door: Marc Hoeben | 2 maart 2017

De Toeristische Kano Bond Nederland is niet zo van de grote woorden en dat heeft waarschijnlijk ook met het karakter van de organisatie te maken. Wie de rust van de natuur zoekt en daarvan wil genieten, weet met de TKBN als belangenbehartiger voor het recreatieve kanovaren een belangrijke partner aan zijn zijde.

De TKBN bestaat sinds 1987 en is destijds voortgekomen uit de Nederlandse Kano Bond. “De NKB ging op een gegeven moment op in het Koninklijke Nederlandse Watersport Verbond”, legt Huib Bierens, voorzitter van de TKBN, uit. “Die stap had toen ook te maken met olympische ambities en met de wens om wedstrijden te organiseren. Maar daarmee werd wel een beetje vergeten hoe het voor de meeste kanovaarders in elkaar steekt. Want de doorsnee kanovaarder doet helemaal niet aan wedstrijdsport.”

Zelf zou hij wat dat betreft als voorbeeld kunnen dienen. Bierens raakte ooit geïnteresseerd in deelname aan een kanotocht in Polen, die door de TKBN in samenwerking met de Poolse zusterorganisatie werd georganiseerd. “Toen raakte ik vanzelf meer betrokken bij de TKBN.” Bij de bond wisten ze hem al snel te vinden. In 2013 maakte hij zijn entree in het bestuur, om in hetzelfde tempo door te schuiven naar de rol van voorzitter. “Maar daar stop ik binnenkort wel mee. De jaarvergadering van 25 maart wordt mijn laatste optreden.”

Circa drieduizend leden
De liefde voor het kanovaren zal daarmee niet verdwijnen. Als organisatie, legt Bierens uit, drijft de TKBN op de inzet van vrijwilligers en dan met name die van de zes bestuursleden, plus vele actieve leden in commissies en in de belangenbehartiging, plus de aangesloten kanoverenigingen. De bond, die circa drieduizend leden telt, steunt op verschillende pijlers. 

“We hebben de vaarkalender, met daarin de verschillende georganiseerde tochten. We hebben de elektronische nieuwsbrief, waarmee mensen onder andere van de laatste veranderingen op de hoogte worden gehouden. We adviseren ook over verzekeringen en allerhande juridische kwesties. En we doen aan belangenbehartiging.”

Rustzoekers
Het laatste is zeker niet de minste taak. “In het belang van de recreatieve kanovaarder onderhouden we kanoroutes, proberen we knelpunten op te heffen en proberen we natuurgebieden toegankelijk te houden. Natuurorganisaties hebben vaak weinig geld en hebben daardoor niet heel veel mogelijkheden tot handhaving. Ze hebben dan de neiging om alles af te sluiten, terwijl een kanovaarder juist ook voor de natuur komt en helemaal niet de bedoeling heeft om iets te verstoren. Dat gegeven moeten we toch elke keer even op de kaart zetten.”

Vandaar, betoogt Bierens, is het belangrijk dat recreatieve kanovaarders een eigen organisatie hebben, los van het veel grotere KNWV waar nog eens circa zesduizend kanovaarders zijn ondergebracht. “Wij genieten toch het liefste zonder motorboten om ons heen, maar voor het KNWV is dat wel weer een belangrijke doelgroep.”

De TKBN houdt zich verre van wedstrijden. “Het staat zelfs in onze statuten dat wedstrijdvaren is uitge-sloten.” Wie op zo’n manier wil presteren, kan lid worden van het KNWV. “Wij richten ons op de middengroep, de mensen die rond hun 35ste beginnen en graag van de natuur willen genieten.” Bierens benadrukt dat de samenwerking met de KNWV prima is. “We hebben absoluut geen hekel aan elkaar. Op het gebied van belangenbehartiging doen we zeker dingen samen, zoals nu bijvoorbeeld het voorkomen van beperkingen in het gebied van de Brabantse Beken.”

Geen behoefte aan NOC*NSF
De TKBN houdt zich niet bezig met jeugdbeleid, zegt ver weg te blijven van allerhande overlegstructuren (‘daarvoor hebben we de mankracht ook niet’) en heeft al helemaal geen behoefte aan aansluiting bij de olympische sportkoepel NOS*NSF. “Wij werken als organisatie ook zonder subsidie, puur op vrijwillige basis.”

Lidmaatschap van de bond is 27 euro per persoon per jaar. Daarvoor wordt zes keer per jaar het fullcolour magazine ‘Kanotities’ ontvangen en kan men - veelal gratis - meedoen aan het actieve vaarprogramma gedurende heel het jaar. “Daar zijn we, ook in deze tijden van internet, trots op. Het ligt bij kanovaarders op de salontafel en zeker ook bij de verenigingen in de kantine. Nieuwe leden verwijzen meestal naar het blad, als ze naar hun interesse voor het kanovaren wordt gevraagd.”

Voor meer informatie: www.tkbn.nl