 gesplitst in twee groepen: een interventiegroep en een controlegroep. De eerste kreeg de door ons ontwikkelde app REMBO (Running & Excercise Mental Break Optimization, red.) ter beschikking.”
“Het gaat erom dat mensen regelmatig mentaal loskomen van het lopen en beseffen dat ze ook kunnen gaan zwemmen, wandelen of fietsen”
Verkeerslicht
De app werkt als een verkeerslicht. Bij rood worden mensen geadviseerd niet te rennen, oranje is risicovol hardlopen en bij groen kunnen ze risicoloos de sport beoefenen. Dat krijgen ze te zien als ze de twaalf vragen van de app hebben beantwoord. “De app fungeert als een stopemotie. Het houdt de lopers een spiegel voor. Mensen moeten zelf de keuze gaan maken of ze die dag willen hardlopen of niet.”
De eerste resultaten zijn inmiddels binnen en worden verwerkt. De Jonge hoopt dat de app een succes is of anders met de informatie kan worden aangepast om deze succesvoller te maken. “Het gaat erom dat mensen regelmatig mentaal loskomen van het lopen en beseffen dat ze ook kunnen gaan zwemmen, wandelen, fietsen of zelfs op de bank kunnen gaan hangen als dat beter is.”
In januari en februari 2019 volgen nieuwe metingen, nu ook de controlegroep de beschikking over de app heeft gekregen. Volgend jaar april moet het hele onderzoek afgerond zijn. “En hopelijk is dan gebleken dat de app REMBO werkt en deze via het Kenniscentrum Sport gratis aan elke hardloper beschikbaar kan worden gesteld. Het is onze hoop dat het uiteindelijk leidt tot een minimale reductie van hardloopblessures van zo’n 10 procent.”
Voor meer informatie: Role of mental aspects in running-related injuries using a randomised controlled trial en Take a mental break! Mentale aspecten van hardloopblessures (Sportgericht, nr. 4/2018)