Skip Navigation LinksHome-Nieuws-Nieuwsberichten-Nieuwsbericht

Master Sport- en Beweeginnovatie stuk goedkoper voor studenten

door: Thomas van Zijl | 16 november 2017

Al sinds 2011 kunnen studenten aan de HAN de Master Sport- en Beweeginnovatie (MSBI) volgen, maar daar moeten zij dan wel een fors bedrag voor opzij leggen. Het ministerie van OCW besloot in 2008 namelijk de opleiding niet te bekostigen. Aan die situatie komt nu een einde. Vanaf studiejaar 2018/2019 wordt de master door de overheid ondersteund met subsidie. Coördinator José Cuperus verwacht dat de opleiding daardoor op flink meer interesse kan rekenen.  

XL38SportmasterJoseCuperus copyDat de master nu wel groen licht krijgt van het ministerie heeft niet zozeer te maken met een gewijzigd programma, als wel met een andere politieke situatie. Toen de HAN omstreeks 2008 een eerste poging waagde de opleiding te laten bekostigen, kwam het oordeel terecht op het bordje van een demissionair kabinet. Dat wilde zich niet vastpinnen op plannen voor de wat langere termijn en bekostigde enkel masters uit de sectoren zorg, welzijn en educatie. 

“Er werden wel meer opleidingen afgewezen die nu alsnog voor bekostiging in aanmerking komen”, zegt Cuperus. Ze spreekt er luchtig over, maar de beslissing heeft grote impact op de opleiding. Momenteel kost de tweejarige master een student nog zevenduizend euro per jaar. Als bekostiging vanaf studiejaar 2018/2019 een feit is gaat dat bedrag aanzienlijk omlaag en komt het uit op het reguliere collegegeld van om en nabij tweeduizend euro per jaar. 

Opleidingsbudget
De studiekosten komen soms voor rekening van de student zelf, maar vaak worden zij betaald vanuit het opleidingsbudget van hun werkgever. De HAN mikt met deze master namelijk hoofdzakelijk op mensen met relevante werkervaring die zich in deeltijd willen toeleggen op innovatie binnen hun vakgebied. Gemiddeld schrijven zich tot nu toe zo’n vijftien deelnemers per jaar in. Hun achtergrond is divers. Cuperus: 

“De een werkt voor een bond, de ander voor een ministerie of gemeente. Weer anderen zijn docent LO, zijn actief in de zorg of hebben een eigen fitnesscentrum. Wat hen bindt is dat ze hun organisatie of hun vak willen vernieuwen maar nog niet over alle handvatten beschikken om dat re realiseren.” 

“De opleidingsbudgetten in de sport groeien nu eenmaal niet tot in de hemel. Het is goed dat die drempel nu is weggewerkt”

Ook voor (sommige) bachelorstudenten
Cuperus is er zeker van dat er veel meer belangstelling is voor de master. Ze heeft de afgelopen jaren meermaals gehoord dat de studiekosten een te hoge drempel vormden. “De opleidingsbudgetten in de sport groeien nu eenmaal niet tot in de hemel. Het is goed dat die drempel nu is weggewerkt.” De master is overigens ook toegankelijk voor een beperkt aantal bachelorstudenten dat aantoonbaar goed gepresteerd heeft, relevante werkervaring naast hun studie heeft opgedaan en gemotiveerd is. 

Voor Cuperus is het belangrijk dat wat studenten tijdens de opleiding leren, direct toepasbaar is in de praktijk. “Wij leiden het schaap met de vijf poten op: iemand die vanuit een wetenschappelijke achtergrond direct kijkt hoe hij praktisch zaken voor elkaar krijgt.” Iedere student werkt tijdens de master aan zijn of haar eigen vraagstuk. Dat staat een gemeenschappelijk programma niet in de weg, omdat voor innovatie een aantal generieke kenmerken en voorwaarden geldt, zoals het opbouwen van een netwerk, het samen ontwikkelen en werken aan nieuwe oplossingen en het creëren van draagvlak. 

Smartbreaks
Een bekend voorbeeld dat de afgelopen jaren tijdens de master is aangepakt door Boukje Smeets is de teruglopende belangstelling van jongens in hockey en wat daaraan te doen is. Er zijn inmiddels verschillende nieuwe initiatieven gestart om de scheefgroei tegen te gaan. Een ander succesverhaal is de beweegtool Smartbreaks, bedoeld voor docenten om beweging te integreren in hun les. Meer dan vierduizend leerkrachten en ouders maken er inmiddels gebruik van. 

“Het is noodzakelijk om te weten hoe de sportsector werkt en hoe de hazen lopen om vernieuwende oplossingen te ontwikkelen voor complexe vraagstukken” 

De vraag dringt zich wel op of er een specifieke opleiding nodig is voor sport en bewegen als innovatie tot stand komt aan de hand van deels generieke processen. Ja, zegt Cuperus met overtuiging, omdat sport in de samenleving een unieke positie inneemt. Ze vergelijkt het met de hotelschool. Managementvaardigheden zijn algemeen, maar het goed kunnen runnen van een hotel vraagt wel degelijk om branchespecifieke kennis. Daarnaast wordt sport steeds vaker als middel ingezet om maatschappelijke vraagstukken op te lossen, of het nu gaat om het bestrijden van obesitas, eenzaamheid bij ouderen of het integreren van vluchtelingen. “Het is noodzakelijk om te weten hoe de sportsector werkt en hoe de hazen lopen om vernieuwende oplossingen te ontwikkelen voor dit soort complexe vraagstukken.” 

Op 22 november organiseert de master Sport en Beweeginnovatie een open avond voor geïnteresseerden. Voor meer informatie: klik hier

« terug

Reacties: 0

Reactie toevoegen

Naam*
E-mailadres*
Reactie*
Stuur mij een e-mail als er een nieuwe reactie wordt geplaatst