door: Marc Hoeben | 19 januari 2017
Tennis alleen is niet genoeg, is de overtuiging van Kris Portael, als het gaat om de sportieve opleiding van kinderen in deze tijden van mobiele telefoons, gaming en andere verleidingen die de luie stoel als centrale plek hebben. Vanuit BLTC Blaricum probeert hij met ThatsTennis.nl en Sportskills.nl die boodschap voor het voetlicht te brengen.
De liefde, tsja, de liefde. Kris Portael is Belg en had het prima naar zijn zin in Antwerpen. Hij hield zich in de Vlaamse provincie bezig met het geven van tennistraining op vijf tennisparken in de regio en had onder de vlag van ThatsTennis.be bekendheid opgebouwd. De situatie leek op het eerste oog niet uit te nodigen tot het overboord gooien van alles wat hij had opgebouwd.
“Maar ja, ik leerde een vrouw hier in Nederland kennen”, vertelt hij lachend. ,,Ze kwam ook nog uit Amsterdam, dat maakte het helemaal leuk. Toen was er geen houden meer aan. Dat kun je zeker een grote stap noemen. Maar, ach, ik houd wel van uitdagingen.”
Belgisch tennis aan de wereldtop
De 45-jarige Belg beschikte in eigen land over alle diploma’s voor het geven van tennistraining. Hij kon in Nederland op hetzelfde niveau aan de slag, op dat van het C-diploma. Na Tennisleraar 3 en TennisTrainer 4 is dat het neusje van de zalm. “Zeven jaar geleden ben ik hier begonnen, bij BLTC Blaricum. Ik kwam hier eigenlijk wel op een goed moment. Want met het Nederlandse tennis ging het wat minder en met het Belgische tennis juist heel goed. Je had speelsters als Kim Clijsters en Justine Hénin aan de wereldtop. Dat maakte het voor mij wat makkelijker om werk te vinden en mijn verhaal te vertellen.”
“Ik ben er achter gekomen dat kinderen hier te weinig bewegen. Ze hebben nauwelijks nog tijd voor het opdoen en verbeteren van hun motorische vaardigheden"
Dat verhaal bestaat uit twee zaken die eigenlijk naadloos op elkaar aansluiten: ThatsTennis en Sportskills. “Ik ben er wel achter gekomen dat kinderen hier te weinig bewegen. Ze hebben nauwelijks nog tijd voor het opdoen en verbeteren van hun motorische vaardigheden. Daarom ben ik naast de tennistraining met Sportskills begonnen voor de leeftijd vanaf 4 jaar tot en met 18 jaar.” Bij Sportskills draait het om motorische vaardigheden als balans, coördinatie en snelheid. Niet toevallig kwam Portael op dit programma uit. “Ik heb de opleiding gevolgd van Athletic Skills Model en MultiskillZ van Kenneth Bastiaens.”
Mooie mix
Zijn aanpak, met ThatsTennis én Sportskills, laat zich het beste omschrijven als een mooie mix van Belgische en Nederlandse invloeden, zegt Portael. Hij probeert het beste, in zijn ogen, te combineren. "Er zijn zeker wat verschillen in de opleidingen en aanpak tussen beide landen. In Nederland is er bij de opleiding Tennisleraar 3 minder aandacht voor het tennis zelf en meer voor de inhoud van de lessen en de organisatie daarvan. De vorm wordt belangrijker gevonden, zoals ook meer het accent ligt op je rol binnen de club, het enthousiast maken van de mensen en de vereniging. In België leer je veel meer wat tennis op elk niveau technisch en tactisch betekent.”
Wie bij ThatsTennis inlogt, krijgt meer namen van tennisclubs te zien dan alleen BLTC Blaricum. “Dat komt doordat ik op die manier collega’s ondersteun bij hun activiteiten. Maar mijn werk vindt vooral plaats vanuit Blaricum.” Aan de hand van Portael heeft die club een ommezwaai gemaakt van puur recreatief naar meer prestatief. “Ik ben echt aan de slag gegaan met vijf- en zesjarigen. Inmiddels zijn die kinderen 11 en 12 jaar en nemen ze deel aan jeugdranglijsttoernooien, dus op het hoogste nationale jeugdniveau.”
Nederlandse 'stages'
Aanvankelijk zag Portael ‘negentig procent’ van de jeugdleden tennis beoefenen als een vanzelfsprekend ding. “Ze deden het omdat het erbij hoorde. Dat is de laatste jaren wel veranderd. Ik denk dat het nu nog voor zeventig procent geldt.” Portael hanteert voor de jeugd de moderne Nederlandse ‘stages’. De jongste jeugd speelt tussen 4 en 8 jaar met grotere rode ballen, daarna volgen oranje ballen (tot circa 10 jaar) en groene ballen (tot circa 12 jaar), voordat de harde, gele knikkers van de volwassenen aan bod komen. Voor 295 euro per jaar kunnen kinderen bij Portael aan hun trekken komen, tot vier à vijf keer per week aan toe. “Dertig procent komt twee keer per week, vijftig procent één keer en twintig procent drie keer per week.”
De jeugd kan bovendien kiezen uit een mix van tennis met Sportskills of alleen tennis of alleen Sportskills. “We hebben nu 200 tot 220 kinderen en dat aantal groeit nog steeds. We trainen alle eigenschappen in elke stage en doen dat in een heleboel verschillende en speelse vormen.”
"Als je een talent hebt, is het de bedoeling dat het wordt doorgeschoven naar een school met een certificaat. Maar ik kan me niet voorstellen dat ouders daar zomaar in meegaan"
'Bovenbouwschool'
Tennisbond KNLTB kwam vorig jaar met een certificering van tennisscholen, opgesplitst in scholen voor de onderbouw (tot 12 jaar) en bovenbouw (tot 16 jaar). Portael wilde aanvankelijk een poging wagen om een certificering te krijgen, maar staakte dat na het zien van de vragenlijsten. “Uit de vragen kon je al meteen zien wie bovenbouwschool zouden worden. Na de eerste zeven vragen ben ik er meteen mee gestopt. Ik vraag me serieus af dit systeem een lang leven beschoren zal zijn. Als je een talent hebt, is het de bedoeling dat het wordt doorgeschoven naar een school met een certificaat. Maar ik kan me niet voorstellen dat ouders daar zomaar in meegaan.”
Voor meer informatie: www.thatstennis.nl en www.sportskills.nl