door: Thomas van Zijl | 6 oktober 2016
Alle grote Amsterdamse parken worden vrijwel dagelijks bevolkt door trainingsgroepen van Hardlopen Amsterdam. Trainer David Knappstein begon het initiatief in 2012 en zag zijn geesteskind sindsdien snel groeien tot het huidige aantal van zevenhonderd leden. Bang dat de belangstelling de komende jaren afneemt is hij niet. In groepsverband buiten sporten wordt alleen maar populairder.
Hardlopen Amsterdam komt voort uit de grote passie van Knappstein. Tot 2012 trainde hij voor niets meer dan een onkostenvergoeding leden van verschillende atletiekclubs. Lang haalde hij daar voldoening uit, maar hij wilde meer en de situatie was er naar. “Ik kwam in mijn werkzame leven op een kruispunt: of blijven werken voor een baas, of mijn hart volgen en vol voor de hardloopsport gaan. Ik koos met overtuiging voor het laatste.”
Mond-tot-mondreclame
Hardlopen Amsterdam zag het levenslicht. Uit de kosten komen was de eerste bescheiden ambitie van Knappstein. Nu, ruim vier jaar later, kan hij constateren dat er veel meer in het vat zat. Het kleine clubje bevriende lopers waar hij mee begon, is inmiddels uitgegroeid tot een grote, diverse groep, die uitzwermt over bijna alle grote Amsterdamse parken. “Als we merken dat er ergens veel interesse is, kunnen we zo beginnen. Dat is een groot voordeel. Veel meer dan mond-tot-mondreclame hebben we niet nodig.”
De meeste deelnemers zijn recreatieve lopers die niet de ambitie hebben om aan wedstrijden mee te doen, maar hun conditie wel serieus willen bijhouden
Wat Knappstein wel nodig heeft, zijn trainers. Hardlopen Amsterdam biedt cursussen aan voor hardlopers op alle niveaus. De meeste deelnemers zijn recreatieve lopers die niet de ambitie hebben om aan wedstrijden mee te doen, maar hun conditie wel serieus willen bijhouden. Zij kunnen zich bij Hardlopen Amsterdam tegen betaling van honderdvijftig euro inschrijven voor een cursus van vijftien weken, onder begeleiding van gecertificeerde trainers. Soms zijn die opgeleid door de Atletiekunie, soms hebben ze hun kennis elders opgedaan. Hun doestelling is niet om deelnemers klaar te stomen voor toptijden of een plek op het erepodium, juist niet. Knappstein:
“Binnen verenigingen heeft de wedstrijdsport een zware, vaak doorslaggevende stem. Recreatieve lopers komen er bekaaid van af. Wij springen nu in dat gat. Dat doen we niet alleen in Amsterdam, in Utrecht gaat het ook goed en in Rotterdam zijn we net voorzichtig begonnen. Plezier is onze belangrijkste drijfveer, dat staat overal voorop.”
Gemengde gevoelens
Manager Marketing & Communicatie en Loopsport Bram van der Leij van de Atletiekunie kijkt met gemende gevoelens naar het succes van Hardlopen Amsterdam. “Dat er in parken hardloopgroepjes ontstaan die een vast trainingsmoment hebben juich ik toe. Dat kan er op een regenachtige avond net voor zorgen dat mensen tóch een rondje lopen. Wij zien een opgeleide trainer als een belangrijke voorwaarde om dat op een verantwoorde manier te doen.”
“Wij helpen de sport verder, van breedtesport tot topsport. Puur eigenbelang is er niet bij. In tegenstelling tot een initiatief als Hardlopen Amsterdam zijn wij nu eenmaal geen bedrijf"
Van der Leij kan zich voorstellen dat de stap om lid te worden van een vereniging voor sommige mensen te groot is. Hij wijst op een tussenvorm die door de Atletiekunie al enkele jaren terug is geïntroduceerd; de loopgroepen. Mensen die een goed georganiseerd en verzekerd hardloopinitiatief willen oprichten of overwegen zich daarbij aan te sluiten, maar dan zonder de statutaire verplichtingen van een vereniging, kunnen daarvoor kiezen. Er zijn nu tachtig van deze loopgroepen, sommige kleiner dan Hardlopen Amsterdam, er zijn er ook die groter zijn.
Vanzelfsprekend betalen de loopgroepen een aansluitbedrag en contributie aan de Atletiekunie en daarmee aan de atletieksport in zijn geheel. Van der Leij: “Wij helpen de sport verder, van breedtesport tot topsport. Puur eigenbelang is er niet bij. In tegenstelling tot een initiatief als Hardlopen Amsterdam zijn wij nu eenmaal geen bedrijf, maar richten we ons op het collectief. Daar profiteert uiteindelijk iedereen van.”
Cafetariamodel
Het steekt Van der Leij dan ook een beetje dat Knappstein op de site van Hardlopen Amsterdam adverteert met door de Atletiekunie opgeleide trainers, maar verder weinig met de bond van doen wil hebben. “Het is het cafetariamodel. De ene dienst neemt hij wel af, de andere dienst niet. Dat is zijn goed recht, hij heeft waarschijnlijk een zakelijke afweging gemaakt, maar hij lift zo wel mee op onze goede reputatie. Ik drink graag een keer koffie met David om te kijken of we elkaar op andere vlakken ook kunnen vinden.”
Voor meer informatie: www.hardlopenamsterdam.nl en www.atletiekunie.nl/clubs