door: Thomas van Zijl | 15 maart 2018
Stadions die niet snel ‘upgraden’ gaan mensen verliezen. Die zitten liever voor de televisie. Lekker op de bank, telefoon in de buurt, eten en drinken binnen handbereik. Sterkste troef van het stadion blijft vanzelfsprekend de beleving. Dat is de overtuiging van GP Smart Stadium. Het bedrijf uit Oirschot doet wereldwijd zaken om aan die beleving de nieuwste technologie toe te voegen.
Oprichter en eigenaar Hans Vogels wil geenszins afscheid nemen van oude, monumentale stadions. Het succes van de Coolste Baan van Nederland liet de afgelopen weken zien dat veel mensen warm lopen voor een unieke ervaring die doet terugdenken aan vroeger tijden. “Het olympisch stadion van 1928 helemaal 2028-proof maken met moderne technologie zonder aantasting van de geweldige architectuur, dat lijk me echt een uitdaging.”
Technologische revolutie
Afgelopen weekend zaten de tribunes al goed vol tijdens het WK Allround schaatsen, maar Hans Vogels ziet meer mogelijkheden die mensen op de been zouden brengen. “Waarom zou Fanny Blankers-Koen hier niet binnenkort weer rondlopen als hologram?” Misschien is dat nog wat verre toekomstmuziek, vandaag de dag kan er al veel gerealiseerd worden. Data staan aan de basis van een nieuwe revolutie. “Steeds meer clubs en stadions creëren een slim speelveld. De snelheid van de bal, de positie van de spelers, hoe iemand gelopen heeft; het is tot in detail te meten en via smartphones bij de toeschouwers te brengen.”
Vogels beschouwt het stadion als proeftuin, allereerst voor de sportwereld maar ook voor de stad van de toekomst. De systemen die nu in het stadion worden toegepast zullen uiteindelijk beschikbaar zijn voor een veel breder publiek. Tijd, dat is alles waar Vogels om vraagt. “Veel consumenten denken dat het morgen allemaal klaar is. Ze vergeten dat de app die nu hun navigatie verzorgt het resultaat is van een halve eeuw aan technologische vooruitgang.”
Ook bij amateurverenigingen zal de behoefte aan een ‘slim veld’ toenemen: spelers willen meer weten over hun eigen presteren
Ook voor amateursporters
Vogels lonkt op termijn naar amateurverenigingen. Ook daar zal de behoefte aan een ‘slim veld’ toenemen: spelers willen meer weten over hun eigen presteren. De situatie zoals die nu is omschrijft Vogels als sterk verouderd. Het is al mogelijk om technologie in te zetten voor een betere sportomgeving, maar het speelveld is, afgezien van de komst van kunstgras, niet of nauwelijks veranderd ten opzichte van honderd jaar geleden. Spelers horen nog altijd van hun trainer hoe ze hebben gespeeld en of ze zich een beetje aan hun positie hebben gehouden. “Die houdt dat bij op zijn kladblokje. Dat kan met veel meer accuratesse, maar nieuwe technieken moeten altijd eerst door de trechter van het budget.”
Budget speelt ook binnen de grootste stadions een rol, en daarom probeert GP Smart Stadium zo efficiënt mogelijk te werk te gaan. Het bundelt als business development partner de krachten van verschillende Nederlandse maar ook internationaal opererende bedrijven. Dat voorkomt dat ontwikkeling en implementatie van nieuwe technologie over oneindig veel schijven loopt.
Samen sterk
Samenwerkingsplatformen als Dutch Sport Infrastructure, Orange Sports Forum en Sports & Technology zijn volgens Vogels een must om in een snel veranderende markt concurrerend te blijven. “De samenstelling van de samenwerkende bedrijven verschilt per klant en is afhankelijk van wat er gevraagd wordt. Het uitgangspunt is dat wij een totaalpakket kunnen aanbieden.”
Een internationale blik is bittere noodzaak: “voor veel bedrijven gebeurt er binnen onze eigen grenzen te weinig”
Dat lukt tot nu aardig. Vogels vliegt de hele wereld over om stadions naar de nieuwste en hoogste standaarden in te richten. Die internationale blik is bittere noodzaak. Alleen in Nederland is niet genoeg te doen. “Op een stadion als de ArenA mogen we als land best trots zijn, maar vergeet niet dat het opgeleverd werd in 1996. Meer dan twintig jaar geleden dus. Voor veel bedrijven gebeurt er binnen onze eigen grenzen gewoon te weinig.”
Het ideale stadionbezoek
In welk land Vogels ook komt, hij merkt dat toeschouwers steeds meer eisen stellen aan hun stadionbezoek. Hij omschrijft drie verschillende fases die daarin van belang zijn. Zonder te veel oponthoud door de poortjes komen, oftewel security is stap één. Daarna volgt met stap twee het toegenomen comfort. Mensen willen terwijl ze op hun stoel zitten statistieken over de wedstrijd opvragen, een herhaling zien of iets te eten bestellen.
Stap drie is de sprong naar de fan experience: mensen kunnen zelf bepalen vanuit welke camera ze naar de wedstrijd kijken, ze zoeken via een app naar overige vrienden in het stadion of kopen een shirtje van hun favoriete club. Het kan allemaal al, het enige dat nodig is, is een bluetooth-verbinding.
De verhouding tussen gemak en privacy blijft een evenwichtsoefening. “Mensen moeten daar zelf een balans in zien te vinden”
Gemak versus privacy
Om toeschouwers optimaal te bedienen zijn wel hun gegevens en voorkeuren nodig. Vogels geeft toe dat de verhouding tussen gemak en privacy een evenwichtsoefening blijft. “Mensen moeten daar zelf een balans in zien te vinden. Ik verplicht niemand ergens toe. Ik zie alleen dat stadions zo worden ingericht dat mensen geen enkele reden hebben om toch nog voor hun televisie en lekkere bank te kiezen.”
Voor meer informatie: www.gpsmartstadium.com