Skip Navigation LinksHome-Nieuws-Nieuwsberichten-Nieuwsbericht

Aanstelling hoogleraar epidemiologie van sport, bewegen en gezondheid

door: Marc Hoeben | 23 november 2017

Evert Verhagen wordt per 1 januari 2018 hoogleraar ‘epidemiologie van sport, bewegen en gezondheid’ aan het Vrije Universiteit Medisch Centrum (VUMC). De aanstelling van de bewegingswetenschapper - die zijn sporen verdiende op het gebied van blessurepreventie - geldt voor een periode van vijf jaar, waarin hij zich ten doel heeft gesteld om de kennis nog beter bij de sporter zelf te laten landen.

XL39EvertVerhagen-1 copyVoor mensen als Evert Verhagen heeft de wetenschappelijke onderwijsinstelling uit Amsterdam een programma onder de noemer ‘University Research Chair.’ Negentien collega’s gingen hem wat dat betreft voor, allen worden aangemerkt als ‘excellente, jonge VU-wetenschappers’ en Verhagen wordt als een ‘toekomstig leider’ in zijn vakgebied gezien. Met al die lovende woorden, nog voor de start van zijn hoogleraarschap, zou hij wel eens kunnen gaan blozen. Met een grapje: 

“Ha, ik heb ook geen idee wat die University Research Chair precies inhoudt. Maar nee, je moet het als een erkenning zien, voor mensen die hoogleraar kunnen worden en die misschien wat extra’s hebben. Dat blijft voor mij wel een vreemd idee. Ik doe mijn werk, ik vind dat leuk en zo heb ik er altijd in gestaan. Ergens in je achterhoofd hoop je dat je misschien ooit hoogleraar wordt. Maar dat is nooit het grote doel. Dat ligt veel meer in het helpen van de sporter. Daar heb ik me altijd voor ingezet en dat doe ik ook nog eens met vele anderen. Dit soort dingen moet je eigenlijk als een teamprestatie zien. Ik heb met vele partners samengewerkt, het zegt iets over wat wij in Nederland hebben bereikt met onze kennis over sportletsels. En ik zie het niet zozeer als een erkenning voor mezelf.”

"De benaming 'epidemiologie' is niets meer dan de onderzoekvorm. Mensen hoeven er niet allerlei enge gedachtes van epidemieën aan blessures bij te hebben"

Van grote groepen data verzamelen 
Verhagen promoveerde in 2004 aan de VU met een onderzoek naar enkelverstuikingen bij volleyballers. Zijn huidige werkzaamheden liggen eigenlijk in het verlengde daarvan, hij richt zich op de ‘ontwikkeling, evaluatie en implementatie van preventieve maatregelen binnen breedte- en topsport’. “Je kunt het als een combinatie zien van sociale geneeskunde en sportgeneeskunde. De benaming 'epidemiologie' is daarbij niets meer dan de onderzoekvorm. Mensen hoeven er niet allerlei enge gedachtes van epidemieën aan blessures bij te hebben. Wij kijken naar grote groepen, daar verzamelen we de data van en dan beschrijven we de gezondheidsproblemen.”

De algemene overtuiging is dat meer bewegen past bij een gezonde leefstijl. Het klinkt simpel, maar het ligt lang niet altijd zo simpel. Bij het gaan bewegen en gaan sporten doemen er vragen op, die de interesse wekken van een wetenschapper als Verhagen. 

"Je kunt enkelletsels bij volleybal door een oefening van twee minuten per warming-up met vijfentwintig procent verminderen"

“We weten dat bewegen goed is, maar we weten eigenlijk niet welke intensiteit daarbij hoort. We weten ook niet goed hoe we het voor elkaar krijgen dat het van bewegen uiteindelijk sporten wordt. Als mensen actief worden, kunnen ze letsel krijgen. Programma’s voor beginnende sporters horen misschien ook wel weer heel anders te zijn dan programma’s voor geoefende sporters. Op al die dingen kun je een onderzoek loslaten. Zo kwam uit mijn promotieonderzoek naar voren dat je enkelletsels bij volleybal door een oefening van twee minuten per warming-up met vijfentwintig procent kunt verminderen. En als je doorgaat ná enkelletsel en je volgt een programma van acht weken, dan vermindert het risico op herhaling met vijftig procent.”

Versloffen
Het begint altijd met de beste bedoelingen, weet Verhagen, zeker bij blessurepreventie en revalidatie. Maar de mens neigt na een tijdje ook naar het laten versloffen van de gevraagde oefeningen. “En dan moet je weer nadenken hoe je ervoor kunt zorgen dat toch zo veel mogelijk mensen zich aan het programma houden. Zo zijn we op een gegeven moment apps gaan bouwen.”

XL39EvertVerhagen-2De vertaalslag naar de dagelijkse praktijk van de sporter typeert wel Verhagen. Zo kan hij op stoom raken over een onderzoek onder recreatieve hardlopers, dat momenteel loopt. “Onder hen loert het gevaar van overbelasting, vaak in de periode dat ze net starten met een nieuwe periode van hardlopen. Dan is het niet je eerste gedachte om rustig aan te doen. We monitoren een groep nu een jaar lang, ze moeten elke week invullen wat ze voelen. Het ene deel geven we algemeen advies, over wat ze kunnen doen om de klachten te ontlasten. Het andere deel krijgt meteen te horen wat er nodig is. Dan blijkt dat de laatste groep zich er beter aan houdt en twintig procent minder letsel heeft.”

Deuren openen zich
Verhagen heeft zich al langer ten doel gesteld de kennis zo goed mogelijk te laten landen bij de sporter zelf en hoopt daar zich de komende vijf jaar van zijn hoogleraarschap nog nadrukkelijker op te kunnen richten. “Je moet het ook zo zien dat door zo’n hoogleraarschap deuren open kunnen gaan. Maar je krijgt niet opeens zomaar een zak geld. Ha, was dat maar waar. Je wordt wel makkelijker uitgenodigd bij verschillende overlegstructuren.”

"Wij zijn een relatief klein land, talent is schaars. Daarom is het belangrijk om goed voor de atleten te zorgen"

Al eerder was Verhagen begonnen met de blog ‘Sports, Lifestyle en Health’. “Nu draaide het vooral om de publicaties van onderzoeken voor collega’s en geïnteresseerde wetenschappers. We willen nu ook meer gebruikersinformatie erop gaan zetten.”
Een jaar voor de Zomerspelen van Rio 2016 werd Verhagen door NOC*NSF gevraagd mee te denken met de medische staf van de olympische ploeg en de kennis uit zijn vakgebied in te zetten. 

“Het ging om het monitoren van de gezondheid van ploegen die zich aan het voorbereiden waren. De sporters moesten dat zelf dan wel willen. Als er een probleem was, ging het erom dat ze in overleg met de medische staf en de coach een aangepast programma konden volgen of een behandeling kregen. Dat is bij topsporters best een moeilijk onderwerp, die openheid. Ze hebben toch de angst dat het hen bijvoorbeeld een plek in het team kan kosten. Daar liepen we wel tegenaan en dat moet je wel het belang van het onderzoek goed uitleggen. Wij zijn een relatief klein land, talent is schaars. Daarom is het belangrijk om goed voor de atleten te zorgen. Een jaar tijd om te monitoren was wel kort. Maar ik weet wel dat het tot minder acute letsels en verkoudheden en griepjes heeft geleid.”

Sporter beter begrijpen
Bij de voorbereiding van de olympische ploeg op de Winterspelen van Pyeongchang 2018 is Verhagen niet betrokken, maar indirect weer wel bij die voor de Zomerspelen van Tokio 2020. Ook daarbij geldt wat in zijn algemeenheid voor zijn werk geldt. “Ik wil de sporter nog beter begrijpen om nog beter de kennis over te brengen. Als we over vijf jaar bij twee of drie sporten de programma’s hebben verbeterd, dan ben ik heel blij.”

Voor meer informatie: Evert Verhagen benoemd tot URC-hoogleraar bij VUmc

« terug

Reacties: 1

Jacomine Ravensbergen
23-11-2017

Mooi interview Evert en verdiende benoeming!

Keep up the good work👍

Reactie toevoegen

Naam*
E-mailadres*
Reactie*
Stuur mij een e-mail als er een nieuwe reactie wordt geplaatst